Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
piepen 2
piepte 2
pijl 18
pijlen 41
pijlkoker 6
pijls 1
pijn 11
Frequency    [«  »]
41 onreine
41 onreinigheid
41 oogst
41 pijlen
41 scherpte
41 schrijver
41 synagoge

Bijbel

IntraText - Concordances

pijlen

   Book Chapter: Verse
1 Num 24:8 | gebeente breken, en met zijn pijlen doorschieten. ~ 2 Deu 32:23 | kwaden over hen hopen; Mijn pijlen zal Ik op hen verschieten. ~ 3 Deu 32:42 | 42 Ik zal Mijn pijlen dronken maken van bloed, 4 1Sa 20:20 | 20 Zo zal ik drie pijlen ter zijde schieten, als 5 1Sa 20:21 | zeggende: Ga heen, zoek de pijlen, indien ik uitdrukkelijk 6 1Sa 20:21 | den jongen zeg: Zie, de pijlen zijn van u af en herwaarts, 7 1Sa 20:22 | jongen alzo zeg: Zie, de pijlen zijn van u af en verder; 8 1Sa 20:36 | jongen: Loop, zoek nu de pijlen, die ik schieten zal. De 9 2Sa 18:14 | vertoeven; en hij nam drie pijlen, en stak ze in Absaloms 10 2Sa 22:15 | 15 En Hij zond pijlen uit en verstrooide ze; bliksemen 11 2Kon 14:15| tot hem: Neem een boog en pijlen. En hij nam tot zich een 12 2Kon 14:15| nam tot zich een boog en pijlen. ~ 13 2Kon 14:18| Daarna zeide hij: Neem de pijlen. En hij nam ze. Toen zeide 14 1Kro 12:2 | stenen werpende, en met pijlen schietende uit den boog; 15 2Kro 26:15| hoeken zijn zouden, om met pijlen en met grote stenen, te 16 Job 6:4 | 4 Want de pijlen des Almachtigen zijn in 17 Psa 7:14 | gereed gemaakt; Hij zal Zijn pijlen tegen de hittige vervolgers 18 Psa 11:2 | den boog, zij schikken hun pijlen op de pees, om in het donkere 19 Psa 18:15 | 15 En Hij zond Zijn pijlen uit, en verstrooide ze; 20 Psa 39:3 | 3 Want Uw pijlen zijn in mij gedaald, en 21 Psa 45:6 | 6 Uw pijlen zijn scherp; volken zullen 22 Psa 57:5 | welker tanden spiesen en pijlen zijn, en hun tong een scherp 23 Psa 58:8 | daarhenen drijven; legt hij zijn pijlen aan, laat hen zijn, alsof 24 Psa 76:4 | Hij verbroken de vurige pijlen van den boog, het schild, 25 Psa 77:18 | gaven geluid; ook gingen Uw pijlen daarhenen. ~ 26 Psa 120:4 | 4Scherpe pijlen eens machtigen, mitsgaders 27 Psa 127:4 | 4Gelijk de pijlen zijn in de hand eens helds, 28 Psa 144:6 | en verstrooi hen; zend Uw pijlen uit, en verdoe hen. ~ 29 Spre 26:18| razen, die vuursprankelen, pijlen en dodelijke dingen werpt; ~ 30 Jes 5:28 | 28      Welker pijlen scherp zullen zijn, en al 31 Jes 7:24 | 24      Dat men met pijlen en met den boog aldaar zal 32 Jer 50:9 | ingenomen worden; hun pijlen zullen zijn als eens kloeken 33 Jer 50:14 | schiet in haar, en spaart de pijlen niet; want zij heeft tegen 34 Jer 51:11 | 11      Zuivert de pijlen, rust de schilden volkomenlijk 35 Klaa 1:57| He. Hij heeft Zijn pijlen in mijn nieren doen ingaan. ~ 36 Eze 5:16 | Wanneer Ik de boze pijlen des hongers tegen hen uitzenden 37 Eze 21:21 | gebruiken; hij zal zijn pijlen slijpen; hij zal de terafim 38 Eze 39:3 | linkerhand slaan, en Ik zal uw pijlen uit uw rechterhand doen 39 Eze 39:9 | rondassen, van bogen en van pijlen, zo van handstokken als      40 Zac 9:14 | henlieden verschijnen, en Zijn pijlen zullen uitvaren als een 41 Efez 6:16| hetwelk gij al de vurige pijlen des bozen zult kunnen uitblussen. ~


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License