Book Chapter: Verse
1 Exo 10:19 | sprinkhaan over in al de landpalen van Egypte. ~
2 Exo 23:31 | 31 En Ik zal uw landpalen zetten van de zee Suf tot
3 Exo 34:47 | bezitting zal verdrijven, en uw landpalen verwijden, dan zal niemand
4 Num 20:17 | linkerhand, totdat wij door uw landpalen zullen getrokken zijn. ~
5 Num 21:13 | woestijn is, uitgaande uit de landpalen der Amorieten; want de Arnon
6 Num 31:86 | steden van hetzelve in de landpalen, de steden des lands rondom. ~
7 Num 33:2 | het land Kanaan, naar zijn landpalen. ~
8 Deu 16:4 | gezien worden in enige uwer landpalen; ook zal van het vlees,
9 Deu 28:40 | zult gij hebben in al uw landpalen, maar gij zult u met olie
10 Deu 32:8 | vaneen scheidde, heeft Hij de landpalen der volken gesteld naar
11 Joz 18:20 | kinderen van Benjamin, in hun landpalen rondom, naar hun huisgezinnen. ~
12 Ric 18:29 | en hij zond ze in alle landpalen van Israel. ~
13 1Sa 5:6 | met spenen, Asdod en haar landpalen. ~
14 1Sa 7:13 | en kwamen niet meer in de landpalen van Israel; want de hand
15 1Sa 11:3 | wij boden zenden in al de landpalen van Israel; is er dan niemand,
16 1Sa 11:7 | en hij zond ze in alle landpalen van Israel door de hand
17 1Kon 1:3 | schone jonge dochter in alle landpalen van Israel; en zij vonden
18 2Kon 10:32| Hazael sloeg ze in alle landpalen van Israel: ~
19 2Kon 16:16| die daarin waren, ook haar landpalen van Thirza af; omdat men
20 2Kon 20:8 | Filistijnen tot Gaza toe, en haar landpalen, van den wachttoren af tot
21 1Kro 6:54| naar hun kastelen, in hun landpalen, namelijk van de zonen van
22 1Kro 22:12| engel des HEEREN in al de landpalen van Israel? Zo zie nu toe,
23 2Kro 12:13| zich bij hem uit al hun landpalen. ~
24 Job 24:2 | 2 Zij tasten de landpalen aan; de kudden roven zij,
25 Psa 105:33 | brak het geboomte hunner landpalen. ~
26 Psa 147:14 | 14 Die uw landpalen in vrede stelt; Hij verzadigt
27 Jes 10:13 | verstandig; en ik heb de landpalen der volken weggenomen, en
28 Jes 19:19 | opgericht teken aan haar landpalen voor den HEERE. ~
29 Jer 15:13 | al uw zonden, en in al uw landpalen. ~
30 Jer 17:3 | hoogten, om de zonde in al uw landpalen. ~
31 Eze 27:4 | 4 Uw landpalen zijn in het hart der zeeen;
32 Hos 5:10 | geworden, gelijk die de landpalen verrukken; Ik zal Mijn verbolgenheid,
33 Matt 2:16| Bethlehem, en in al deszelfs landpalen waren, van twee jaren oud
34 Matt 8:34| baden zij, dat Hij uit hun landpalen wilde vertrekken. ~ ~ ~
35 Matt 15:22| Kananese vrouw, uit die landpalen komende, riep tot Hem, zeggende:
36 Matt 15:39| het schip, en kwam in de landpalen van Magdala. ~ ~
37 Matt 19:1 | kwam over de Jordaan, in de landpalen van Judea. ~
38 Mark 5:17| bidden, dat Hij van hun landpalen wegging. ~
39 Mark 7:24| opstaande, ging Hij weg naar de landpalen van Tyrus en Sidon; en in
40 Mark 7:31| weggegaan zijnde van de landpalen van Tyrus en Sidon, kwam
41 Mark 7:31| Galilea, door het midden der landpalen van Dekapolis. ~
42 Mark 10:1 | zijnde, ging Hij naar de landpalen van Judea, door de overzijde
43 Hand 7:50| Barnabas, en wierpen ze uit hun landpalen. ~
|