Book Chapter: Verse
1 Num 8:12 | der varren leggen; daarna bereidt gij een ten zondoffer, en
2 Joz 1:11 | beveelt het volk, zeggende: Bereidt teerkost voor ulieden; want
3 Joz 4:3 | voeten der priesteren, en bereidt twaalf stenen, en brengt
4 1Sa 23:22 | 22 Gaat toch heen, en bereidt de zaak nog meer, dat gij
5 1Kon 18:25| voor u den enen var, en bereidt gij hem eerst, want gij
6 2Kro 35:4 | 4 En bereidt u naar de huizen uwer vaderen,
7 2Kro 35:6 | pascha, en heiligt u, en bereidt dat voor uw broederen, doende
8 2Kro 36:4 | 4 En bereidt u naar de huizen uwer vaderen,
9 2Kro 36:6 | pascha, en heiligt u, en bereidt dat voor uw broederen, doende
10 Job 38:3 | 3 Wie bereidt de raaf haar kost, als haar
11 Psa 147:8 | Die voor de aarde regen bereidt; Die het gras op de bergen
12 Spre 6:8 | 8 Haar brood bereidt in den zomer, haar spijs
13 Jes 40:3 | roependen in de woestijn: Bereidt den weg des HEEREN, maakt
14 Jes 51:13 | benauwers, wanneer hij zich bereidt om te verderven? Waar is
15 Jes 58:14 | baan, verhoogt de baan, bereidt den weg, neemt den aanstoot
16 Jes 63:10 | gaat door, door de poorten, bereidt den weg des volks; verhoogt,
17 Jer 51:12 | de wacht, stelt wachters, bereidt de lagen; want gelijk de
18 Nah 2:3 | fakkelen, ten dage als hij zich bereidt; en de spiesen worden
19 Matt 2:26| roependen in de woestijn: Bereidt den weg des Heeren, maakt
20 Mark 1:3 | roependen in de woestijn: Bereidt den weg des Heeren, maakt
21 Mark 14:15| opperzaal, toegerust en gereed; bereidt het ons aldaar. ~
22 Luk 3:4 | roependen in de woestijn: Bereidt den weg des Heeren, maakt
23 Luk 22:8 | zeggende: Gaat heen, en bereidt ons het pascha, opdat wij
24 Luk 22:12 | toegeruste opperzaal wijzen, bereidt het aldaar. ~
|