Book Chapter: Verse
1 Gen 46:14 | broeders, en allen, die met hem opgetogen waren, om zijn vader te
2 Num 31:64 | deze mannen, die uit Egypte opgetogen zijn, van twintig jaren
3 Ric 14:10 | zijt gijlieden tegen ons opgetogen? En zij zeiden: Wij zijn
4 Ric 14:10 | En zij zeiden: Wij zijn opgetogen om Simson te binden, om
5 Ric 18:30 | Israels uit Egypteland zijn opgetogen, tot op dezen dag; legt
6 Ric 19:3 | dat de kinderen Israels opgetogen naar Mizpa.) En de kinderen
7 1Sa 14:21 | die met hen in het leger opgetogen waren rondom; dezen nu vervoegden
8 2Sa 23:9 | mannen van Israel waren opgetogen. ~
9 1Kon 1:45| en zijn van daar blijde opgetogen, zodat de stad in roer is;
10 2Kon 3:21| Moabieten hoorden, dat koningen opgetogen waren, om tegen hen te strijden,
11 2Kon 20:25| ben ik zonder den HEERE opgetogen tegen deze plaats, om die
12 Ezra 4:12| de Joden, die van u zijn opgetogen, tot ons gekomen zijn te
13 Neh 7:5 | die in het eerst waren opgetogen, en vond daarin geschreven
14 Job 31:18 | jonkheid af is hij bij mij opgetogen, als bij een vader, en van
15 Jes 36:10 | ben ik zonder den HEERE opgetogen tegen dit land, om dat te
16 Jer 34:21 | die van ulieden nu zijn opgetogen. ~
17 Jer 37:5 | waren zij van Jeruzalem opgetogen.) ~
18 Jer 37:11 | Chaldeen van Jeruzalem was opgetogen, vanwege Farao's heir; ~
19 Jer 48:18 | Moabs verstoorder is tegen u opgetogen, hij heeft uw vestingen
20 Klaa 1:44| op de handen gedragen en opgetogen heb, die heeft mijn vijand
21 Hos 8:9 | 9 Want zij zijn opgetogen naar Assur, een woudezel,
|