Book Chapter: Verse

 1 Deu  28:29 |         maar gij zult alleenlijk verdrukt en beroofd zijn alle dagen,
 2 Deu  28:33 |       zult alle dagen alleenlijk verdrukt en gepletterd zijn. ~
 3 1Kon   2:26|      gedragen hebt, en omdat gij verdrukt zijt geweest, in alles,
 4 1Kon   2:26|         alles, waarin mijn vader verdrukt was. ~
 5 Job  10:3  |         3 Is het U goed, dat Gij verdrukt, dat Gij verwerpt den arbeid
 6 Job  36:56 |   gericht en grote gerechtigheid verdrukt Hij niet. ~
 7 Psa 106:42 |          hun vijanden hebben hen verdrukt, en zij zijn vernederd geworden
 8 Psa 119:67 |                       67  Eer ik verdrukt werd, dwaalde ik, maar nu
 9 Psa 119:71 |          Het is mij goed, dat ik verdrukt ben geweest, opdat ik Uw
10 Psa 119:75 |          Gij mij uit getrouwheid verdrukt hebt. ~
11 Psa 119:107|            107  Ik ben gans zeer verdrukt, HEERE! maak mij levend
12 Spre  14:31|             31      Die den arme verdrukt, smaadt deszelfs Maker;
13 Spre  22:16|             16      Die den arme verdrukt, om het zijne te vermeerderen,
14 Spre  28:3 |         arm man, die de geringen verdrukt, is een wegvagende regen,
15 Jes  53:4  |    geplaagd, van God geslagen en verdrukt was. ~
16 Jes  53:7  |       geeist werd, toen werd Hij verdrukt; doch Hij deed Zijn mond
17 Jer  50:33 |  kinderen van Juda zijn te zamen verdrukt geweest; en allen, die hen
18 Eze  18:7  |                7      En niemand verdrukt, den schuldenaar zijn pand
19 Eze  18:12 |                          12      Verdrukt den ellendige en den nooddruftige,
20 Eze  18:16 |               16      En niemand verdrukt, het pand niet behoudt,
21 Eze  22:7  |       den wees en de weduwe      verdrukt. ~
22 Hos   5:11 |                11      Efraim is verdrukt, hij is verpletterd met
23 Amos   4:1 |       Samaria zijt, die de armen verdrukt, die de nooddruftigen verplettert;
24 Zac   7:10 |                       10      En verdrukt de weduwe noch den wees,
25 2Kor   1:6 |            6 Doch hetzij dat wij verdrukt worden, het is tot uw vertroosting
26 2Kor   4:8 |               8 Als die in alles verdrukt worden, doch niet benauwd;
27 2Kor   7:5 |          maar wij waren in alles verdrukt; van buiten was strijd,
28 1The   3:4 | voorzeiden wij u, dat wij zouden verdrukt worden, gelijk ook geschied
29 2The   1:7 |                      7 En u, die verdrukt wordt, verkwikking met ons,
30 Heb  11:37 |          geitenvellen; verlaten, verdrukt, kwalijk gehandeld zijnde; ~