Book Chapter: Verse
1 Ezra 4:6| onder het koninkrijk van Ahasveros, in het begin zijns koninkrijks,
2 Est 1:1 | geschiedde nu in de dagen van Ahasveros, (hij is die Ahasveros,
3 Est 1:1 | van Ahasveros, (hij is die Ahasveros, dewelke regeerde van Indie
4 Est 1:2 | die dagen, als de koning Ahasveros op den troon zijns koninkrijks
5 Est 1:9 | huis, hetwelk de koning Ahasveros had. ~
6 Est 1:10| aangezicht van den koning Ahasveros, ~
7 Est 1:15| het woord van den koning Ahasveros, door den dienst der kamerlingen? ~
8 Est 1:16| landschappen van den koning Ahasveros zijn. ~
9 Est 1:17| men zeggen zal: De koning Ahasveros zeide, dat men de koningin
10 Est 1:19| aangezicht van den koning Ahasveros, en de koning geve haar
11 Est 2:1 | grimmigheid van den koning Ahasveros gestild was, gedacht hij
12 Est 6:1 | naakte, om tot den koning Ahasveros te komen, nadat haar twaalf
13 Est 9 | den koning Ahasveros, tot zijn koninklijk huis,
14 Est 13:1 | te slaan aan den koning Ahasveros. ~
15 Est 16:1 | geschiedenissen maakte de koning Ahasveros Haman groot, den zoon van
16 Est 16:6 | het ganse koninkrijk van Ahasveros waren, namelijk het volk
17 Est 16:7 | twaalfde jaar van den koning Ahasveros, wierp men het Pur, dat
18 Est 16:8 | Haman had tot den koning Ahasveros gezegd: Er is een volk,
19 Est 16:12| den naam van den koning Ahasveros, en het werd met des konings
20 Est 17:1 | geschiedenissen maakte de koning Ahasveros Haman groot, den zoon van
21 Est 17:6 | het ganse koninkrijk van Ahasveros waren, namelijk het volk
22 Est 17:7 | twaalfde jaar van den koning Ahasveros, wierp men het Pur, dat
23 Est 17:8 | Haman had tot den koning Ahasveros gezegd: Er is een volk,
24 Est 17:12| den naam van den koning Ahasveros, en het werd met des konings
25 Est 30:2 | te leggen aan den koning Ahasveros. ~
26 Est 36:2 | 5 Toen sprak de koning Ahasveros, en zeide tot de koningin ~
27 Est 41:1 | dienzelfden dage gaf de koning Ahasveros aan de koningin ~
28 Est 47:3 | 7 Toen zeide de koning Ahasveros tot de koningin ~
29 Est 49:3 | den naam van den koning Ahasveros, en men verzegelde het met
30 Est 49:5 | landschappen van den koning Ahasveros, op den dertienden der twaalfde
31 Est 50:2 | landschappen van den koning Ahasveros, om de hand te slaan aan
32 Est 52:7 | landschappen van den koning Ahasveros waren, dien, die nabij,
33 Est 53:1 | landschappen van het koninkrijk van Ahasveros, met woorden van vrede en
34 Est 56:1 | 1Daarna legde de koning Ahasveros schatting op het land, en
35 Est 56:3 | de tweede bij den koning Ahasveros, en groot bij de Joden,
36 Dan 9:1 | van Darius, den zoon van Ahasveros, uit het zaad der Meden,
|