Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
asdodisch 1
asdodische 1
asdoth-pisga 4
aser 45
aserieten 1
asfata 1
asiel 1
Frequency    [«  »]
46 westen
46 zochten
46 zwaards
45 aser
45 bedekken
45 bleven
45 dies

Bijbel

IntraText - Concordances

aser

   Book Chapter: Verse
1 Gen 27:48 | en zij noemde zijn naam Aser. ~ 2 Gen 32:26 | Lea's dienstmaagd: Gad en Aser. Deze zijn de zonen van 3 Gen 42:17 | 17 En de zonen van Aser: Jimna, en Jisva, en Jisvi, 4 Gen 45:20 | 20 Van Aser, zijn brood zal vet zijn; 5 Exo 1:4 | Dan en Nafthali, Gad en Aser. ~ 6 Num 1:13 | 13 Van Aser, Pagiel, de zoon van Ochran. ~ 7 Num 1:40 | 40 Van de zonen van Aser, hun geboorten, naar hun 8 Num 1:41 | getelden van den stam van Aser een en veertig duizend en 9 Num 2:27 | zich legeren de stam van Aser; en Pagiel, de zoon van 10 Num 2:27 | de overste der zonen van Aser zijn. ~ 11 Num 7:72 | overste der kinderen van Aser, Pagiel, de zoon van Ochran. ~ 12 Num 10:26 | den stam der kinderen van Aser was Pagiel, de zoon van 13 Num 13:13 | 13 Van de stam van Aser, Sethur, de zoon van Michael. ~ 14 Num 26:44 | 44 De zonen van Aser, naar hun geslachten, waren: 15 Num 26:46 | de naam der dochter van Aser was Serah. ~ 16 Num 26:47 | geslachten der zonen van Aser, naar hun getelden: drie 17 Num 33:27 | den stam der kinderen van Aser, de overste Achihud, zoon 18 Deu 27:13 | berg Ebal: Ruben, Gad en Aser, Zebulon, Dan en Nafthali. ~ 19 Deu 33:24 | 24 En van Aser zeide hij: Aser zij gezegend 20 Deu 33:24 | 24 En van Aser zeide hij: Aser zij gezegend met zonen; 21 Joz 17:7 | landpale van Manasse was van Aser af tot Michmetath, die voor 22 Joz 17:10 | noorden stieten zij aan Aser, en aan het oosten aan Issaschar. ~ 23 Joz 17:11 | had, in Issaschar en in Aser, Beth-Sean en haar onderhorige 24 Joz 19:24 | den stam der kinderen van Aser uit, naar hun huisgezinnen. ~ 25 Joz 19:31 | den stam der kinderen van Aser, naar hun huisgezinnen, 26 Joz 19:34 | tegen het zuiden, en aan Aser reikt zij tegen het westen, 27 Joz 21:6 | Issaschar, en van den stam van Aser, en van den stam van Nafthali, 28 Joz 22:3 | 30 En van den stam van Aser, Misal en haar voorsteden, 29 Ric 1:31 | 31 Aser verdreef de inwoners van 30 Ric 4:41 | onthield hij zich in schepen! Aser zat aan de zeehaven, en 31 Ric 5:35 | desgelijks zond hij boden in Aser, en in Zebulon, en in Nafthali; 32 Ric 6:23 | bijeengeroepen, uit Nafthali, en uit Aser, en uit gans Manasse; en 33 1Kon 4:16| de zoon van Husai, was in Aser en in Aloth. ~ 34 1Kro 2:2 | Benjamin, Nafthali, Gad en Aser. ~ 35 1Kro 6:62| Issaschar, en van den stam van Aser, en van den stam van Nafthali, 36 1Kro 6:74| 74 En van den stam van Aser: Masal en haar voorsteden, 37 1Kro 7:30| 30 De kinderen van Aser waren Jimna, en Jisva, en 38 1Kro 7:40| allen waren kinderen van Aser, hoofden der vaderlijke 39 1Kro 12:36| 36 En uit Aser, uitgaande in het heir, 40 2Kro 30:11| verootmoedigden zich sommigen van Aser, en Manasse, en van Zebulon, 41 Eze 48:2 | tot den westerhoek toe, Aser een. ~ 42 Eze 48:3 | En aan de landpale van Aser, van den oosterhoek af tot 43 Eze 48:34 | poort van Gad, een poort van Aser, een poort van Nafthali. ~ 44 Luk 2:36 | Fanuel, uit den stam van Aser; deze was tot groten ouderdom 45 Open 7:6 | 6 Uit het geslacht van Aser waren twaalf duizend verzegeld;


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License