Book Chapter: Verse
1 Deu 32:22 | bernen tot in de onderste hel, en zal het land met zijn
2 2Sa 22:6 | 6 Banden der hel omringden mij; strikken
3 Job 11:8 | gij doen? Dieper dan de hel, wat kunt gij weten? ~
4 Job 26:6 | 6 De hel is naakt voor Hem, en geen
5 Psa 9:18 | zullen terugkeren, naar de hel toe, alle godvergetende
6 Psa 16:10 | Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten; Gij zult
7 Psa 18:6 | 6 Banden der hel omringden mij, strikken
8 Psa 116:3 | omvangen, en de angsten der hel hadden mij getroffen; ik
9 Psa 139:8 | daar; of bedde ik mij in de hel, zie, Gij zijt daar. ~
10 Psa 150:5 | 5Looft Hem met hel klinkende cimbalen; looft
11 Spre 5:5 | dood, haar treden houden de hel vast. ~
12 Spre 9:18| genoden zijn in de diepten der hel. ~ ~
13 Spre 15:11| 11 De hel en het verderf zijn voor
14 Spre 15:24| opdat hij afwijke van de hel, beneden. ~
15 Spre 23:14| slaan, en zijn ziel van de hel redden. ~
16 Spre 27:20| 20 De hel en het verderf worden niet
17 Jes 14:9 | 9 De hel van onderen was beroerd
18 Jes 14:11 | Uw hovaardij is in de hel nedergestort, met het geklank
19 Jes 14:15 | 15 Ja, in de hel zult gij nedergestoten worden,
20 Jes 28:15 | dood gemaakt, en met de hel hebben wij een voorzichtig
21 Jes 28:18 | voorzichtig verdrag met de hel zal niet bestaan; wanneer
22 Jes 58:9 | weg, en vernedert u tot de hel toe. ~
23 Eze 32:21 | toespreken, uit het midden der hel; zij zijn nedergedaald,
24 Hos 13:14 | zal hen van het geweld der hel verlossen, Ik zal ze vrijmaken
25 Hos 13:14 | waar zijn uw pestilentien? hel! waar is uw verderf? Berouw
26 Amos 9:2 | Al groeven zij tot in de hel, zo zal Mijn hand ze van
27 Matt 5:29| uw gehele lichaam in de hel geworpen worde. ~
28 Matt 5:30| uw gehele lichaam in de hel geworpen worde. ~
29 Matt 10:28| lichaam kan verderven in de hel. ~
30 Matt 11:23| verhoogd, gij zult tot de hel toe nedergestoten worden.
31 Matt 16:18| bouwen, en de poorten der hel zullen dezelve niet overweldigen. ~
32 Mark 9:43| hebbende, heen te gaan in de hel, in het onuitblusselijk
33 Mark 9:45| geworpen te worden in de hel, in het onuitblusselijk
34 Luk 10:15 | verhoogd zijt, gij zult tot de hel toe nedergestoten worden. ~
35 Luk 12:5 | heeft, ook macht heeft in de hel te werpen; ja, Ik zeg u,
36 Luk 16:23 | begraven. En als hij in de hel zijn ogen ophief, zijnde
37 Hand 2:27| Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten, noch zult
38 Hand 2:31| ziel niet is verlaten in de hel, noch Zijn vlees verderving
39 1Kor 15:55| Dood, waar is uw prikkel? Hel, waar is uw overwinning? ~
40 Jako 3:6 | en wordt ontstoken van de hel. ~
41 2Pet 2:4 | gespaard heeft, maar, die in de hel geworpen hebbende, overgegeven
42 Open 1:18| En Ik heb de sleutels der hel en des doods. ~
43 Open 6:8 | naam was de dood; en de hel volgde hem na. En hun werd
44 Open 20:13| waren; en de dood en de hel gaven de doden, die in hen
45 Open 20:14| 14 En de dood en de hel werden geworpen in den poel
|