Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
verkwikt 10
verkwikte 1
verkwisten 1
verlaat 38
verlamde 2
verlammen 1
verlang 2
Frequency    [«  »]
38 rook
38 rusten
38 slachtoffer
38 verlaat
38 verlos
38 verschrikt
38 verzocht

Bijbel

IntraText - Concordances

verlaat

   Book Chapter: Verse
1 Gen 40:22 | verlaten; indien hij zijn vader verlaat, zo zal hij sterven. ~ 2 Num 10:31 | 31 En hij zeide: Verlaat ons toch niet; want dewijl 3 Deu 12:19 | dat gij den Leviet niet verlaat, al uw dagen in uw land. ~ 4 1Kro 29:9 | worden; maar indien gij Hem verlaat, Hij zal u tot in eeuwigheid 5 2Kro 16:2 | worden; maar zo gij Hem verlaat, Hij zal u verlaten. ~ 6 Job 20:13 | spaart, en hetzelve niet verlaat, maar dat in het midden 7 Psa 10:14 | het in Uw hand geve; op U verlaat zich de arme, Gij zijt geweest 8 Psa 27:9 | geweest, begeef mij niet, en verlaat mij niet, o God mijns heils! ~ 9 Psa 38:8 | He. Laat af van toorn, en verlaat de grimmigheid; ontsteek 10 Psa 39:22 | 22 Verlaat mij niet, o HEERE, mijn 11 Psa 71:9 | den tijd des ouderdoms; verlaat mij niet, terwijl mijn kracht 12 Psa 71:18 | ouderdom en grijsheid daar is, verlaat mij niet, o God, totdat 13 Psa 119:8 | Uw inzettingen bewaren; verlaat mij niet al te zeer. ~ 14 Spre 1:8 | de tucht uws vaders, en verlaat de leer uwer moeder niet; ~ 15 Spre 2:17| leidsman harer jonkheid verlaat, en het verbond haars Gods 16 Spre 4:2 | ulieden goede leer geve, verlaat mijn wet niet. ~ 17 Spre 4:6 | 6      Verlaat ze niet, en zij zal u behoeden; 18 Spre 6:20| het gebod uws vaders, en verlaat de wet uwer moeder niet. ~ 19 Spre 9:6 | 6      Verlaat de slechtigheden, en leeft; 20 Spre 10:17| maar die de bestraffing verlaat, doet dwalen. ~ 21 Spre 15:10| voor dengene die het pad verlaat; en die de bestraffing haat, 22 Spre 17:14| water opening geeft; daarom verlaat den twist, eer hij zich 23 Spre 27:10| 10      Verlaat uw vriend, noch den vriend 24 Pred 10:4 | heersers tegen u oprijst, verlaat uw plaats niet; want het 25 Jes 59:2 | het recht zijns Gods niet verlaat, vragen zij Mij naar de      26 Jer 2:17 | doordien gij den HEERE, uw God, verlaat, ten tijde als Hij u op 27 Jer 2:19 | dat gij den HEERE, uw God, verlaat, en Mijn vreze niet bij 28 Jer 3:1 | Zo een man zijn huisvrouw verlaat, en zij gaat van hem, en 29 Jer 14:9 | zijn naar Uw Naam genoemd, verlaat ons      niet. ~ 30 Jer 48:28 | 28      Verlaat de steden, en woont in de 31 Jer 51:9 | maar zij is niet genezen; verlaat haar dan, en laat ons een 32 Matt 19:9 | u, dat zo wie zijn vrouw verlaat, anders dan om hoererij, 33 Mark 10:11| tot hen: Zo wie zijn vrouw verlaat, en een andere trouwt, die 34 Luk 14:33 | iegelijk van u, die niet verlaat alles, wat hij heeft, die 35 Luk 15:4 | een van die verliezende, verlaat niet de negen en negentig 36 Luk 16:18 | iegelijk, die zijn vrouw verlaat, en een andere trouwt, die 37 Joha 10:12| ziet den wolf komen, en verlaat de schapen, en vliedt; en 38 Joha 16:28| wereld gekomen; wederom verlaat Ik de wereld, en ga heen


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License