Book Chapter: Verse
1 Deu 5:1 | oren spreek, dat gij ze leert en waarneemt, om dezelve
2 Deu 11:19 | 19 En leert die uw kinderen, sprekende
3 Deu 14:23 | opdat gij den HEERE, uw God, leert vrezen alle dagen.
4 Deu 31:19 | schrijft ulieden dit lied, en leert het den kinderen Israels;
5 2Sa 22:35 | 35 Hij leert mijn handen ten strijde,
6 Job 6:24 | 24 Leert mij, en ik zal zwijgen,
7 Job 15:5 | 5 Want uw mond leert uw ongerechtigheid, en gij
8 Psa 18:35 | 35 Hij leert mijn handen ten strijde,
9 Psa 94:10 | Die den mens wetenschap leert? ~
10 Psa 94:12 | Gij tuchtigt, en dien Gij leert uit Uw wet, ~
11 Spre 6:13| spreekt met zijn voeten, leert met zijn vingeren; ~
12 Spre 22:25| Opdat gij zijn paden niet leert, en een strik over uw ziel
13 Jes 1:17 | 17 Leert goed doen, zoekt het recht,
14 Jes 9:14 | de profeet, die valsheid leert, die is de staart.) ~
15 Jes 26:10 | goddeloze genade bewezen, hij leert evenwel geen gerechtigheid,
16 Jes 28:26 | onderricht hem van de wijze, Hij leert hem. ~
17 Jes 48:17 | de HEERE, uw God, Die u leert, wat nut is, Die u leidt
18 Jer 9:20 | het woord Zijns monds, en leert uw dochters weeklagen, en
19 Jer 10:2 | 2 Zo zegt de HEERE: Leert den weg der heidenen niet,
20 Matt 9:13| 13 Doch gaat heen en leert, wat het zij: Ik wil barmhartigheid,
21 Matt 11:29| Neemt Mijn juk op u, en leert van Mij, dat Ik zachtmoedig
22 Matt 22:16| weg Gods in der waarheid leert, en naar niemand vraagt;
23 Matt 24:32| 32 En leert van den vijgeboom deze gelijkenis:
24 Mark 12:14| mensen niet aan, maar Gij leert den weg Gods in der waarheid;
25 Mark 13:28| 28 En leert van den vijgeboom deze gelijkenis;
26 Luk 20:21 | dat Gij recht spreekt en leert, en den persoon niet aanneemt,
27 Luk 20:21 | aanneemt, maar den weg Gods leert in der waarheid. ~
28 Joha 9:34| geheel in zonden geboren, en leert gij ons? En zij wierpen
29 Hand 15:21| onder de heidenen zijn, leert van Mozes afvallen, zeggende:
30 Hand 15:28| plaats allen man overal leert; en bovendien heeft hij
31 Rom 2:21 | 21 Die dan een anderen leert, leert gij uzelven niet?
32 Rom 2:21 | Die dan een anderen leert, leert gij uzelven niet? Die predikt,
33 Rom 12:7 | het bedienen; hetzij die leert, in het leren; ~
34 1Kor 2:13| die de menselijke wijsheid leert, maar met woorden, die de
35 1Kor 2:13| woorden, die de Heilige Geest leert, geestelijke dingen met
36 1Kor 11:14| 14 Of leert u ook de natuur zelve niet,
37 Kol 3:16 | in u, in alle wijsheid; leert en vermaant elkander, met
38 1Tim 6:3 | Indien iemand een andere leer leert, en niet overeenkomt met
39 1Joh 2:27| gelijk dezelfde zalving u leert van alle dingen, zo is zij
|