Book Chapter: Verse

 1 Num  16:14 |       vloeit, noch ons akkers en wijngaarden ten erfdeel gegeven. Zult
 2 Num  20:17 |          den akker, noch door de wijngaarden, noch zullen het water der
 3 Num  21:22 |         in de akkers, noch in de wijngaarden; wij zullen het water der
 4 Num  22:24 |      HEEREN stond in een pad der wijngaarden, zijnde een muur aan deze,
 5 Deu   6:11 |       gij niet uitgehouwen hebt, wijngaarden en olijfgaarden, die gij
 6 Deu  28:39 |                               39 Wijngaarden zult gij planten, en bouwen,
 7 Joz  25:13 |          dezelve; gij eet van de wijngaarden en olijfbomen, die gij niet
 8 Ric  13:5  |         zij nu kwamen tot aan de wijngaarden van Thimnath, ziet daar,
 9 Ric  14:5  |      staande koren, zelfs tot de wijngaarden en olijfbomen toe. ~
10 Ric  20:20 |        Gaat heen, en loert in de wijngaarden. ~
11 Ric  20:21 |         zo komt gij voort uit de wijngaarden, en schaakt u, een ieder
12 1Sa   8:14 |           14 En uw akkers, en uw wijngaarden, en uw olijfgaarden, die
13 1Sa   8:15 |             15 En uw zaad, en uw wijngaarden zal hij vertienen, en hij
14 2Kon   5:26|         nemen, en olijfbomen, en wijngaarden, en schapen, en runderen,
15 2Kon  20:32|        een land van brood en van wijngaarden, een land van olijven, van
16 2Kon  21:29|         jaar, en maait, en plant wijngaarden, en eet hun vruchten. ~
17 1Kro  28:27|                    27 En over de wijngaarden was Simei, de Ramathiet;
18 Neh   5:3  |   verpanden onze akkers, en onze wijngaarden, en onze huizen, opdat wij
19 Neh   5:4  |           op onze akkers en onze wijngaarden. ~
20 Neh   5:5  |       hebben onze akkers en onze wijngaarden. ~
21 Neh   5:11 |      heden weder hun akkers, hun wijngaarden, hun olijfgaarden en hun
22 Neh   9:25 |          uitgehouwen bornputten, wijngaarden, olijfgaarden en bomen van
23 Job  24:18 |        zich niet tot den weg der wijngaarden. ~
24 Psa 107:37 |      bezaaien akkers, en planten wijngaarden, die inkomende vrucht voortbrengen. ~
25 Pred   2:4 |       mij huizen, ik plantte mij wijngaarden. ~
26 Hoo   1:6  |        tot een hoederin der      wijngaarden. Mijn wijngaard, dien ik
27 Hoo   1:14 |       een tros van Cyprus, in de wijngaarden van En-gedi. ~
28 Hoo   2:15 |         de kleine vossen, die de wijngaarden verderven, want onze wijngaarden
29 Hoo   2:15 | wijngaarden verderven, want onze wijngaarden hebben jonge druifjes. ~
30 Jes  16:10 |        vruchtbare veld, en in de wijngaarden wordt niet gezongen, noch
31 Jes  36:17 |        een land van brood en van wijngaarden. ~
32 Jes  37:30 |          en maait, en plant      wijngaarden, en eet hun vruchten. ~
33 Jes  66:21 |        en bewonen, en zij zullen wijngaarden planten, en derzelver vrucht
34 Jer  31:5  |            5      Gij zult weder wijngaarden planten op de bergen van
35 Jer  32:15 |        nog huizen, en velden, en wijngaarden in dit land gekocht worden. ~
36 Jer  39:10 |         hij gaf hun te dien dage wijngaarden      en akkers. ~
37 Eze  28:26 |      wonen, en huizen bouwen, en wijngaarden planten; ja, zij zullen
38 Hos   2:14 |        En Ik zal haar geven haar wijngaarden van daar af, en het dal
39 Amos   4:9 |     veelheid uwer hoven, en uwer wijngaarden, en uwer vijgebomen, en
40 Amos   5:11|           gij hebt gewenste      wijngaarden geplant, maar gij zult derzelver
41 Amos   5:17|              17      Ja, in alle wijngaarden zal rouwklage zijn; want
42 Amos   9:14|         herbouwen en bewonen, en wijngaarden planten, en derzelver wijn
43 Zep   1:13 |          bewonen; en zij planten wijngaarden, maar zij zullen      derzelver