Book Chapter: Verse
1 Exo 28:4 | oogjes, een hoed en een gordel; zij zullen dan voor uw
2 Exo 28:39 | fijn linnen maken; maar den gordel zult gij van geborduurd
3 Exo 29:9 | En gij zult hen met den gordel omgorden, namelijk Aaron
4 Exo 39:29 | 29 En den gordel van fijn getweernd linnen,
5 Lev 8:7 | aan, en gordde hem met den gordel, en trok hem den mantel
6 Lev 8:13 | aan, en gordde hen met een gordel, en bond hun mutsen op,
7 Lev 16:4 | zijn, en met een linnen gordel zal hij zich gorden, en
8 Num 31:50 | oorring, of een afhangenden gordel, om voor onze zielen verzoening
9 1Sa 18:4 | zijn boog toe, en tot zijn gordel toe. ~
10 2Sa 18:11 | tien zilverlingen en een gordel te geven?
11 2Sa 20:8 | aan had, en daarop was een gordel, daar het zwaard aan vastgemaakt
12 1Kon 2:5 | krijgsbloed gedaan aan zijn gordel, die aan zijn lendenen was,
13 2Kon 1:8 | kleed, en met een lederen gordel gegord om zijn lenden. Toen
14 2Kon 3:21| van al degenen af, die den gordel aangordden en daarboven,
15 Job 12:18 | Hij los, en Hij bindt den gordel aan hun lenden. ~
16 Psa 109:19 | zich bedekt, en tot een gordel, waarmede hij zich steeds
17 Jes 3:24 | en lossigheid voor een gordel, en kaalheid in plaats van
18 Jes 5:27 | sluimeren noch slapen, noch de gordel zijner lendenen ontbonden
19 Jes 11:5 | Want gerechtigheid zal de gordel Zijner lendenen zijn; ook
20 Jes 11:5 | ook zal de waarheid de gordel Zijner lendenen zijn. ~
21 Jes 22:21 | bekleden, en Ik zal hem met uw gordel sterken, en uw heerschappij
22 Jes 23:10 | dochter van Tarsis! er is geen gordel meer. ~
23 Jer 13:1 | henen, en koop u een linnen gordel, en doe dien aan uw lenden,
24 Jer 13:2 | 2 En ik kocht een gordel naar het woord des HEEREN,
25 Jer 13:4 | 4 Neem den gordel, dien gij gekocht hebt,
26 Jer 13:6 | naar den Frath, en neem den gordel van daar, dien Ik u geboden
27 Jer 13:7 | Frath, en groef, en nam den gordel van de plaats, alwaar ik
28 Jer 13:7 | verstoken had; en ziet, de gordel was verdorven en deugde
29 Jer 13:10 | dat zal worden gelijk deze gordel, die nergens toe deugt. ~
30 Jer 13:11 | Want gelijk als een gordel kleeft aan de lenden eens
31 Eze 23:15 | 15 Gegord met een gordel aan hun lenden, hebbende
32 Matt 2:27| kemelshaar, en een lederen gordel om zijn lenden; en zijn
33 Mark 1:6 | kemelshaar, en met een lederen gordel om zijn lenden, en at sprinkhanen
34 Mark 6:8 | brood, geen geld in den gordel; ~
35 Hand 15:11| kwam tot ons, en nam den gordel van Paulus, en zichzelven
36 Hand 15:11| Geest: Den man, wiens deze gordel is, zullen de Joden alzo
37 Open 1:13| de borsten met een gouden gordel; ~
|