Book Chapter: Verse

 1 Deu  24:5  |               die hij genomen heeft, verheugen. ~
 2 Job   3:22 |             opspringens toe, en zich verheugen, als zij het graf vinden; ~
 3 Psa  13:5  |            mijn tegenpartijders zich verheugen, wanneer ik zou wankelen. ~
 4 Psa  13:6  | goedertierenheid; mijn hart zal zich verheugen in Uw heil; ik zal den HEERE
 5 Psa  14:7  |       wederkeren, dan zal zich Jakob verheugen, Israel zal verblijd zijn. ~  ~
 6 Psa  31:8  |                         8 Ik zal mij verheugen en verblijden in Uw goedertierenheid,
 7 Psa  36:9  |              9 Zo zal mijn ziel zich verheugen in den HEERE; zij zal vrolijk
 8 Psa  48:12 |              dochteren van Juda zich verheugen, om Uwer oordelen wil. ~
 9 Psa  51:10 |         horen; dat de beenderen zich verheugen, die Gij verbrijzeld hebt. ~
10 Psa  53:7  |       wederkeren, dan zal zich Jakob verheugen, Israel zal verblijd zijn. ~
11 Psa  89:17 |           zullen zich den gansen dag verheugen in Uw Naam, en door Uw gerechtigheid
12 Psa 118:24 |            laat ons op denzelven ons verheugen, en verblijd zijn. ~
13 Psa 149:2  |           dat de kinderen Sions zich verheugen over hun Koning. ~
14 Spre   2:14|              in het kwaad doen, zich verheugen in de verkeerdheden des
15 Spre  23:24|         rechtvaardigen zal zich zeer verheugen; en die een wijzen zoon
16 Spre  23:25|            moeder; en laat haar zich verheugen, die u gebaard heeft. ~
17 Spre  24:17|               laat uw hart zich niet verheugen; ~
18 Pred   5:18|            nemen, en om zich te      verheugen van zijn arbeid, datzelve
19 Hoo   1:4  |        binnenkameren; wij zullen ons verheugen en in U verblijden; wij
20 Jes  14:8  |                           8      Ook verheugen zich de dennen over u, en
21 Jes  25:9  |        verwacht, wij zullen ons      verheugen en verblijden in Zijn zaligheid. ~
22 Jes  29:19 |           zich in de Heilige Israels verheugen. ~
23 Jes  35:1  |             en de wildernis zal zich verheugen, en zal bloeien als een
24 Jes  35:2  |              lustig bloeien, en zich verheugen, ja, met verheuging, en
25 Jes  41:16 |         verstrooien; maar gij zult u verheugen in den HEERE; in den Heilige
26 Jes  57:7  |         heiligen berg, en Ik zal hen verheugen in Mijn bedehuis; hun brandoffers
27 Jes  66:19 |                19      En Ik zal Mij verheugen over Jeruzalem, en vrolijk
28 Zep   3:17 |          liefde, Hij zal Zich over u verheugen met      gejuich. ~
29 Zac  10:7  |        verblijden, hun hart zal zich verheugen in den      HEERE. ~
30 Joha   5:35|            tijd in zijn licht willen verheugen. ~
31 1Pet   4:13|   heerlijkheid u moogt verblijden en verheugen. ~