Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
verklagen 2
verklager 1
verklare 1
verklaren 30
verklarende 1
verklaring 2
verkleinende 1
Frequency    [«  »]
30 toren
30 uitgestort
30 verdrukt
30 verklaren
30 vette
30 waartoe
30 witte

Bijbel

IntraText - Concordances

verklaren

   Book Chapter: Verse
1 Lev 13:3 | dan zal hij hem onrein verklaren. ~ 2 Lev 13:6 | zal de priester hem rein verklaren; het was een verzwering; 3 Lev 13:8 | zal de priester hem onrein verklaren; het is melaatsheid. 4 Lev 13:11 | zal hem de priester onrein verklaren; hij zal hem niet doen opsluiten, 5 Lev 13:13 | die de plaag heeft, rein verklaren; zij is geheel in wit veranderd; 6 Lev 13:15 | hebben, zal hij hem onrein verklaren; dat levende vlees is onrein; 7 Lev 13:17 | die de plaag heeft, rein verklaren; hij is rein. ~ 8 Lev 13:20 | zal de priester hem onrein verklaren; het is de plaag der melaatsheid, 9 Lev 13:22 | zal de priester hem onrein verklaren; het is de plaag. ~ 10 Lev 13:23 | zal de priester hem rein verklaren; ~ 11 Lev 13:25 | zal hem de priester onrein verklaren; het is de plaag der melaatsheid. ~ 12 Lev 13:27 | zal de priester hem onrein verklaren; het is de plaag der melaatsheid. ~ 13 Lev 13:28 | zal de priester hem rein verklaren, want het is de roof van 14 Lev 13:30 | zal de priester hem onrein verklaren; het is schurftheid, het 15 Lev 13:34 | zal de priester hem rein verklaren; en hij zal zijn klederen 16 Lev 13:37 | zal de priester hem rein verklaren. ~ 17 Lev 13:44 | zal hem ganselijk onrein verklaren, zijn plaag is op zijn hoofd. ~ 18 Lev 13:59 | vellentuig, om dat rein te verklaren, of onrein te verklaren. ~ 19 Lev 13:59 | verklaren, of onrein te verklaren. ~ 20 Lev 14:7 | daarna zal hij hem rein verklaren, en den levenden vogel in 21 Lev 14:48 | de priester dat huis rein verklaren, dewijl die plaag genezen 22 Ric 13:12 | dezer bruiloft wel zult verklaren en uitvinden, zo zal ik 23 Ric 13:13 | het mij niet zult kunnen verklaren, zo zult gijlieden mij geven 24 Ric 13:14 | raadsel in drie dagen niet verklaren. ~ 25 Ric 13:16 | verklaard, zou ik het u dan verklaren? ~ 26 Job 9:20 | Hij zal mij toch verkeerd verklaren. ~ 27 Pred 3:18| mensenkinderen, dat God hen zal verklaren, en dat zij zullen zien, 28 Jer 38:15 | tot Zedekia: Als ik het u verklaren zal, zult gij mij niet zekerlijk 29 1Kor 3:13| worden; want de dag zal het verklaren, dewijl het door vuur ontdekt 30 Heb 5:11 | vele dingen, en zwaar om te verklaren, te zeggen, dewijl gij traag


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License