Book Chapter: Verse
1 Gen 45:13 | hij zal aan de haven der schepen wezen; en zijn zijde zal
2 Num 24:24 | 24 En de schepen van den oever der Chitteers,
3 Deu 28:68 | Egypte doen wederkeren in schepen, door een weg, waarvan ik
4 Ric 4:41 | waarom onthield hij zich in schepen! Aser zat aan de zeehaven,
5 1Kon 9:26| koning Salomo maakte ook schepen te Ezeon-Geber, dat bij
6 1Kon 9:27| 27 En Hiram zond met die schepen zijn knechten, scheepslieden,
7 1Kon 10:11| 11 Verder ook de schepen van Hiram, die goud uit
8 1Kon 10:22| Want de koning had in zee schepen van Tharsis, met de schepen
9 1Kon 10:22| schepen van Tharsis, met de schepen van Hiram; deze schepen
10 1Kon 10:22| schepen van Hiram; deze schepen van Tharsis kwamen in, eenmaal
11 1Kon 22:49| 49 En Josafat maakte schepen van Tharsis, om naar Ofir
12 1Kon 22:49| zij gingen niet, want de schepen werden gebroken te Ezeon-Geber. ~
13 1Kon 22:50| knechten met uw knechten op de schepen varen; maar Josafat wilde
14 2Kro 9:18| de hand zijner knechten, schepen, mitsgaders knechten, kenners
15 2Kro 10:21| 21 Want des konings schepen voeren naar Tharsis, met
16 2Kro 10:21| in drie jaren kwamen de schepen van Tharsis in, brengende
17 2Kro 21:36| vergezelschapte zich met hem, om schepen te maken, om naar Tharsis
18 2Kro 21:36| gaan; en zij maakten de schepen te Ezeon-Geber. ~
19 2Kro 21:37| verscheurd. Alzo werden de schepen verbroken, dat zij niet
20 Psa 48:8 | oostenwind verbreekt Gij de schepen van Tharsis. ~
21 Psa 104:26 | 26 Daar wandelen de schepen, en de Leviathan, dien Gij
22 Psa 107:23 | 23 Die met schepen ter zee afvaren, handel
23 Spre 31:14| 14 He. Zij is als de schepen eens koopmans; zij doet
24 Jes 2:16 | 16 En tegen alle schepen van Tarsis, en tegen alle
25 Jes 18:2 | zendt over de zee, en in schepen van biezen op de wateren!
26 Jes 23:1 | last van Tyrus. Huilt, gij schepen van Tarsis! want zij is
27 Jes 23:14 | 14 Huilt, gij schepen van Tarsis! want ulieder
28 Jes 43:14 | de Chaldeen, in de schepen, op welke zij juichten. ~
29 Jes 61:9 | zullen Mij verwachten, en de schepen van Tarsis vooreerst, om
30 Eze 27:9 | verbeterende uw breuken; alle schepen der zee en haar zeelieden
31 Eze 27:25 | 25 De schepen van Tarsis zongen van u,
32 Eze 27:29 | van de zee, zullen uit hun schepen nederklimmen; op het land
33 Eze 30:9 | voor Mijn aangezicht in schepen uitvaren, om het zorgeloze
34 Dan 11:30 | 30 Want er zullen schepen van Chittim tegen hem komen,
35 Dan 11:40 | ruiteren, en met vele schepen; en hij zal in de landen
36 Luk 5:2 | 2 En Hij zag twee schepen aan den oever van het meer
37 Luk 5:3 | Hij ging in een van die schepen, hetwelk van Simon was,
38 Luk 5:7 | kwamen, en vulden beide de schepen, zodat zij bijna zonken. ~
39 Luk 5:11 | 11 En als zij de schepen aan land gestuurd hadden,
40 Joha 6:24| zo gingen zij ook in de schepen, en kwamen te Kapernaum,
41 Jako 3:4 | 4 Ziet ook de schepen, hoewel zij zo groot zijn,
42 Open 8:9 | gestorven; en het derde deel der schepen is vergaan. ~
43 Open 18:17| stuurlieden, en al het volk op de schepen, en bootsgezellen, en allen,
44 Open 18:19| stad, in dewelke allen, die schepen in de zee hadden, van haar
|