Book Chapter: Verse
1 Exo 38:8 | de spiegels der te hoop komende vrouwen, die te hoop kwamen
2 Ric 19:10 | voor het volk, opdat zij, komende te Gibea-Benjamins, haar
3 1Sa 22:9 | Ik zag den zoon van Isai, komende te Nob, tot Achimelech,
4 1Sa 23:7 | overgegeven, want hij is besloten, komende in een stad met poorten
5 2Kro 21:11| zij vergelden het ons, komende om ons uit Uw erve, die
6 Jes 27:11 | afgebroken worden, en de vrouwen, komende, zullen ze aansteken; want
7 Matt 8:25| Zijn discipelen, bij Hem komende, hebben Hem opgewekt, zeggende:
8 Matt 8:28| duivel bezeten, ontmoet, komende uit de graven, die zeer
9 Matt 9:20| bloedvloeien gehad had, komende tot Hem van achteren, raakte
10 Matt 12:44| waar ik uitgegaan ben; en komende, vindt hij het ledig, met
11 Matt 13:10| En de discipelen tot Hem komende, zeiden tot Hem: Waarom
12 Matt 15:22| vrouw, uit die landpalen komende, riep tot Hem, zeggende:
13 Matt 15:23| Zijn discipelen, tot Hem komende, baden Hem, zeggende: Laat
14 Matt 17:7 | 7 En Jezus, bij hen komende, raakte hen aan, en zeide:
15 Matt 18:31| zeer bedroefd geworden; en komende, verklaarden zij hunnen
16 Matt 20:10| 10 En de eersten komende, meenden, dat zij meer ontvangen
17 Matt 24:30| den Zoon des mensen zien, komende op de wolken des hemels,
18 Matt 24:46| dienstknecht, welken zijn heer, komende, zal vinden alzo doende. ~
19 Matt 25:27| wisselaren gedaan hebben, en ik, komende, zou het mijne wedergenomen
20 Matt 26:43| 43 En komende bij hen, vond Hij hen wederom
21 Matt 26:49| 49 En terstond komende tot Jezus, zeide hij: Wees
22 Matt 26:64| hand der kracht Gods, en komende op de wolken des hemels. ~
23 Matt 28:9 | gegroet! En zij, tot Hem komende, grepen Zijn voeten, en
24 Matt 28:18| 18 En Jezus, bij hen komende, sprak tot hen, zeggende:
25 Mark 7:4 | 4 En van de markt komende, eten zij niet, tenzij dat
26 Mark 10:2 | En de Farizeen, tot Hem komende, vraagden Hem, of het een
27 Mark 13:26| den Zoon des mensen zien, komende in de wolken, met grote
28 Mark 15:21| Cyrene, die daar voorbijging, komende van den akker, den vader
29 Luk 2:38 | dierzelfder ure daarbij komende, heeft insgelijks den Heere
30 Luk 8:44 | 44 Van achteren tot Hem komende, raakte den zoom Zijns kleeds
31 Luk 9:12 | en de twaalven, tot Hem komende, zeiden tot Hem: Laat de
32 Luk 10:40 | veel dienens, en daarbij komende, zeide zij: Heere, trekt
33 Luk 11:25 | 25 En komende, vindt hij het met bezemen
34 Luk 14:9 | 9 En hij, komende, die u en hem genood heeft,
35 Luk 15:6 | 6 En te huis komende, roept hij de vrienden en
36 Luk 19:23 | de bank gegeven, en ik, komende, had hetzelve met woeker
37 Luk 23:26 | zij een Simon van Cyrene, komende van den akker, en legden
38 Luk 23:36 | krijgsknechten, tot Hem komende, bespotten Hem, en brachten
39 Joha 1:9 | verlicht een iegelijk mens, komende in de wereld. ~
40 Joha 1:29| Johannes Jezus tot zich komende, en zeide: Zie het Lam Gods,
41 Joha 6:19| wandelende op de zee, en komende bij het schip; en zij werden
42 Joha 19:33| 33 Maar komende tot Jezus, als zij zagen,
43 Hand 10:39| 39 En zij, komende, baden hen, en als zij hen
44 Hand 18:7 | Lysias, de overste, daarover komende, heeft hem met groot geweld
45 Rom 15:29 | En ik weet, dat ik, tot u komende, met vollen zegen des Evangelies
46 2Kor 2:3 | geschreven, opdat ik, daar komende, niet zou droefheid hebben
47 Efez 2:17| 17 En komende, heeft Hij door het Evangelie
48 Heb 6:7 | regen, menigmaal op haar komende, indrinkt, en bekwaam kruid
49 Heb 10:5 | 5 Daarom, komende in de wereld, zegt Hij:
50 1Pet 2:4 | 4 Tot Welken komende, als tot een levenden Steen,
51 Open 3:18| Mij koopt goud, beproefd komende uit het vuur, opdat gij
|