Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
zadelt 2
zadeltuig 1
zaden 3
zadok 50
zadoks 4
zafnath 1
zag 451
Frequency    [«  »]
50 velden
50 verbranden
50 vergelden
50 zadok
50 zevenden
50 zocht
49 afgoden

Bijbel

IntraText - Concordances

zadok

   Book Chapter: Verse
1 2Sa 8:17 | 17 En Zadok, zoon van Ahitub, en Achimelech, 2 2Sa 15:24 | 24 En ziet, Zadok was ook daar, en al de Levieten 3 2Sa 15:25 | Toen zeide de koning tot Zadok: Breng de ark Gods weder 4 2Sa 15:27 | koning tot den priester Zadok: Zijt gij niet een ziener? 5 2Sa 15:29 | 29 Alzo bracht Zadok, en Abjathar, de ark Gods 6 2Sa 15:35 | 35 En zijn niet Zadok en Abjathar, de priesters, 7 2Sa 15:35 | zult horen, den priesteren, Zadok en Abjathar, zult te kennen 8 2Sa 17:15 | 15 En Husai zeide tot Zadok en tot Abjathar, de priesters: 9 2Sa 19:11 | zond de koning David tot Zadok en tot Abjathar, de priesteren, 10 2Sa 20:25 | En Seja was schrijver; en Zadok en Abjathar waren priesters. ~ 11 1Kon 1:8 | 8 Maar Zadok, de priester, en Benaja, 12 1Kon 1:26| mij, die uw knecht ben, en Zadok, den priester, en Benaja, 13 1Kon 1:32| koning David zeide: Roep mij Zadok, den priester, en Nathan, 14 1Kon 1:34| 34 En dat Zadok, de priester, met Nathan, 15 1Kon 1:38| 38 Toen ging Zadok, de priester, af, met Nathan, 16 1Kon 1:39| 39 En Zadok, de priester, nam den oliehoorn 17 1Kon 1:44| koning heeft met hem gezonden Zadok, den priester, en Nathan, 18 1Kon 1:45| 45 Daartoe hebben hem Zadok, de priester, en Nathan, 19 1Kon 2:35| plaats over het heir; en Zadok, den priester, zette de 20 1Kon 4:2 | had: Azaria, de zoon van Zadok, was opperambtman. ~ 21 1Kon 4:4 | Jojada, was over het heir; en Zadok en Abjathar waren priesters. ~ 22 2Kon 16:33| was Jerusa, de dochter van Zadok. ~ 23 1Kro 6:8 | 8 En Ahitub gewon Zadok, en Zadok gewon Ahimaaz; ~ 24 1Kro 6:8 | En Ahitub gewon Zadok, en Zadok gewon Ahimaaz; ~ 25 1Kro 6:12| 12 En Ahitub gewon Zadok, en Zadok gewon Sallum; ~ 26 1Kro 6:12| En Ahitub gewon Zadok, en Zadok gewon Sallum; ~ 27 1Kro 6:53| 53 Zadok zijn zoon; Ahimaaz zijn 28 1Kro 9:11| van Mesullam, den zoon van Zadok, den zoon van Merajoth, 29 1Kro 12:28| 28 En Zadok was een jongeling, een kloek 30 1Kro 15:11| David riep de priesters Zadok en Abjathar, en de Levieten 31 1Kro 16:39| 39 En den priester Zadok, en zijn broederen, de priesters, 32 1Kro 18:16| 16 En Zadok, de zoon van Ahitub, en 33 1Kro 19:16| 16 En Zadok, de zoon van Ahitub, en 34 1Kro 25:3 | David nu verdeelde hen, en Zadok uit de kinderen van Eleazar, 35 1Kro 25:6 | vorsten, en van den priester Zadok, en van Achimelech, den 36 1Kro 25:31| van den koning David, en Zadok, en Achimelech, en van de 37 1Kro 28:17| over de Aaronieten was Zadok; ~ 38 1Kro 30:22| HEERE tot voorganger, en Zadok tot priester. ~ 39 2Kro 27:1 | Jerusa, een dochter van Zadok. ~ 40 2Kro 31:10| hoofdpriester, van het huis van Zadok, sprak tot hem en zeide: 41 Ezra 7:2 | van Sallum, den zoon van Zadok, den zoon van Ahitub, 42 Neh 3:4 | aan hun hand verbeterde Zadok, zoon van Baena. ~ 43 Neh 3:29 | 29 Daarna verbeterde Zadok, de zoon van Immer, tegenover 44 Neh 10:21 | 21 Mesezabeel, Zadok, Jaddua, ~ 45 Neh 11:11 | van Mesullam, den zoon van Zadok, den zoon van Merajoth, 46 Neh 13:13 | Selemja, den priester, en Zadok, den schrijver, en Pedaja, 47 Eze 40:46 | dat zijn de kinderen van Zadok, die uit de kinderen      48 Eze 43:19 | dewelke uit het zaad van Zadok zijn, die tot Mij naderen ( 49 Eze 44:15 | priesters, de kinderen van Zadok, die de wacht Mijns heiligdoms 50 Eze 48:11 | zijn uit de kinderen van Zadok, die Mijn wacht hebben waargenomen;


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License