Book Chapter: Verse
1 Gen 42:11 | 11 En de zonen van Levi: Gerson, Kehath en Merari. ~
2 Exo 6:15 | Levi, naar hun geboorten: Gerson, en Kehath, en Merari. En
3 Exo 6:16 | 16 De zonen van Gerson: Libni en Simei, naar hun
4 Num 3:17 | van Levi met hun namen: Gerson, en Kahath, en Merari. ~
5 Num 3:18 | zijn de namen der zonen van Gerson, naar hun geslachten: Libni
6 Num 3:21 | 21 Van Gerson was het geslacht der Libnieten,
7 Num 3:25 | En de wacht der zonen van Gerson in de tent der samenkomst
8 Num 4:22 | op de som der zonen van Gerson, naar het huis hunner vaderen,
9 Num 4:38 | de getelden der zonen van Gerson, naar hun geslachten, en
10 Num 4:41 | geslachten der zonen van Gerson, van al wie in de tent der
11 Num 7:7 | runderen gaf hij den zonen van Gerson, naar hun dienst; ~
12 Num 10:17 | afgenomen, en de zonen van Gerson, en de zonen van Merari
13 Num 26:57 | naar hun geslachten: van Gerson het geslacht der Gersonieten;
14 Joz 21:6 | En aan den kinderen van Gerson, van de huisgezinnen van
15 Joz 21:27 | 27 En aan de kinderen van Gerson, van de huisgezinnen der
16 1Kro 6:1 | kinderen van Levi waren Gerson, Kahath en Merari. ~
17 1Kro 6:16| dan de kinderen van Levi: Gerson, Kahath en Merari.
18 1Kro 6:17| zijn de namen der zonen van Gerson: Libni en Simei. ~
19 1Kro 6:20| 20 Van Gerson: zijn zoon was Libni; zijn
20 1Kro 6:43| van Jahath, den zoon van Gerson, den zoon van Levi. ~
21 1Kro 6:62| 62 En de kinderen van Gerson, naar hun huisgezinnen,
22 1Kro 6:71| 71 De kinderen van Gerson hadden van de huisgezinnen
23 1Kro 24:6 | naar de kinderen van Levi, Gerson, Kehath en Merari. ~
|