Book Chapter: Verse

 1 1Sa   1:3  |       Pinehas, de twee zonen van Eli. ~
 2 1Sa   1:9  |        gedronken had te Silo. En Eli, de priester, zat op een
 3 1Sa   1:12 |    aangezicht des HEEREN, zo gaf Eli acht op haar mond. ~
 4 1Sa   1:13 |       niet gehoord; daarom hield Eli haar voor dronken. ~
 5 1Sa   1:14 |                            14 En Eli zeide tot haar: Hoe lang
 6 1Sa   1:17 |               17 Toen antwoordde Eli en zeide: Ga heen in vrede,
 7 1Sa   1:25 |        brachten zij het kind tot Eli. ~
 8 1Sa   2:11 |      aangezicht van den priester Eli. ~
 9 1Sa   2:12 |             12 Doch de zonen van Eli waren kinderen Belials;
10 1Sa   2:20 |                            20 En Eli zegende Elkana, en zijn
11 1Sa   2:22 |                          22 Doch Eli was zeer oud, en hoorde
12 1Sa   2:27 |         er kwam een man Gods tot Eli, en zeide tot hem: Zo zegt
13 1Sa   3:1  |          voor het aangezicht van Eli; en het woord des HEEREN
14 1Sa   3:2  |     geschiedde te dien dage, als Eli op zijn plaats nederlag (
15 1Sa   3:5  |                5 En hij liep tot Eli en zeide: Zie, hier ben
16 1Sa   3:6  |     Samuel stond op; en ging tot Eli, en zeide: Zie, hier ben
17 1Sa   3:8  |        hij stond op, en ging tot Eli, en zeide: Zie, hier ben
18 1Sa   3:8  |          geroepen. Toen verstond Eli, dat de HEERE den jongeling
19 1Sa   3:9  |                   9 Daarom zeide Eli tot Samuel: Ga heen, leg
20 1Sa   3:12 |       dage zal Ik verwekken over Eli alles, wat Ik tegen zijn
21 1Sa   3:14 |          dan heb Ik het huis van Eli gezworen: Zo de ongerechtigheid
22 1Sa   3:14 | ongerechtigheid van het huis van Eli tot in eeuwigheid zal verzoend
23 1Sa   3:15 |          vreesde dit gezicht aan Eli te kennen te geven. ~
24 1Sa   3:16 |                     16 Toen riep Eli Samuel, en zeide: Mijn zoon
25 1Sa   4:4  |      woont; en de twee zonen van Eli, Hofni en Pinehas, waren
26 1Sa   4:11 |    genomen, en de twee zonen van Eli, Hofni en Pinehas, stierven. ~
27 1Sa   4:13 |       als hij kwam, ziet, zo zat Eli op een stoel aan de zijde
28 1Sa   4:14 |                        14 En als Eli de stem des geroeps hoorde,
29 1Sa   4:14 |      kwam en boodschapte het aan Eli. ~
30 1Sa   4:15 |                              15 (Eli nu was een man van acht
31 1Sa   4:16 |          16 En die man zeide tot Eli: Ik ben het, die uit de
32 1Sa  14:3  |        van Pinehas, den zoon van Eli, was priester des HEEREN,
33 1Kon   2:27|    hetwelk Hij over het huis van Eli te Silo gesproken had. ~
34 Matt  27:46|         een grote stem zeggende: ELI, ELI, LAMA SABACHTHANI!
35 Matt  27:46|        grote stem zeggende: ELI, ELI, LAMA SABACHTHANI! dat is: