Book Chapter: Verse
1 Exo 9:27 | HEERE is rechtvaardig; ik daarentegen en mijn volk zijn goddelozen! ~
2 Num 31:76 | 23 Indien gij daarentegen alzo niet zult doen, ziet,
3 Deu 1:40 | 40 Gij daarentegen, keert u, en reist naar
4 Deu 4:4 | 4 Gij daarentegen, die den HEERE, uw God,
5 Deu 28:15 | 15 Daarentegen zal het geschieden, indien
6 Ric 4:55 | vijanden, o HEERE! die Hem daarentegen liefhebben, moeten zijn,
7 Ric 5:31 | 31 Joas daarentegen zeide tot allen, die bij
8 Ric 7:2 | 2 Hij daarentegen zeide tot hen: Wat heb ik
9 Ric 8:36 | hoogten der bergen. Zebul daarentegen zeide tot hem: Gij ziet
10 Ric 9:17 | legerden zich in Gilead; daarentegen werden de kinderen Israels
11 1Sa 9:6 | 6 Hij daarentegen zeide tot hem: Zie toch,
12 1Sa 17:45 | 45 David daarentegen zeide tot den Filistijn:
13 1Sa 20:2 | 2 Hij daarentegen zeide tot hem: Dat zij verre,
14 1Sa 26:9 | 9 David daarentegen zeide tot Abisai: Verderf
15 1Sa 29:11 | Filistijnen; de Filistijnen daarentegen togen op naar Jizreel. ~ ~ ~
16 2Sa 14:9 | mijns vaders huis; de koning daarentegen, en zijn stoel, zij onschuldig. ~
17 1Kon 3:22| de dode is uw zoon; gene daarentegen zeide: Neen, maar de dode
18 1Kon 3:26| dood het geenszins; deze daarentegen zeide: Het zij noch het
19 1Kro 30:1 | jongeling en teder; dit werk daarentegen is groot, want het is geen
20 Job 21:25 | 25 De ander daarentegen sterft met een bittere ziel,
21 Psa 36:13 | 13 Mij aangaande daarentegen, als zij krank waren, was
22 Psa 38:11 | 11 De zachtmoedigen daarentegen zullen de aarde erfelijk
23 Psa 39:14 | 14 Ik daarentegen ben als een dove, ik hoor
24 Psa 44:3 | volken geplaagd, henlieden daarentegen doen voortschieten. ~
25 Psa 55:24 | niet ter helft brengen; ik, daarentegen, zal op U vertrouwen. ~ ~
26 Pred 4:1 | verdrukkers was macht, zij daarentegen hadden geen vertrooster. ~
27 Pred 7:15| zijn gerechtigheid omkomt; daarentegen is er een goddeloze, die
28 Pred 7:26| van haar ontkomen; daarentegen de zondaar zal van haar
29 Jes 14:30 | zeker nederliggen; uw wortel daarentegen zal Ik door den honger doden,
30 Jes 67:5 | tot ulieder vreugde, zij daarentegen zullen beschaamd worden. ~
31 Jer 17:7 | 7 Gezegend daarentegen is de man, die op den HEERE
32 Jer 22:5 | 5 Indien gij daarentegen deze woorden niet zult horen,
33 Eze 33:6 | 6 Wanneer daarentegen de wachter het zwaard ziet
34 Hos 12:15 | 15 Efraim daarentegen heeft Hen zeer bitterlijk
35 Amos 2:9 | 9 Ik daarentegen heb den Amoriet voor hunlieder
36 Mal 4:2 | 2 Ulieden daarentegen, die Mijn Naam vreest, zal
37 2Kor 2:7 | 7 Alzo dat gij daarentegen hem liever moet vergeven
38 Gal 2:7 | 7 Maar daarentegen, als zij zagen, dat aan
39 1Pet 3:9 | voor schelden, maar zegent daarentegen; wetende, dat gij daartoe
|