Book Chapter: Verse
1 Deu 29:20 | des HEEREN toorn en ijver roken over denzelven man, en al
2 1Kon 13:1 | stond bij het altaar, om te roken. ~
3 1Kon 13:2 | priesters der hoogten, die op u roken, en men zal mensenbeenderen
4 2Kon 25:5 | gesteld hadden, opdat men roken zou op de hoogten, in de
5 1Kro 24:13| tot in eeuwigheid, om te roken voor het aangezicht des
6 2Kro 26:16| tempel des HEEREN, om te roken op het reukaltaar. ~
7 2Kro 26:18| toe, Uzzia, den HEERE te roken, maar den priesteren, Aarons
8 2Kro 26:18| die geheiligd zijn, om te roken; ga uit het heiligdom, want
9 2Kro 26:19| was in zijn hand, om te roken; als hij nu toornig werd
10 2Kro 28:25| hoogten, om anderen goden te roken; alzo verwekte hij den HEERE,
11 2Kro 32:12| u nederbuigen, en daarop roken? ~
12 Psa 74:1 | eeuwigheid? Waarom zou Uw toorn roken tegen de schapen Uwer weide? ~
13 Psa 80:5 | heirscharen! hoe lang zult Gij roken tegen het gebed Uws volks? ~
14 Psa 104:32 | Hij de bergen aanroert, zo roken zij. ~
15 Psa 144:5 | raak de bergen aan, dat zij roken. ~
16 Jer 7:9 | valselijk zweren, en Baal roken, en andere goden nawandelen,
17 Jer 11:13 | altaren om den Baal te roken. ~
18 Jer 18:15 | Mijn volk Mij vergeten, zij roken der ijdelheid; want zij
19 Jer 44:3 | te tergen, gaande om te roken en andere goden te dienen,
20 Jer 44:5 | dat zij anderen goden niet roken. ~
21 Jer 44:18 | Melecheth des hemels te roken, en haar drankofferen te
22 Jer 44:19 | aan Melecheth des hemels roken en haar drankofferen offeren,
23 Jer 44:21 | 21 Het roken, dat gijlieden in de steden
24 Hos 4:13 | offeren zij, en op de heuvelen roken zij, onder een eik, en populier,
|