Book Chapter: Verse
1 Joz 5:3 | kinderen Israels op den heuvel der voorhuiden. ~
2 Joz 25:33 | zij begroeven hem op den heuvel van Pinehas, zijn zoon,
3 Ric 6:1 | het noorden, achter den heuvel More, in het dal. ~
4 1Sa 7:1 | huis van Abinadab, op den heuvel; en zij heiligden zijn zoon
5 1Sa 10:5 | Daarna zult gij komen op den heuvel Gods, waar der Filistijnen
6 1Sa 10:10 | 10 Toen zij daar aan den heuvel kwamen, zie, zo kwam hem
7 1Sa 22:6 | waren. Saul nu zat op een heuvel onder het geboomte te Rama,
8 1Sa 23:19 | vestingen in het woud, op den heuvel van Hachila, die aan de
9 1Sa 26:1 | David niet verborgen op den heuvel van Hachila, voor aan de
10 1Sa 26:3 | Saul legerde zich op den heuvel van Hachila, die voor aan
11 2Sa 2:24 | zij gekomen waren tot den heuvel van Amma, dewelke is voor
12 2Sa 2:25 | stonden op de spits van een heuvel. ~
13 2Sa 6:3 | van Abinadab, dat op een heuvel is; en Uza en Ahio, zonen
14 2Sa 6:4 | van Abinadab, dat op den heuvel is, met de ark Gods, wegvoerden,
15 1Kon 14:23| en bossen, op allen hogen heuvel, en onder allen groenen
16 2Kon 19:10| en bossen, op allen hogen heuvel en onder alle groen geboomte. ~
17 Jes 5:1 | wijngaard op een vetten heuvel. ~
18 Jes 10:32 | der dochter van Sion, den heuvel van Jeruzalem. ~
19 Jes 30:17 | als een banier op een heuvel. ~
20 Jes 30:25 | en op allen verhevenen heuvel beekjes en watervlieten
21 Jes 31:4 | berg Sions en voor haar heuvel. ~
22 Jer 2:20 | dienen; maar op allen hogen heuvel en onder allen groenen boom
23 Jer 16:16 | berg, en van op allen heuvel, ja, uit de kloven der steenrotsen. ~
24 Jer 31:39 | dezelve uitgaan tot aan den heuvel Gareb, en zich naar Goath
25 Jer 50:6 | zij gingen van berg tot heuvel, zij vergaten hun legering. ~
26 Eze 20:28 | zagen zij naar allen hogen heuvel, en alle dicht geboomte,
27 Eze 34:6 | bergen en op allen hogen heuvel, ja, Mijn schapen zijn verstrooid
28 Eze 34:26 | de plaatsen rondom Mijn heuvel, stellen tot een zegen;
29 Luk 3:5 | worden, en alle berg en heuvel zal vernederd worden, en
|