Book Chapter: Verse
1 Exo 15:25 | water; toen werd het water zoet. Aldaar stelde Hij het volk
2 Job 20:12 | Indien het kwaad in zijn mond zoet is, hij dat verbergt, onder
3 Job 21:33 | kluiten des dals zijn hem zoet, en hij trekt na zich alle
4 Job 24:20 | hem, het gewormte is hem zoet, zijns wordt niet meer gedacht;
5 Psa 104:34 | overdenking van Hem zal zoet zijn; ik zal mij in den
6 Psa 119:103| 103 Hoe zoet zijn Uw redenen mijn gehemelte
7 Spre 3:24| nederliggen en uw slaap zal zoet wezen. ~
8 Spre 9:17| De gestolen wateren zijn zoet, en het verborgen brood
9 Spre 13:19| begeerte, die geschiedt, is zoet voor de ziel; maar het is
10 Spre 16:24| redenen zijn een honigraat, zoet voor de ziel, en medicijn
11 Spre 20:17| brood der leugen is den mens zoet; maar daarna zal zijn mond
12 Spre 24:13| is goed, en honigzeem is zoet voor uw gehemelte. ~
13 Spre 27:7 | hongerige ziel is alle bitter zoet. ~
14 Pred 5:11| De slaap des arbeiders is zoet, hij hebbe weinig of veel
15 Pred 11:7 | Verder, het licht is zoet, en het is den ogen goed
16 Hoo 2:3 | vrucht is mijn gehemelte zoet. ~
17 Hoo 2:14 | stem horen; want uw stem is zoet, en uw gedaante is
18 Jes 5:20 | duisternis; die het bittere tot zoet stellen, en het zoete tot
19 Jer 6:20 | slachtofferen zijn Mij niet zoet. ~
20 Jer 31:26 | toe, en mijn slaap was mij zoet.) ~
21 Hos 9:4 | ook zouden zij Hem niet zoet zijn, hun offeranden zouden
22 Mal 3:4 | Juda en Jeruzalem den HEERE zoet wezen, als in de oude dagen,
23 Jako 3:11| uit een zelfde ader het zoet en het bitter? ~
24 Jako 3:12| kan geen fontein zout en zoet water voortbrengen. ~
25 Open 10:9 | maar in uw mond zal het zoet zijn als honig. ~
26 Open 10:10| en het was in mijn mond zoet als honig, en als ik het
|