Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
kemelshaar 2
kemelstal 1
kemuel 3
ken 41
kenaana 4
kenan 6
kenath 2
Frequency    [«  »]
41 herders
41 hof
41 ijzeren
41 ken
41 kleinen
41 morgenstond
41 naasten

Bijbel

IntraText - Concordances

ken

   Book Chapter: Verse
1 Exo 5:2 | Israel te laten trekken? Ik ken den HEERE niet, en ik zal 2 Exo 34:12 | daar Gij gezegd hebt: Ik ken u bij name! en ook: Gij 3 Exo 34:17 | Mijn ogen, en Ik u bij name ken. ~ 4 Deu 31:27 | 27 Want ik ken uw wederspannigheid, en 5 1Sa 17:28 | de woestijn gelaten? Ik ken uw vermetelheid, en de boosheid 6 1Kro 29:9 | En gij, mijn zoon Salomo, ken den God uws vaders, en dien 7 Psa 50:11 | 11 Ik ken al het gevogelte der bergen, 8 Psa 51:5 | 5 Want ik ken mijn overtredingen, en mijn 9 Psa 139:23 | Doorgrond mij, o God! en ken mijn hart; beproef mij, 10 Psa 139:23 | mijn hart; beproef mij, en ken mijn gedachten. ~ 11 Spre 3:6 | 6      Ken Hem in al uw wegen, en Hij 12 Jes 44:8 | andere      rotssteen: Ik ken er geen? ~ 13 Jer 2:23 | Zie uw weg in het dal, ken, wat gij gedaan hebt, gij 14 Jer 3:13 | 13      Alleen ken uw ongerechtigheid, dat 15 Jer 48:30 | 30      Ik ken zijn verbolgenheid, spreekt 16 Hos 5:3 | 3      Ik ken Efraim, en Israel is voor 17 Matt 25:12| zeide: Voorwaar zeg ik u: Ik ken u niet. ~ 18 Matt 26:72| met een eed, zeggende: Ik ken den Mens niet. ~ 19 Matt 26:74| vervloeken, en te zweren: Ik ken den Mens niet. ~ 20 Mark 1:24| om ons te verderven? Ik ken U, wie Gij zijt, namelijk 21 Mark 14:68| geloochend, zeggende: Ik ken Hem niet, en ik weet niet, 22 Mark 14:71| vervloeken en te zweren: Ik ken dezen Mens niet, Dien gij 23 Luk 4:34 | om ons te verderven? Ik ken U, wie Gij zijt, namelijk 24 Luk 13:25 | antwoorden en tot u zeggen: Ik ken u niet, van waar gij zijt. ~ 25 Luk 13:27 | zal zeggen: Ik zeg u, Ik ken u niet, van waar gij zijt; 26 Luk 22:57 | Hem, zeggende: Vrouw, ik ken Hem niet. ~ 27 Joha 5:42| 42 Maar Ik ken ulieden, dat gij de liefde 28 Joha 7:29| 29 Maar Ik ken Hem; want Ik ben van Hem, 29 Joha 8:55| gij kent Hem niet, maar Ik ken Hem; en indien Ik zeg, dat 30 Joha 8:55| Ik zeg, dat Ik Hem niet ken, zo zal Ik ulieden gelijk 31 Joha 8:55| is een leugenaar; maar Ik ken Hem, en bewaar Zijn woord. ~ 32 Joha 10:14| ben de goede Herder; en Ik ken de Mijnen, en worde van 33 Joha 10:15| de Vader Mij kent, alzo ken Ik ook den Vader; en Ik 34 Joha 10:27| schapen horen Mijn stem, en Ik ken dezelve, en zij volgen Mij. ~ 35 Hand 13:15| antwoordende, zeide: Jezus ken ik, en Paulus weet ik; maar 36 Rom 7:15 | Want hetgeen ik doe, dat ken ik niet; want hetgeen ik 37 1Kor 13:12| aangezicht tot aangezicht; nu ken ik ten dele, maar alsdan 38 2Kor 12:2 | 2 Ik ken een mens in Christus, voor 39 2Kor 12:3 | 3 En ik ken een zodanig mens (of het 40 Heb 8:11 | zijn broeder, zeggende: Ken de Heere; want zij zullen 41 1Joh 2:4 | 4 Die daar zegt: Ik ken Hem, en Zijn geboden niet


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License