Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
johannes 140
jojachin 11
jojada 59
jojakim 40
jojakims 1
jojarib 7
jok 1
Frequency    [«  »]
40 handbomen
40 ijver
40 jehizkia
40 jojakim
40 melaatsheid
40 monds
40 nieuw

Bijbel

IntraText - Concordances

jojakim

   Book Chapter: Verse
1 2Kon 25:34| veranderde zijn naam in Jojakim; maar Joahaz nam hij mede, 2 2Kon 25:35| 35 En Jojakim gaf dat zilver en dat goud 3 2Kon 25:36| Vijf en twintig jaren was Jojakim oud, toen hij koning werd, 4 2Kon 26:1 | koning van Babel, op, en Jojakim werd zijn knecht drie jaren; 5 2Kon 26:5 | der geschiedenissen van Jojakim, en al wat hij gedaan heeft, 6 2Kon 26:6 | 6 En Jojakim ontsliep met zijn vaderen; 7 2Kon 26:19| HEEREN, naar alles, wat Jojakim gedaan had. ~ 8 1Kro 3:15| eerstgeborene Johanan, de tweede Jojakim, de derde Zedekia, de vierde 9 1Kro 3:16| 16 De kinderen van Jojakim nu waren: Jechonia zijn 10 2Kro 37:4 | veranderde zijn naam in Jojakim; maar zijn broeder Joahaz 11 2Kro 37:5 | Vijf en twintig jaren was Jojakim oud, als hij koning werd, 12 2Kro 37:8 | van de geschiedenissen van Jojakim, en zijn gruwelen, die hij 13 Neh 12:10 | 10 Jesua nu gewon Jojakim, en Jojakim gewon Eljasib, 14 Neh 12:10 | Jesua nu gewon Jojakim, en Jojakim gewon Eljasib, en Eljasib 15 Neh 12:12 | 12 En in de dagen van Jojakim waren priesters, hoofden 16 Neh 12:26 | Dezen waren in de dagen van Jojakim, den zoon van Jesua, den 17 Jer 1:3 | tot hem in de dagen van Jojakim, zoon van Josia, koning 18 Jer 22:18 | Daarom zegt de HEERE alzo van Jojakim, zoon van Josia, koning 19 Jer 22:24 | ofschoon Chonia, de zoon van Jojakim, den koning van Juda, een 20 Jer 24:1 | Jechonia, den zoon van Jojakim, den koning van Juda, mitsgaders 21 Jer 25:1 | in het vierde jaar van Jojakim, zoon van Josia, koning 22 Jer 26:1 | begin des koninkrijks van Jojakim, den zoon van Josia, koning 23 Jer 26:21 | 21      En als de koning Jojakim, mitsgaders al zijn geweldigen, 24 Jer 26:22 | 22      Maar de koning Jojakim zond mannen naar Egypte, 25 Jer 26:23 | brachten hem tot den koning Jojakim, en hij sloeg hem met het 26 Jer 27:1 | begin des koninkrijks van Jojakim, zoon van Josia, koning 27 Jer 27:20 | hij Jechonia, den zoon van Jojakim, koning van Juda, van Jeruzalem, 28 Jer 28:4 | Ik Jechonia, den zoon van Jojakim, koning van Juda, en allen, 29 Jer 35:1 | den HEERE, in de dagen van Jojakim, den zoon van Josia, den 30 Jer 36:1 | ook in het vierde jaar van Jojakim, den zoon van Josia, den 31 Jer 36:9 | geschiedde in het vijfde jaar van Jojakim, den zoon van Josia, den 32 Jer 36:28 | zijn op de eerste rol, die Jojakim, de koning van Juda, verbrand 33 Jer 36:29 | 29      En tot Jojakim, den koning van Juda, zult 34 Jer 36:30 | Daarom zegt de HEERE alzo van Jojakim, den koning van Juda: Hij 35 Jer 36:32 | de woorden des boeks, dat Jojakim,      de koning van Juda, 36 Jer 45:1 | in het vierde jaar van   Jojakim, den zoon van Josia, den 37 Jer 46:2 | het vierde jaar      van Jojakim, den zoon van Josia, den 38 Jer 52:2 | HEEREN, naar alles, wat Jojakim gedaan had. ~ 39 Dan 1:1 | jaar des koninkrijks van Jojakim, den koning van Juda, kwam 40 Dan 1:2 | 2      En de HEERE gaf Jojakim, den koning van Juda, in


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License