Book Chapter: Verse
1 Ric 8:9 | God en de mensen in mij prijzen? En zoude ik heengaan om
2 2Sa 14:25 | schoon als Absalom, zeer te prijzen; van zijn voetzool af tot
3 2Sa 22:4 | riep den HEERE aan, Die te prijzen is, en ik werd verlost van
4 1Kro 16:4 | vermelden, en te loven, en te prijzen. ~
5 1Kro 16:25| HEERE is groot, en zeer te prijzen, en Hij is vreselijk boven
6 1Kro 24:30| den HEERE te loven en te prijzen; en desgelijks des avonds; ~
7 2Kro 9:14| over hun wachten, om God te prijzen, en voor de priesteren te
8 2Kro 21:19| luider stem ten hoogste te prijzen. ~
9 2Kro 21:21| die de heilige Majesteit prijzen zouden, voor de toegerusten
10 2Kro 31:2 | en om te loven, en om te prijzen in de poort van de legers
11 Neh 12:24 | broederen tegen hen over, om te prijzen en te danken, naar het gebod
12 Psa 18:4 | riep den HEERE aan, Die te prijzen is, en werd verlost van
13 Psa 22:23 | midden der gemeente zal ik U prijzen. ~
14 Psa 22:27 | worden; zij zullen den HEERE prijzen, die Hem zoeken; ulieder
15 Psa 36:18 | machtig veel volks zal ik U prijzen. ~
16 Psa 48:2 | HEERE is groot en zeer te prijzen, in de stad onzes Gods,
17 Psa 56:5 | In God zal ik Zijn woord prijzen; ik vertrouw op God, ik
18 Psa 56:11 | In God zal ik het woord prijzen; in den HEERE zal ik het
19 Psa 56:11 | den HEERE zal ik het woord prijzen. ~
20 Psa 63:4 | leven; mijn lippen zouden U prijzen. ~
21 Psa 69:31 | 31 Ik zal Gods Naam prijzen met gezang, en Hem met dankzegging
22 Psa 69:35 | 35 Dat Hem prijzen de hemel en de aarde, de
23 Psa 74:21 | en nooddruftige Uw Naam prijzen. ~
24 Psa 84:5 | die in Uw huis wonen; zij prijzen U gestadiglijk. Sela. ~
25 Psa 96:4 | HEERE is groot, en zeer te prijzen; Hij is vreselijk boven
26 Psa 109:30 | midden van velen zal ik Hem prijzen. ~
27 Psa 115:17 | doden zullen den HEERE niet prijzen, noch die in de stilte nedergedaald
28 Psa 145:2 | zal ik U loven, en Uw Naam prijzen in eeuwigheid en altoos. ~
29 Psa 145:3 | HEERE is groot en zeer te prijzen, en Zijn grootheid is ondoorgrondelijk. ~
30 Psa 146:2 | 2 Ik zal den HEERE prijzen in mijn leven; ik zal mijn
31 Spre 27:2 | Laat u een vreemde prijzen, en niet uw mond; een onbekende,
32 Spre 28:4 | Die de wet verlaten, prijzen de goddelozen; maar die
33 Spre 31:31| en laat haar werken haar prijzen in de poorten. ~
34 Hoo 6:9 | bijwijven; en zij zullen haar prijzen. ~
35 Jes 38:18 | loven, de dood zal U niet prijzen; die in den kuil nederdalen,
36 Jes 63:9 | en zij zullen den HEERE prijzen; en die hem vergaderen zullen,
37 Joe 2:26 | tot verzadiging eten, en prijzen den Naam des HEEREN, uw
38 Rom 1:25 | boven den Schepper, Die te prijzen is in der eeuwigheid, amen. ~
39 Rom 9:5 | Dewelke is God boven allen te prijzen in der eeuwigheid. Amen. ~
40 Rom 16:18 | verleiden door schoonspreken en prijzen de harten der eenvoudigen.
41 1Kor 11:22| zal ik u zeggen? Zal ik u prijzen? In dezen prijs ik u niet. ~
42 2Kor 3:1 | onszelven wederom u aan te prijzen? Of behoeven wij ook, gelijk
43 2Kor 5:12| 12 Want wij prijzen onszelven u niet wederom
44 2Kor 10:12| sommigen, die zichzelven prijzen; maar deze verstaan niet,
|