Book Chapter: Verse
1 Gen 35:17 | zult geven, totdat gij hem zendt. ~
2 Gen 38:16 | 16 Zendt een uit u, die uw broeder
3 Gen 39:4 | gij onzen broeder met ons zendt, wij zullen aftrekken, en
4 Gen 39:5 | Maar indien gij hem niet zendt, wij zullen niet aftrekken;
5 1Sa 5:11 | Filistijnen, en zeiden: Zendt de ark des Gods van Israel
6 1Sa 6:3 | Gods van Israel wegzendt, zendt haar niet ledig weg, maar
7 1Sa 6:8 | koffertje aan haar zijde; en zendt ze weg, dat zij heenga. ~
8 2Sa 17:16 | 16 Nu dan, zendt haastelijk henen, en boodschapt
9 2Kon 1:6 | God in Israel is, dat gij zendt, om Baal-Zebub, den god
10 2Kon 2:16| geworpen heeft. Doch hij zeide: Zendt niet. ~
11 2Kon 2:17| schamens toe; en hij zeide: Zendt. En zij zonden vijftig mannen,
12 2Kon 5:7 | maken, dat deze tot mij zendt, om een man van zijn melaatsheid
13 Neh 2:5 | aangenaam is, dat gij mij zendt naar Juda, naar de stad
14 Neh 8:11 | en drinkt het zoete, en zendt delen dengenen, voor welken
15 Job 5:10 | geeft op de aarde, en water zendt op de straten; ~
16 Job 14:20 | veranderende zijn gelaat, zo zendt Gij hem weg. ~
17 Job 36:36 | 3 Dat zendt Hij rechtuit onder den gansen
18 Psa 104:30 | 30 Zendt Gij Uw Geest uit, zo worden
19 Psa 147:15 | 15 Hij zendt Zijn bevel op aarde; Zijn
20 Psa 147:18 | 18 Hij zendt Zijn woord, en doet ze smelten;
21 Spre 26:6 | geweld, die boodschappen zendt door de hand van een zot. ~
22 Jes 16:1 | 1 Zendt de lammeren van den heerser
23 Jes 18:2 | 2 Dat gezanten zendt over de zee, en in schepen
24 Jes 58:9 | welriekende zalven; en gij zendt uw gezanten verre weg, en
25 Jer 2:10 | Chitteers, en ziet toe, en zendt naar Kedar, en merkt er
26 Jer 9:17 | klaagvrouwen, dat zij komen; en zendt henen naar de wijze vrouwen,
27 Mark 4:29| zich voordoet, terstond zendt hij de sikkel daarin, omdat
28 Luk 14:32 | 32 Anderszins zendt hij gezanten uit, terwijl
29 Luk 16:27 | dan, vader, dat gij hem zendt tot mijns vaders huis; ~
|