Book Chapter: Verse
1 Ric 4:26 | 2 Looft den HEERE, van het wreken
2 Ric 4:33 | aangeboden hebben onder het volk; looft den HEERE! ~
3 1Kro 16:8 | 8 Looft den HEERE, roept Zijn Naam
4 1Kro 16:34| 34 Looft den HEERE, want Hij is goed,
5 1Kro 30:20| David tot de ganse gemeente: Looft nu den HEERE, uw God! Toen
6 2Kro 21:21| toegerusten uitgaande en zeggende: Looft den HEERE, want Zijn goedertierenheid
7 Neh 9:5 | Petahja, zeiden: Staat op, looft den HEERE, uw God, van eeuwigheid
8 Psa 33:2 | 2 Looft den HEERE met de harp; psalmzingt
9 Psa 34:2 | 2 Looft den HEERE met de harp; psalmzingt
10 Psa 66:8 | 8 Looft, gij volken! onzen God;
11 Psa 68:27 | 27 Looft God in de gemeenten, den
12 Psa 96:2 | 2 Zingt den HEERE, looft Zijn Naam; boodschapt Zijn
13 Psa 100:4 | voorhoven met lofgezang; looft Hem, prijst Zijn Naam. ~
14 Psa 103:20 | 20 Looft den HEERE, Zijn engelen!
15 Psa 103:21 | 21 Looft den HEERE, al Zijn heirscharen!
16 Psa 103:22 | 22 Looft den HEERE, al Zijn werken!
17 Psa 105:1 | 1 Looft den HEERE, roept Zijn Naam
18 Psa 106:1 | 1 Hallelujah! Looft den HEERE, want Hij is goed,
19 Psa 107:1 | 1 Looft den HEERE, want Hij is goed;
20 Psa 113:1 | 1Hallelujah! Looft, gij knechten des HEEREN!
21 Psa 113:1 | gij knechten des HEEREN! looft den Naam des HEEREN. ~
22 Psa 118:1 | 1 Looft den HEERE, want Hij is goed;
23 Psa 134:1 | 1Een lied Hammaaloth. Ziet, looft den HEERE, alle gij knechten
24 Psa 134:2 | op naar het heiligdom, en looft den HEERE. ~
25 Psa 135:3 | 3 Looft den HEERE, want de HEERE
26 Psa 135:19 | 19 Gij huis Israels! looft den HEERE; gij huis Aarons!
27 Psa 135:19 | HEERE; gij huis Aarons! looft den HEERE. ~
28 Psa 135:20 | 20 Gij huis van Levi! looft den HEERE; gij die den HEERE
29 Psa 135:20 | gij die den HEERE vreest! looft den HEERE. ~
30 Psa 136:1 | 1 Looft den HEERE, want Hij is goed;
31 Psa 136:2 | 2 Looft den God der goden; want
32 Psa 136:3 | 3 Looft den Heere der heren; want
33 Psa 136:26 | 26 Looft den God des hemels; want
34 Psa 147:1 | 1 Looft den HEERE, want onzen God
35 Psa 148:1 | 1 Hallelujah! Looft den HEERE uit de hemelen;
36 Psa 148:1 | den HEERE uit de hemelen; looft Hem in de hoogste plaatsen! ~
37 Psa 148:2 | 2 Looft Hem, al Zijn engelen! Looft
38 Psa 148:2 | Looft Hem, al Zijn engelen! Looft Hem, al Zijn heirscharen! ~
39 Psa 148:3 | 3 Looft Hem, zon en maan! Looft
40 Psa 148:3 | Looft Hem, zon en maan! Looft Hem, alle gij lichtende
41 Psa 148:4 | 4 Looft Hem, gij hemelen der hemelen!
42 Psa 148:7 | 7 Looft den HEERE, van de aarde;
43 Psa 150:1 | 1Hallelujah! Looft God in Zijn heiligdom; looft
44 Psa 150:1 | Looft God in Zijn heiligdom; looft Hem in het uitspansel Zijner
45 Psa 150:2 | vanwege Zijn mogendheden; looft Hem naar de menigvuldigheid
46 Psa 150:3 | met geklank der bazuin; looft Hem met de luit en met de
47 Psa 150:4 | met de trommel en fluit; looft Hem met snarenspel en orgel! ~
48 Psa 150:5 | hel klinkende cimbalen; looft Hem met cimbalen van vreugdegeluid! ~
49 Jer 33:11 | stem dergenen, die zeggen: Looft den HEERE der heirscharen,
50 Rom 15:11 | 11 En wederom: Looft den Heere, al gij heidenen,
51 Open 19:5 | uit den troon, zeggende: Looft onzen God, gij al Zijn dienstknechten,
|