Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
jedid-jah 1
jedida 1
jeduthun 19
jeftha 30
jefunne 16
jegar-sahadutha 1
jegens 25
Frequency    [«  »]
30 hef
30 heils
30 hoofds
30 jeftha
30 leidde
30 noemen
30 onderworpen

Bijbel

IntraText - Concordances

jeftha

   Book Chapter: Verse
1 Ric 10:1 | 1 Jeftha nu, de Gileadiet, was een 2 Ric 10:1 | hoerekind; doch Gilead had Jeftha gegenereerd. ~ 3 Ric 10:2 | geworden zijnde, stieten Jeftha uit, en zeiden tot hem: 4 Ric 10:3 | 3 Toen vlood Jeftha voor het aangezicht zijner 5 Ric 10:3 | mannen vergaderden zich tot Jeftha, en togen met hem uit. ~ 6 Ric 10:5 | van Gilead heengingen, om Jeftha te halen uit het land van 7 Ric 10:6 | 6 En zij zeiden tot Jeftha: Kom, en wees ons tot een 8 Ric 10:7 | 7 Maar Jeftha zeide tot de oudsten van 9 Ric 10:8 | oudsten van Gilead zeiden tot Jeftha: Daarom zijn wij nu tot 10 Ric 10:9 | 9 Toen zeide Jeftha tot de oudsten van Gilead: 11 Ric 10:10| oudsten van Gilead zeiden tot Jeftha: De HEERE zij toehoorder 12 Ric 10:11| 11 Alzo ging Jeftha met de oudsten van Gilead, 13 Ric 10:11| en overste over zich. En Jeftha sprak al zijn woorden voor 14 Ric 10:12| 12 Voorts zond Jeftha boden tot den koning der 15 Ric 10:13| Ammons zeide tot de boden van Jeftha: Omdat Israel, als hij uit 16 Ric 10:14| 14 Maar Jeftha voer wijders voort, en zond 17 Ric 10:15| hij zeide tot hem: Zo zegt Jeftha: Israel heeft het land der 18 Ric 10:28| niet naar de woorden van Jeftha, die hij tot hem gezonden 19 Ric 10:29| kwam de Geest des HEEREN op Jeftha, dat hij Gilead en Manasse 20 Ric 10:30| 30 En Jeftha beloofde den HEERE een gelofte, 21 Ric 10:32| 32 Alzo trok Jeftha door naar de kinderen Ammons, 22 Ric 10:34| 34 Toen nu Jeftha te Mizpa bij zijn huis kwam, 23 Ric 10:40| heengingen, om de dochter van Jeftha, de Gileadiet, aan te spreken, 24 Ric 11:1 | noorden; en zij zeiden tot Jeftha: Waarom zijt gij doorgetogen 25 Ric 11:2 | 2 En Jeftha zeide tot hen: Ik en mijn 26 Ric 11:4 | 4 En Jeftha vergaderde alle mannen van 27 Ric 11:7 | 7 Jeftha nu richtte Israel zes jaren; 28 Ric 11:7 | richtte Israel zes jaren; en Jeftha, de Gileadiet, stierf, en 29 1Sa 12:11| Jerubbaal, en Bedan, en Jeftha, en Samuel, en Hij rukte 30 Heb 11:32| en Barak, en Samson, en Jeftha, en David, en Samuel, en


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License