Book Chapter: Verse
1 Matt 2:8 | onderzoekt naarstiglijk naar dat Kindeken, en als gij Het zult gevonden
2 Matt 2:9 | boven de plaats, waar het Kindeken was. ~
3 Matt 2:11| gekomen zijnde, vonden zij het Kindeken met Maria, Zijn moeder,
4 Matt 2:13| Sta op, en neem tot u het Kindeken en Zijn moeder, en vlied
5 Matt 2:13| zal; want Herodes zal het Kindeken zoeken, om Hetzelve te doden. ~
6 Matt 2:14| opgestaan zijnde, nam het Kindeken en Zijn moeder tot zich
7 Matt 2:20| Zeggende: Sta op, neem het Kindeken en Zijn moeder tot u, en
8 Matt 2:20| gestorven, die de ziel van het Kindeken zochten. ~
9 Matt 2:21| heeft tot zich genomen het Kindeken en Zijn moeder, en is gekomen
10 Matt 18:2 | 2 En Jezus een kindeken tot Zich geroepen hebbende,
11 Matt 18:4 | zal vernederen, gelijk dit kindeken, deze is de meeste in het
12 Matt 18:5 | 5 En zo wie zodanig een kindeken ontvangt in Mijn Naam, die
13 Mark 9:36| 36 En nemende een kindeken, stelde Hij dat midden onder
14 Mark 10:15| niet ontvangt, gelijk een kindeken, die zal in hetzelve geenszins
15 Luk 1:41 | Maria hoorde, zo sprong het kindeken op in haar buik; en Elizabet
16 Luk 1:44 | geschiedde, zo sprong het kindeken van vreugde op in mijn buik. ~
17 Luk 1:59 | achtsten dag kwamen, om het kindeken te besnijden, en noemden
18 Luk 1:66 | zeggende: Wat zal toch dit kindeken wezen? En de hand des Heeren
19 Luk 1:76 | 76 En gij, kindeken, zult een profeet des Allerhoogsten
20 Luk 1:80 | 80 En het kindeken wies op, en werd gesterkt
21 Luk 2:12 | teken zijn: gij zult het Kindeken vinden in doeken gewonden,
22 Luk 2:16 | vonden Maria en Jozef, en het Kindeken liggende in de kribbe. ~
23 Luk 2:17 | het woord, dat hun van dit Kindeken gezegd was. ~
24 Luk 2:21 | vervuld waren, dat men het Kindeken besnijden zou, zo werd Zijn
25 Luk 2:27 | tempel. En als de ouders het Kindeken Jezus inbrachten, om naar
26 Luk 2:40 | 40 En het Kindeken wies op, en werd gesterkt
27 Luk 9:47 | overleggingen hunner harten, nam een kindeken, en stelde dat bij Zich; ~
28 Luk 9:48 | zeide tot hen: Zo wie dit kindeken ontvangen zal in Mijn Naam,
29 Luk 18:17 | niet zal ontvangen als een kindeken, die zal geenszins in hetzelve
30 Joha 16:21| is; maar wanneer zij het kindeken gebaard heeft, zo gedenkt
31 Heb 11:23 | overmits zij zagen, dat het kindeken schoon was; en zij vreesden
|