Book Chapter: Verse
1 Gen 18:2 | 2 En hij zeide: Ziet nu, mijne heren! keert toch in ten
2 Gen 44:5 | tot u gekomen ben, zijn mijne; Efraim en Manasse zullen
3 Gen 44:5 | Efraim en Manasse zullen mijne zijn, als Ruben en Simeon. ~
4 Lev 24:23 | worden; want het land is het Mijne, dewijl gij vreemdelingen
5 Num 3:12 | Israels; en de Levieten zullen Mijne zijn. ~
6 2Sa 14:30 | is aan de zijde van het mijne, en hij heeft gerst daarop;
7 1Kon 3:26| zij noch het uwe noch het mijne, doorsnijdt het. ~
8 Job 40:2 | gansen hemel is, is het Mijne. ~
9 Spre 8:14| Raad en het wezen zijn Mijne; Ik ben het Verstand, Mijne
10 Spre 8:14| Mijne; Ik ben het Verstand, Mijne is de Sterkte. ~
11 Eze 16:8 | Heere HEERE en gij werdt de Mijne. ~
12 Eze 18:4 | Ziet, alle zielen zijn Mijne; gelijk de ziel des vaders,
13 Eze 18:4 | de ziel des zoons, zijn Mijne; de ziel, die zondigt, die
14 Eze 23:4 | zuster; en zij werden de Mijne, en baarden zonen en dochteren;
15 Eze 29:3 | Mijn rivier is de mijne, en ik heb die voor mij
16 Matt 20:15| geoorloofd, te doen met het mijne, wat ik wil? Of is uw oog
17 Matt 25:27| en ik, komende, zou het mijne wedergenomen hebben met
18 Luk 15:31 | altijd bij mij, en al het mijne is uwe. ~
19 Joha 7:16| en zeide: Mijn leer is Mijne niet, maar Desgenen, Die
20 Joha 14:24| gijlieden hoort, is het Mijne niet, maar des Vaders, Die
21 Joha 16:14| want Hij zal het uit het Mijne nemen, en zal het u verkondigen. ~
22 Joha 16:15| gezegd, dat Hij het uit het Mijne zal nemen, en u verkondigen. ~
23 Joha 17:10| 10 En al het Mijne is Uw, en het Uwe is Mijn;
24 Rom 1:12 | geloof, zo het uwe als het mijne. ~
25 Rom 16:13 | Heere, en zijn moeder en de mijne. ~
|