Book Chapter: Verse

 1 Exo  31:13 | zeggende: Gij zult evenwel mijn sabbatten onderhouden; want dit is
 2 Lev  19:3  |      zijn vader vrezen, en Mijn sabbatten houden; Ik ben de HEERE,
 3 Lev  19:30 |                30 Gij zult Mijn sabbatten houden, en Mijn heiligdom
 4 Lev  22:46 |       het zullen zeven volkomen sabbatten zijn; ~
 5 Lev  22:69 |                   38 Behalve de sabbatten des HEEREN, en behalve uw
 6 Lev  25:2  |                          2 Mijn sabbatten zult gij houden, en Mijn
 7 Lev  25:34 |       Dan zal het land aan zijn sabbatten een welgevallen hebben,
 8 Lev  25:34 |        land rusten, en aan zijn sabbatten een welgevallen hebben. ~
 9 Lev  25:35 |  overmits het niet rustte in uw sabbatten, als gij daarin woondet. ~
10 Lev  25:43 |       zijn geweest, en aan zijn sabbatten een welgevallen gehad hebben,
11 1Kro   9:32|        toerichting, om die alle sabbatten te bereiden.
12 1Kro  24:31|  brandofferen des HEEREN, op de sabbatten, op de nieuwe maanden, en
13 2Kro   2:4 |    morgens en des avonds, op de sabbatten, en op de nieuwe maanden,
14 2Kro   9:13|      het gebod van Mozes, op de sabbatten, en op de nieuwe maanden,
15 2Kro  31:3 |          en de brandofferen der sabbatten, en der nieuwe maanden,
16 2Kro  37:21|        totdat het land aan zijn sabbatten een welgevallen had; het
17 Neh  10:33 |         gedurig brandoffer, der sabbatten, der nieuwe maanden, tot
18 Jes   1:13 |   gruwel; de nieuwe maanden, en sabbatten, en het bijeenroepen der
19 Jes  57:4  |         de gesnedenen, die Mijn sabbatten houden, en verkiezen hetgeen,
20 Eze  20:12 |     Daartoe ook gaf Ik hun Mijn sabbatten, om een teken te zijn tussen
21 Eze  20:13 |        en zij ontheiligden Mijn sabbatten zeer, dat Ik zeide, Mijn
22 Eze  20:16 |         niet wandelden, en Mijn sabbatten ontheiligden; want hun hart
23 Eze  20:20 |         20      En heiligt Mijn sabbatten, en zij zullen tot een teken
24 Eze  20:21 |    leven; zij ontheiligden Mijn sabbatten, dat Ik zeide, Mijn grimmigheid
25 Eze  20:24 |   inzettingen verworpen en Mijn sabbatten ontheiligd hadden, en hun
26 Eze  22:8  |       hebt gij veracht, en Mijn sabbatten hebt gij ontheiligd. ~
27 Eze  22:26 | verbergen zij hun ogen van Mijn sabbatten; ja, Ik word in het midden
28 Eze  23:38 |     dage verontreinigd, en Mijn sabbatten ontheiligd. ~
29 Eze  44:24 | hoogtijden houden, en      Mijn sabbatten heiligen. ~
30 Eze  45:17 |        nieuwe maanden, en op de sabbatten, op alle gezette      hoogtijden
31 Eze  46:3  |      deur derzelve poort, op de sabbatten en op de nieuwe manen, voor
32 Hos   2:10 |         nieuwe maanden, en haar sabbatten, ja, al haar gezette hoogtijden. ~
33 Luk   6:2  |     geoorloofd is te doen op de sabbatten? ~
34 Luk   6:9  |         Wat is geoorloofd op de sabbatten, goed te doen, of kwaad
35 Hand  11:2 |        ging tot hen in, en drie sabbatten lang handelde hij met hen
36 Kol   2:16 |         der nieuwe maan, of der sabbatten; ~