Book Chapter: Verse

 1 Gen  20:22 |       Voorts geschiedde het ter zelfder tijd, dat Abimelech, mitsgaders
 2 Deu   1:9  |               9 En ik sprak ter zelfder tijd tot u, zeggende: Ik
 3 Deu   1:16 |       ik gebood uw rechters ter zelfder tijd, zeggende: Hoort de
 4 Deu   3:18 |    Voorts gebood ik ulieden ter zelfder tijd, zeggende: De HEERE,
 5 Deu   3:21 |         Ook gebood ik Jozua ter zelfder tijd, zeggende: Uw ogen
 6 Deu   3:23 |         om genade, zeggende ter zelfder tijd: ~
 7 Ric  20:14 |     kwamen de Benjaminieten ter zelfder tijd weder; en zij gaven
 8 2Kon   3:6 |        toog de koning Joram ter zelfder tijd uit Samaria, en monsterde
 9 1Kro  22:28|                          28 Ter zelfder tijd, toen David zag, dat
10 2Kro   8:8 |          8 Salomo hield ook ter zelfder tijd het feest zeven dagen,
11 2Kro  17:10|         enigen uit het volk ter zelfder tijd. ~
12 2Kro  22:10|      tot op dezen dag; toen ter zelfder tijd viel Libna af, van
13 2Kro  22:30|      tot op dezen dag; toen ter zelfder tijd viel Libna af, van
14 2Kro  28:16|                          16 Ter zelfder tijd zond de koning Achaz
15 2Kro  35:17|          hielden het pascha ter zelfder tijd, en het feest der ongezuurde
16 2Kro  36:17|          hielden het pascha ter zelfder tijd, en het feest der ongezuurde
17 Ezra   8:34|      het ganse gewicht werd ter zelfder tijd opgeschreven. ~
18 Est  49:2  |        schrijvers geroepen, ter zelfder tijd, in de derde maand (
19 Jes  20:2  |                         2   Ter zelfder tijd sprak de HEERE, door
20 Jer   8:1  |                      1      Ter zelfder tijd, spreekt de HEERE,
21 Jer  31:1  |                      1      Ter zelfder tijd, spreekt de HEERE,
22 Dan   3:8  |        Daarom naderden even ter zelfder tijd Chaldeeuwse mannen,
23 Dan   3:15 | gijlieden het niet aanbidt; ter zelfder ure zult gijlieden geworpen
24 Dan   4:33 |                     33      Ter zelfder ure werd dat woord volbracht
25 Dan   4:36 |                     36      Ter zelfder tijd kwam mijn verstand
26 Dan   5:5  |                      5      Ter zelfder ure kwamen er vingeren van
27 Matt  26:55|                          55 Ter zelfder ure sprak Jezus tot de scharen:
28 Luk  24:33 |        33 En zij, opstaande ter zelfder ure, keerden weder naar
29 Hand   6:11|                 11 En ziet, ter zelfder ure stonden er drie mannen
30 Hand  10:18|    uitgaat. En hij ging uit ter zelfder ure. ~
31 Hand  16:13|       word weder ziende! En ter zelfder ure werd ik ziende op hem. ~