Book Chapter: Verse
1 Gen 37:51 | mij doen vergeten al mijn moeite, en het ganse huis mijns
2 Exo 18:8 | had, om Israels wil; al de moeite, die hun op dien weg ontmoet
3 Num 20:14 | broeder Israel: Gij weet al de moeite, die ons ontmoet is; ~
4 Deu 1:12 | 12 Hoe zoude ik alleen uw moeite, en uw last, en uw twistzaken
5 Neh 9:32 | aangezicht niet gering zijn al de moeite, die ons getroffen heeft,
6 Job 3:10 | buiks, noch verborgen de moeite van mijn ogen. ~
7 Job 4:8 | die ondeugd ploegen, en moeite zaaien, maaien dezelve. ~
8 Job 5:6 | verdriet niet voort, en de moeite spruit niet uit de aarde; ~
9 Job 5:7 | 7 Maar de mens wordt tot moeite geboren; gelijk de spranken
10 Job 7:3 | geworden, en nachten der moeite zijn mij voorbereid. ~
11 Job 11:16 | 16 Want gij zult de moeite vergeten, en harer gedenken
12 Job 15:35 | 35 Zijn ontvangen moeite, en baren ijdelheid, en
13 Psa 7:15 | ongerechtigheid, en is zwanger van moeite, hij zal leugen baren. ~
14 Psa 7:17 | 17 Zijn moeite zal op zijn hoofd wederkeren,
15 Psa 10:7 | list; onder zijn tong is moeite en ongerechtigheid. ~
16 Psa 10:14 | want Gij aanschouwt de moeite en het verdriet, opdat men
17 Psa 25:18 | Aanzie mijn ellende, en mijn moeite, en neem weg al mijn zonden. ~
18 Psa 73:5 | 5 Zij zijn niet in de moeite als andere mensen, en worden
19 Psa 73:16 | mogen verstaan; maar het was moeite in mijn ogen; ~
20 Psa 90:10 | uitnemendste van die is moeite en verdriet; want het wordt
21 Psa 94:20 | U vergezelschappen, die moeite verdicht bij inzetting? ~
22 Spre 22:8 | Die onrecht zaait, zal moeite maaien; en de roede zijner
23 Spre 24:2 | verwoesting, en hun lippen spreken moeite. ~
24 Spre 31:7 | armoede vergete, en zijner moeite niet meer gedenke. ~
25 Jes 10:1 | en den schrijvers, die moeite voorschrijven; ~
26 Jes 60:4 | en spreken leugen; met moeite zijn zij zwanger, en
27 Jer 20:18 | baarmoeder voortgekomen, om moeite en droefenis te zien, en
28 Klaa 1:49| Hij heeft mij met galle en moeite omringd. ~
29 Klaa 1:95| Mijn oog doet mijn ziele moeite aan, vanwege al de dochteren
30 Matt 26:10| Waarom doet gij deze vrouw moeite aan? want zij heeft een
31 Mark 14:6 | haar; wat doet gij haar moeite aan? Zij heeft een goed
32 Luk 7:6 | tot Hem: Heere, neem de moeite niet; want ik ben niet waardig,
33 Luk 11:7 | zou zeggen: Doe mij geen moeite aan; de deur is nu gesloten,
34 1Kor 16:4 | 4 En indien het der moeite waardig mocht zijn, dat
35 2Kor 11:27| 27 In arbeid en moeite, in waken menigmaal, in
36 Gal 6:17 | Voorts, niemand doe mij moeite aan; want ik draag de littekenen
37 1The 2:9 | broeders, onzen arbeid en moeite; want nacht en dag werkende,
38 2The 3:8 | niet, maar in arbeid en moeite, nacht en dag werkende,
39 Open 21:4 | rouw, noch gekrijt, noch moeite zal meer zijn; want de eerste
|