Book Chapter: Verse
1 Lev 14:4 | zijn, twee levende reine vogelen neme, mitsgaders cederenhout,
2 1Sa 17:44 | zo zal ik uw vlees aan de vogelen des hemels geven, en aan
3 1Sa 17:46 | Filistijnen leger dezen dag aan de vogelen des hemels, en aan de beesten
4 1Kon 4:23| en buffelen, en gemeste vogelen. ~
5 1Kon 14:11| het veld sterft, zullen de vogelen des hemels eten; want de
6 1Kon 16:4 | het veld sterft, zullen de vogelen des hemels eten. ~
7 1Kon 21:24| het veld sterft, zullen de vogelen des hemels eten. ~
8 Neh 5:18 | schapen; ook werden mij vogelen bereid, en binnen tien dagen
9 Pred 9:12| het boze net; en gelijk de vogelen, die gevangen worden met
10 Jes 31:5 | 5 Gelijk vliegende vogelen, alzo zal de HEERE der heirscharen
11 Jer 4:25 | er was geen mens; en alle vogelen des hemels waren weggevlogen. ~
12 Jer 9:10 | geen stem van vee; van de vogelen des hemels aan tot de beesten
13 Jer 12:9 | een gesprenkelde vogel; de vogelen zijn rondom tegen haar;
14 Eze 31:6 | 6 Alle vogelen des hemels nestelden op
15 Eze 31:13 | 13 Alle vogelen des hemels woonden op zijn
16 Dan 2:38 | beesten des velds en de vogelen des hemels in uw hand gegeven;
17 Dan 4:12 | des velds schaduw, en de vogelen des hemels woonden in
18 Dan 4:14 | hem wegzwerven, en de vogelen van zijn takken; ~
19 Dan 4:21 | woonde, en in wiens takken de vogelen des hemels nestelden; ~
20 Dan 4:33 | en zijn nagelen als der vogelen. ~
21 Hos 7:12 | uitspreiden, Ik zal ze als vogelen des hemels doen nederdalen.
22 Zep 1:3 | beesten; Ik zal wegrapen de vogelen des hemels, en de vissen
23 Matt 6:26| 26 Aanziet de vogelen des hemels, dat zij niet
24 Matt 8:20| vossen hebben holen, en de vogelen des hemels nesten; maar
25 Matt 13:4 | zaad bij den weg; en de vogelen kwamen en aten datzelve
26 Matt 13:32| wordt een boom, alzo dat de vogelen des hemels komen en nestelen
27 Mark 4:4 | viel bij den weg; en de vogelen des hemels kwamen, en aten
28 Mark 4:32| grote takken, alzo dat de vogelen des hemels onder zijn schaduw
29 Luk 8:5 | en werd vertreden, en de vogelen des hemels aten dat op. ~
30 Luk 9:58 | vossen hebben holen, en de vogelen des hemels nesten; maar
31 Luk 12:24 | dezelve; hoeveel gaat gij de vogelen te boven? ~
32 Luk 13:19 | tot een groten boom, en de vogelen des hemels nestelden in
33 Hand 5:12| kruipende dieren, en de vogelen des hemels. ~
34 Hand 6:6 | kruipende dieren, en de vogelen des hemels. ~
35 1Kor 15:39| vissen, en een ander der vogelen. ~
36 Jako 3:7 | der wilde dieren en der vogelen, beide der kruipende en
37 Open 19:17| stem, zeggende tot al de vogelen, die in het midden des hemels
38 Open 19:21| Zijn mond ging; en al de vogelen werden verzadigd van hun
|