1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3088
Book Chapter: Verse
2001 Jer 11:16 | een groot geroep een vuur om denzelven aangestoken,
2002 Jer 11:17 | kwaad over u uitgesproken; om der boosheid wil van het
2003 Jer 11:17 | onder zich bedrijven, om Mij te vertoornen, rokende
2004 Jer 11:19 | een os, die geleid wordt om te slachten; want ik wist
2005 Jer 12:9 | gedierte des velds, komt om te eten! ~
2006 Jer 13:10 | en andere goden navolgt, om die te dienen, en voor die
2007 Jer 13:11 | kleven, spreekt de HEERE, om Mij te zijn tot een
2008 Jer 13:22 | mij deze dingen bejegend? Om de veelheid uwer ongerechtigheid,
2009 Jer 14:7 | getuigen, o HEERE! doe het om Uws Naams wil; want onze
2010 Jer 14:8 | reiziger, die slechts inkeert om te vernachten? ~
2011 Jer 14:18 | profeten als de priesters lopen om in het land, en weten
2012 Jer 14:21 | Versmaad ons niet, om Uws Naams wil; werp den
2013 Jer 15:3 | de HEERE: met het zwaard, om te doden; en met de honden,
2014 Jer 15:3 | doden; en met de honden, om te slepen; en met het gevogelte
2015 Jer 15:3 | het gedierte der aarde, om op te eten en te verderven. ~
2016 Jer 15:4 | Jehizkia, koning van Juda, om hetgeen hij te Jeruzalem
2017 Jer 15:5 | hebben, of wie zou aftreden, om u naar vrede te vragen? ~
2018 Jer 15:13 | geven, zonder prijs; en dat om al uw zonden, en in al uw
2019 Jer 15:15 | lankmoedigheid over hen; weet, dat ik om Uwentwil versmaadheid
2020 Jer 15:20 | overmogen; want Ik ben met u, om u te behouden en om u uit
2021 Jer 15:20 | met u, om u te behouden en om u uit te rukken, spreekt
2022 Jer 16:5 | houdt, en ga niet henen om te rouwklagen, en heb geen
2023 Jer 16:6 | insnijden, noch kaal maken om hunnentwil. ~
2024 Jer 16:7 | uitdelen over den rouw, om iemand te troosten over
2025 Jer 16:8 | een huis des maaltijds, om bij hen te zitten, om te
2026 Jer 16:8 | maaltijds, om bij hen te zitten, om te eten en te drinken. ~
2027 Jer 16:12 | goeddunken van zijn boos hart, om naar Mij niet te horen. ~
2028 Jer 17:3 | mitsgaders uw hoogten, om de zonde in al uw landpalen. ~
2029 Jer 17:4 | zult gij aflaten (en dat om u zelven) van uw erfenis,
2030 Jer 17:10 | proef de nieren; en dat, om een iegelijk te geven naar
2031 Jer 17:23 | hebben hun nek verhard, om niet te horen, en om de
2032 Jer 17:23 | verhard, om niet te horen, en om de tucht niet aan te nemen. ~
2033 Jer 17:27 | naar Mij niet zult horen, om den sabbatdag te heiligen,
2034 Jer 17:27 | sabbatdag te heiligen, en om geen last te dragen als
2035 Jer 18:14 | 14 Zal men ook om een rotssteen des velds
2036 Jer 18:16 | 16 Om hun land te stellen tot
2037 Jer 18:20 | aangezicht gestaan heb, om goed voor hen te spreken,
2038 Jer 18:20 | goed voor hen te spreken, om Uw grimmigheid van
2039 Jer 18:22 | een kuil gegraven hebben om mij te vangen, en strikken
2040 Jer 19:5 | hoogten van Baal gebouwd, om hun zonen met vuur te verbranden,
2041 Jer 19:11 | geen andere plaats zal zijn om te begraven. ~
2042 Jer 19:12 | en haar inwoners; en dat om deze stad te stellen als
2043 Jer 19:14 | hem de HEERE gezonden had, om te profeteren, stond hij
2044 Jer 19:15 | nek verhard hebben, om Mijn woorden niet te horen. ~ ~ ~ ~ ~
2045 Jer 20:9 | en ik bemoeide mij om te verdragen, maar konde
2046 Jer 20:18 | baarmoeder voortgekomen, om moeite en droefenis te zien,
2047 Jer 22:13 | die zijns naasten dienst om niet gebruikt, en geeft
2048 Jer 22:17 | en op onschuldig bloed, om dat te vergieten, en op
2049 Jer 22:17 | verdrukking en overlast, om die te doen. ~
2050 Jer 22:27 | hetwelk hun ziel verlangt om daar weder te komen, daarhenen
2051 Jer 23:14 | bedrijven overspel, en gaan om met valsheid, en sterken
2052 Jer 23:27 | 27 Die daar denken om Mijn volk Mijn Naam te doen
2053 Jer 24:7 | Ik zal hun een hart geven om Mij te kennen, dat Ik de
2054 Jer 25:4 | gehoord, noch uw oor geneigd om te horen); ~
2055 Jer 25:6 | wandelt andere goden niet na, om die te dienen, en u voor
2056 Jer 25:18 | koningen, en haar vorsten; om die te stellen tot een woestheid,
2057 Jer 25:28 | beker van uw hand te nemen om te drinken, dat gij tot
2058 Jer 26:2 | steden van Juda, die komen om aan te bidden in het huis
2059 Jer 26:12 | HEERE heeft mij gezonden, om tegen dit huis en tegen
2060 Jer 26:15 | mij tot u gezonden, om al deze woorden voor uw
2061 Jer 26:24 | overgaf in de hand des volk, om hem te doden. ~ ~
2062 Jer 27:6 | velds heb Ik hem gegeven, om hem te dienen. ~
2063 Jer 27:10 | zij profeteren u valsheid, om u verre uit uw land te brengen,
2064 Jer 28:14 | hals van al deze volken, om Nebukadnezar, den koning
2065 Jer 30:11 | met u, spreekt de HEERE, om u te verlossen; want Ik
2066 Jer 30:14 | kastijding eens wreden; om de grootheid uwer ongerechtigheid,
2067 Jer 30:15 | dat uw smart dodelijk is? Om de grootheid uwer ongerechtigheid,
2068 Jer 30:21 | zijn hart borg worde, om tot Mij te genaken? spreekt
2069 Jer 31:2 | Israel, als Ik henenging om hem tot rust te brengen. ~
2070 Jer 31:28 | Ik over hen gewaakt heb, om uit te rukken, en af te
2071 Jer 31:28 | Ik over hen waken, om te bouwen en te planten,
2072 Jer 31:30 | Maar een iegelijk zal om zijn ongerechtigheid sterven;
2073 Jer 31:32 | als Ik hun hand aangreep, om hen uit Egypteland uit te
2074 Jer 31:37 | Israels verwerpen, om alles, wat zij gedaan hebben,
2075 Jer 32:7 | hebt het recht van lossing, om te kopen. ~
2076 Jer 32:19 | wegen der mensenkinderen, om een iegelijk te geven naar
2077 Jer 32:24 | zijn gekomen aan de stad, om die in te nemen, en de stad
2078 Jer 32:29 | drankofferen geofferd hebben, om Mij te vertoornen. ~
2079 Jer 32:32 | 32 Om al de boosheid der kinderen
2080 Jer 32:32 | Juda, die zij gedaan hebben om Mij te vertoornen, zij,
2081 Jer 32:33 | evenwel hoorden zij niet, om tucht aan te nemen; ~
2082 Jer 32:34 | naar Mijn Naam genoemd is, om dat te verontreinigen. ~
2083 Jer 32:35 | des zoons van Hinnom zijn, om hun zonen en hun dochteren
2084 Jer 32:39 | hart en enerlei weg geven, om Mij te vrezen al de dagen,
2085 Jer 33:5 | Er zijn er wel ingekomen, om te strijden tegen de Chaldeen,
2086 Jer 33:5 | de Chaldeen, maar het is om die te vullen met dode lichamen
2087 Jer 33:5 | deze stad verborgen heb, om al hunlieder boosheid. ~
2088 Jer 34:8 | volk, dat te Jeruzalem was, om vrijheid voor hen uit te
2089 Jer 34:16 | hebt hen ten ondergebracht, om ulieden te wezen tot knechten
2090 Jer 34:17 | hebt naar Mij niet gehoord, om vrijheid uit te roepen,
2091 Jer 35:15 | vroeg op zijnde en zendende, om te zeggen: Bekeert u toch,
2092 Jer 35:15 | wandelt andere goden niet na, om hen te dienen, zo zult gij
2093 Jer 36:14 | van Cuschi, tot Baruch, om te zeggen: De rol, waarin
2094 Jer 36:21 | Toen zond de koning Jehudi, om de rol te halen; en hij
2095 Jer 36:26 | Selemja, den zoon van Abdeel, om den schrijver Baruch en
2096 Jer 37:3 | tot den profeet Jeremia, om te zeggen: Bid toch voor
2097 Jer 37:7 | tot Mij gezonden heeft, om Mij te vragen: Ziet, Farao'
2098 Jer 37:12 | Jeremia uit Jeruzalem uitging, om te gaan in het land van
2099 Jer 37:12 | in het land van Benjamin, om van daar te scheiden door
2100 Jer 38:26 | brengen in Jonathans huis, om aldaar te sterven. ~
2101 Jer 39:7 | met twee koperen ketenen, om hem naar Babel te voeren. ~
2102 Jer 40:10 | ziet, ik woon te Mizpa, om te staan voor het aangezicht
2103 Jer 40:14 | Nethanja, uitgezonden heeft, om u aan het leven te slaan?
2104 Jer 41:5 | wierook waren in hun hand, om ten huize des HEEREN te
2105 Jer 41:10 | gevankelijk weg, en toog henen, om over te gaan tot de
2106 Jer 41:12 | mannen, en togen henen, om met Ismael, den zoon van
2107 Jer 41:14 | weggevoerd, wendde zich om; en zij keerden zich en
2108 Jer 41:17 | Geruth-Chimham, dat bij Bethlehem is, om voort te trekken, dat zij
2109 Jer 42:9 | Welken gij mij gezonden hebt, om uw smeking voor Zijn aangezicht
2110 Jer 42:11 | want Ik zal met u zijn, om u te behouden en u
2111 Jer 42:15 | aangezichten zult stellen om in Egypte te gaan,
2112 Jer 42:15 | gaan, en zult henen ingaan, om aldaar als vreemdelingen
2113 Jer 42:17 | hun aangezichten stellen, om in Egypte te gaan, om aldaar
2114 Jer 42:17 | stellen, om in Egypte te gaan, om aldaar als vreemdelingen
2115 Jer 42:22 | gelust heeft henen te gaan, om aldaar als vreemdelingen
2116 Jer 43:2 | heeft u niet gezonden, om te zeggen: Gijlieden zult
2117 Jer 43:2 | zult niet gaan in Egypte, om aldaar als vreemdelingen
2118 Jer 43:4 | der stem des HEEREN niet, om in het land van Juda te
2119 Jer 43:5 | wedergekeerd waren, om in het land van Juda te
2120 Jer 44:3 | die zij gedaan hebben, om Mij te tergen, gaande om
2121 Jer 44:3 | om Mij te tergen, gaande om te roken en andere goden
2122 Jer 44:4 | vroeg op zijnde en zendende, om te zeggen: Doet toch deze
2123 Jer 44:5 | gehoord, noch hun oor geneigd, om zich van hun boosheid te
2124 Jer 44:8 | alwaar gij gekomen zijt, om daar als vreemdeling te
2125 Jer 44:11 | ulieden stellen ten kwade, en om gans Juda uit te roeien. ~
2126 Jer 44:12 | aangezichten gesteld hebben, om in Egypteland te gaan, om
2127 Jer 44:12 | om in Egypteland te gaan, om aldaar als vreemdelingen
2128 Jer 44:14 | Egypteland gekomen zijn, om aldaar als vreemdelingen
2129 Jer 44:14 | of overblijve; te weten om weder te keren in het
2130 Jer 44:14 | verlangt weder te keren, om aldaar te wonen; maar zij
2131 Jer 44:19 | wij haar gebeelde koeken, om haar af te beelden, en offeren
2132 Jer 44:28 | Egypteland gekomen zijn, om aldaar als vreemdelingen
2133 Jer 46:5 | de vlucht, en zien niet om; er is schrik van rondom,
2134 Jer 46:13 | Nebukadrezar, den koning van Babel, om Egypteland te slaan. ~
2135 Jer 47:3 | raderen; de vaders zien niet om naar de kinderen, vanwege
2136 Jer 47:4 | Vanwege den dag, die er komt om alle Filistijnen te verstoren,
2137 Jer 47:4 | Filistijnen te verstoren, om Tyrus en Sidon allen overgeblevenen
2138 Jer 48:7 | 7 Want om uw vertrouwen op uw werken,
2139 Jer 48:16 | Moabs verderf is nabij om te komen, en zijn kwaad
2140 Jer 48:31 | Ik over Moab huilen, ja, om gans Moab zal Ik krijten;
2141 Jer 49:3 | drijft misbaar, en loopt om bij de tuinen; want Malcham
2142 Jer 49:14 | geschikt onder de heidenen, om te zeggen: Vergadert u,
2143 Jer 49:24 | zij heeft zich gewend, om te vluchten, en siddering
2144 Jer 50:28 | uit het land van Babel, om in Sion te verkondigen de
2145 Jer 51:29 | staat vast tegen Babel, om Babels land te stellen tot
2146 Jer 51:31 | den kondschapper tegemoet, om den koning van Babel bekend
2147 Jer 51:40 | hen afvoeren als lammeren om te slachten, als rammen
2148 Jer 52:3 | Want het geschiedde, om den toorn des HEEREN tegen
2149 Klaa 1:11| dingen voor spijs gegeven, om de ziel te verkwikken. Zie,
2150 Klaa 1:15| bijeenkomst over mij uitgeroepen, om mijn jongelingen te verbreken;
2151 Klaa 1:16| 16 Ain. Om dezer dingen wille ween
2152 Klaa 1:36| ongerechtigheid niet geopenbaard, om uw gevangenis af te wenden,
2153 Klaa 2:6 | gegeven, en den Assyrier, om met brood verzadigd te worden. ~
2154 Klaa 2:13| jongelingen weggenomen, om te malen, en de jongens
2155 Klaa 2:17| Daarom is ons hart mat, om deze dingen zijn onze ogen
2156 Klaa 2:18| 18 Om des bergs Sions wil, die
2157 Eze 1:9 | ander; zij keerden zich niet om, als zij gingen; zij gingen
2158 Eze 1:12 | waarhenen de geest was om te gaan, gingen zij; zij
2159 Eze 1:12 | zij; zij keerden zich niet om, als zij gingen. ~
2160 Eze 1:17 | zijden; zij keerden zich niet om, als zij gingen. ~
2161 Eze 1:20 | Waarhenen de geest was om te gaan, gingen zij, waarhenen
2162 Eze 1:20 | waarhenen de geest was om te gaan; en de raderen werden
2163 Eze 3:18 | hem niet, en spreekt niet, om den goddeloze van zijn goddelozen
2164 Eze 5:9 | voortaan niet doen zal, om al uwer gruwelen wil. ~
2165 Eze 5:16 | zullen, die Ik uitzenden zal om u te verderven; zo zal Ik
2166 Eze 7:16 | dalen, kermende, een ieder om zijn ongerechtigheid. ~
2167 Eze 8:17 | hebben, zo keren zij zich, om Mij te vertoornen; want
2168 Eze 10:11 | zijden; zij keerden zich niet om, als zij gingen; maar de
2169 Eze 10:11 | na; zij keerden zich niet om, als zij gingen. ~
2170 Eze 10:16 | hun vleugelen ophieven, om zich van de aarde omhoog
2171 Eze 10:16 | diezelve raderen ook niet om van bij hen. ~
2172 Eze 12:2 | huis, dewelke ogen hebben om te zien, en niet zien, oren
2173 Eze 12:2 | en niet zien, oren hebben om te horen, en niet horen,
2174 Eze 12:12 | zullen door den wand graven, om hem daardoor uit te
2175 Eze 13:5 | toegemuurd voor het huis Israels, om in den strijd te staan,
2176 Eze 13:13 | hagelstenen in Mijn grimmigheid, om dien te verdoen. ~
2177 Eze 13:18 | hoofd van alle statuur, om de zielen te jagen!
2178 Eze 13:19 | en voor stukken broods, om zielen te doden, die niet
2179 Eze 13:19 | niet zouden sterven, en om zielen in het leven te behouden,
2180 Eze 14:7 | en komt tot den profeet, om Mij door hem te vragen;
2181 Eze 14:19 | daarover met bloed uitgiete, om daarvan mensen en beesten
2182 Eze 14:21 | hebben tegen Jeruzalem, om daaruit mensen en beesten
2183 Eze 15:3 | Wordt daarvan hout genomen, om een stuk werk te maken?
2184 Eze 15:3 | Neemt men daarvan een pin, om enig vat daaraan te hangen? ~
2185 Eze 16:5 | oog had medelijden over u, om u een van deze dingen te
2186 Eze 16:5 | van deze dingen te doen, om zich over u te erbarmen;
2187 Eze 16:5 | op het vlakke des velds, om de walgelijkheid van
2188 Eze 16:14 | naam uit onder de heidenen om uw schoonheid; want die
2189 Eze 16:20 | hebt ze denzelven geofferd om te verteren; is het wat
2190 Eze 16:26 | hoererij vermenigvuldigd, om Mij tot toorn te verwekken. ~
2191 Eze 16:33 | van rondom zouden ingaan om uw hoererijen. ~
2192 Eze 16:34 | dewijl men u niet naloopt, om te hoereren; want als gij
2193 Eze 16:54 | te schande gemaakt wordt, om al hetgeen gij gedaan hebt,
2194 Eze 17:8 | bij vele wateren geplant, om takken te maken en vrucht
2195 Eze 17:9 | arm, noch door veel volks, om dien van zijn wortelen weg
2196 Eze 17:17 | sterkten bouwen zal, om vele zielen uit te roeien. ~
2197 Eze 18:9 | Mijn rechten onderhoudt, om trouwelijk te handelen;
2198 Eze 18:17 | wandelt; die zal niet sterven om de ongerechtigheid zijns
2199 Eze 19:14 | roede is tot een scepter, om te heersen. Dit is een weeklage,
2200 Eze 20:1 | oudsten van Israel kwamen, om den HEERE te vragen; en
2201 Eze 20:3 | de Heere HEERE: Komt gij, om Mij te vragen? Zo waarachtig
2202 Eze 20:8 | over hen uitgieten zou, om Mijn toorn tegen hen te
2203 Eze 20:9 | 9 Doch Ik deed het om Mijns Naams wil, opdat hij
2204 Eze 20:9 | bekend gemaakt heb, om hen uit Egypteland uit te
2205 Eze 20:12 | gaf Ik hun Mijn sabbatten, om een teken te zijn tussen
2206 Eze 20:13 | over hen in de woestijn, om hen te verdoen. ~
2207 Eze 20:14 | 14 Maar Ik deed het om Mijns Naams wil, opdat die
2208 Eze 20:21 | rechten namen zij niet waar, om die te doen; dewelke, zo
2209 Eze 20:22 | Mijn hand af, en deed het om Mijns Naams wil, opdat hij
2210 Eze 20:28 | Mijn hand opgeheven had, om hetzelve hun te geven, zo
2211 Eze 20:41 | welgevallen aan ulieden nemen om den liefelijken reuk, wanneer
2212 Eze 20:42 | Mijn hand opgeheven heb, om hetzelve uw vaderen te
2213 Eze 20:44 | met u gedaan zal hebben, om Mijns Naams wil, niet naar
2214 Eze 21:7 | gij, dat gij zeggen zult: Om het gerucht, want het komt!
2215 Eze 21:11 | gescherpt, en dat is geveegd, om hetzelve in de hand des
2216 Eze 21:15 | het is ingewonden om te slachten. ~
2217 Eze 21:21 | hoofd van de twee wegen, om waarzegging te gebruiken;
2218 Eze 21:22 | rechterhand zijn op Jeruzalem, om hoofdmannen te stellen,
2219 Eze 21:22 | hoofdmannen te stellen, om den mond te openen in het
2220 Eze 21:22 | openen in het doodslaan, om de stem op te heffen met
2221 Eze 21:22 | op te heffen met gejuich, om stormrammen te stellen
2222 Eze 21:22 | stellen tegen de poorten, om sterkten op te werpen, om
2223 Eze 21:22 | om sterkten op te werpen, om bolwerken te bouwen. ~
2224 Eze 21:28 | ter slachting geveegd om te verdoen, om te glinsteren; ~
2225 Eze 21:28 | slachting geveegd om te verdoen, om te glinsteren; ~
2226 Eze 21:29 | zij u leugen voorzeggen, om u op de halzen te stellen
2227 Eze 22:3 | drekgoden tegen zichzelve maakt, om zich te verontreinigen! ~
2228 Eze 22:6 | ieder naar zijn kracht, om bloed te vergieten. ~
2229 Eze 22:9 | Achterklappers zijn in u geweest om bloed te vergieten, en in
2230 Eze 22:12 | geschenken in u genomen, om bloed te vergieten; woeker
2231 Eze 22:13 | heb Mijn hand geslagen, om uw gierigheid, die gij bedreven
2232 Eze 22:13 | die gij bedreven hebt, en om uw bloed, die in het midden
2233 Eze 22:20 | eens ovens vergaderd wordt, om het vuur daarover op te
2234 Eze 22:27 | wolven, die een roof roven, om bloed te vergieten, en om
2235 Eze 22:27 | om bloed te vergieten, en om zielen te verderven; opdat
2236 Eze 23:39 | dienzelven dag in Mijn heiligdom, om dat te ontheiligen; en ziet,
2237 Eze 24:7 | de aarde niet uitgestort, om hetzelve met stof te bedekken. ~
2238 Eze 24:8 | de grimmigheid doe opgaan om wraak te oefenen, heb Ik
2239 Eze 24:26 | ontkomene tot u zal komen, om uw oren dat te doen horen? ~
2240 Eze 25:15 | hebben door plundering, om te vernielen door een eeuwige
2241 Eze 27:5 | van den Libanon gehaald, om masten voor u te maken. ~
2242 Eze 27:9 | haar zeelieden waren in u, om onderlingen handel met u
2243 Eze 27:18 | dreef koophandel met u, om de veelheid uwer werken,
2244 Eze 28:17 | der koningen gesteld, om op u te zien. ~
2245 Eze 30:9 | aangezicht in schepen uitvaren, om het zorgeloze Morenland
2246 Eze 30:11 | zullen aangevoerd worden, om het land te verderven; en
2247 Eze 30:21 | windeldoek aan te doen, om dien te verbinden, om dien
2248 Eze 30:21 | om dien te verbinden, om dien te sterken, dat hij
2249 Eze 31:11 | behandelen; Ik dreef hem uit om zijn goddeloosheid. ~
2250 Eze 31:15 | een treuren; Ik bedekte om zijnentwil den afgrond,
2251 Eze 31:15 | en Ik maakte den Libanon om zijnentwil zwart, en al
2252 Eze 31:15 | het geboomte des velds was om zijnentwil bewonden. ~
2253 Eze 32:8 | aan den hemel, die zal Ik om uwentwil zwart maken; en
2254 Eze 33:8 | sterven! en gij spreekt niet, om den goddeloze van zijn weg
2255 Eze 33:12 | des goddelozen, hij zal om dezelve niet vallen, ten
2256 Eze 33:29 | schrik zal gesteld hebben, om al hun gruwelen, die zij
2257 Eze 36:18 | grimmigheid over hen uit, om des bloeds wil, dat zij
2258 Eze 36:18 | land vergoten hadden, en om hun drekgoden, waarmede
2259 Eze 36:21 | Maar Ik verschoonde hen om Mijn heiligen Naam, dien
2260 Eze 36:22 | Heere HEERE: Ik doe het niet om uwentwil, gij huis Israels!
2261 Eze 36:22 | gij huis Israels! maar om Mijn heiligen Naam, dien
2262 Eze 36:32 | 32 Ik doe het niet om uwentwil, spreekt de Heere
2263 Eze 38:9 | zult zijn als een wolk, om het land te bedekken; gij
2264 Eze 38:12 | 12 Om buit te buiten, en om roof
2265 Eze 38:12 | Om buit te buiten, en om roof te roven; om uw hand
2266 Eze 38:12 | buiten, en om roof te roven; om uw hand te wenden tegen
2267 Eze 38:13 | tot u zeggen: Komt gij, om buit te buiten? hebt gij
2268 Eze 38:13 | uw vergadering vergaderd, om roof te roven? om zilver
2269 Eze 38:13 | om roof te roven? om zilver en goud weg te voeren,
2270 Eze 38:13 | zilver en goud weg te voeren, om vee en have weg te nemen,
2271 Eze 38:13 | vee en have weg te nemen, om een groten buit te buiten? ~
2272 Eze 38:16 | volk Israel, als een wolk, om het land te bedekken; in
2273 Eze 39:12 | Israels nu zal hen begraven, om het land te reinigen, zeven
2274 Eze 39:14 | doodgravers met de doorgangers, om te begraven degenen, die
2275 Eze 39:14 | aardbodem zijn overgelaten, om dien te reinigen; ten einde
2276 Eze 39:23 | gevankelijk zijn weggevoerd om hun ongerechtigheid, omdat
2277 Eze 40:39 | tafelen van gene zijde, om daarop te slachten het brandoffer,
2278 Eze 40:46 | Levi tot den HEERE naderen, om Hem te dienen. ~
2279 Eze 42:19 | 19 Hij ging om naar de westzijde, en hij
2280 Eze 42:20 | de breedte vijfhonderd, om onderscheid te maken tussen
2281 Eze 43:3 | gezien had, toen ik kwam, om de stad te verderven; en
2282 Eze 43:18 | dage als men het zal maken, om brandoffer daarop te offeren,
2283 Eze 43:18 | brandoffer daarop te offeren, en om bloed daarop te sprengen. ~
2284 Eze 43:19 | spreekt de Heere HEERE), om Mij te dienen, geven een
2285 Eze 44:3 | die zal in dezelve zitten, om brood te eten voor het aangezicht
2286 Eze 44:7 | onbesnedenen van vlees, om in Mijn heiligdom te zijn,
2287 Eze 44:7 | Mijn heiligdom te zijn, om dat te ontheiligen, te weten
2288 Eze 44:11 | voor hun aangezicht staan, om hen te dienen; ~
2289 Eze 44:13 | zullen tot Mij niet naderen, om Mij het priesterambt te
2290 Eze 44:13 | priesterambt te bedienen, en om te naderen tot al Mijn heilige
2291 Eze 44:15 | zullen tot Mij naderen, om Mij te dienen; en zullen
2292 Eze 44:15 | voor Mijn aangezicht staan, om Mij het vette en het bloed
2293 Eze 44:16 | tot Mijn tafel naderen, om Mij te dienen, en zij zullen
2294 Eze 44:24 | twistzaak zullen zij staan om te richten; naar Mijn rechten
2295 Eze 44:25 | dat hij onrein worde; maar om een vader, of om een moeder,
2296 Eze 44:25 | worde; maar om een vader, of om een moeder, of om een zoon,
2297 Eze 44:25 | vader, of om een moeder, of om een zoon, of om een dochter,
2298 Eze 44:25 | moeder, of om een zoon, of om een dochter, om een broeder
2299 Eze 44:25 | zoon, of om een dochter, om een broeder of om een
2300 Eze 44:25 | dochter, om een broeder of om een zuster, die geens
2301 Eze 44:27 | in het binnenste voorhof, om in het heilige te dienen,
2302 Eze 44:30 | den priester geven, om den zegen op uw huis te
2303 Eze 45:4 | heiligdom bedienen, die naderen om den HEERE te dienen; en
2304 Eze 45:15 | brandoffer, en tot dankofferen om verzoening over hen te doen,
2305 Eze 45:17 | en de dankofferen doen, om verzoening te doen voor
2306 Eze 46:9 | van de noorderpoort ingaat om te aanbidden, zal door den
2307 Eze 46:14 | derde deel van een hin, om de meelbloem te bedruipen;
2308 Eze 46:18 | van de erfenis des volks, om hen van hun bezitting te
2309 Eze 46:20 | buitenste voorhof, om het volk te heiligen. ~
2310 Eze 46:21 | buitenste voorhof, en voerde mij om in de vier hoeken des voorhofs;
2311 Eze 47:2 | noorderpoort, en voerde mij om door den weg van buiten,
2312 Dan 1:4 | dewelke bekwaamheid ware, om te staan in des konings
2313 Dan 2:2 | guichelaars, en de Chaldeen, om den koning zijn dromen te
2314 Dan 2:3 | en mijn geest is ontsteld om dien droom te weten. ~
2315 Dan 2:13 | Daniel en zijn metgezellen, om gedood te worden. ~
2316 Dan 2:14 | konings, die uitgetogen was, om de wijzen van Babel te doden. ~
2317 Dan 2:24 | dien de koning gesteld had om de wijzen van Babel om te
2318 Dan 2:24 | had om de wijzen van Babel om te brengen; hij ging henen
2319 Dan 2:24 | de wijzen van Babel niet om, maar breng mij in
2320 Dan 3:2 | Nebukadnezar zond henen, om te verzamelen, de stadhouders,
2321 Dan 3:20 | Abed-nego binden zouden, om te werpen in den oven des
2322 Dan 5:7 | worden, met een gouden keten om zijn hals, en hij zal de
2323 Dan 5:10 | 10 Om deze woorden des konings
2324 Dan 5:15 | wijzen en de sterrekijkers, om dit schrift te lezen, en
2325 Dan 5:16 | worden, met een gouden keten om uw hals, en gij zult de
2326 Dan 5:29 | purper, met een gouden keten om zijn hals, en zij riepen
2327 Dan 6:15 | stelde het hart op Daniel om hem te verlossen; ja, tot
2328 Dan 6:15 | bemoeide hij zich, om hem te redden. ~
2329 Dan 7:11 | verdaan werd, en overgegeven om van het vuur verbrand
2330 Dan 8:7 | den ram was geen kracht, om voor zijn aangezicht
2331 Dan 9:3 | aangezicht tot God, den Heere, om Hem te zoeken met het gebed,
2332 Dan 9:16 | Uw heiligen berg; want om onzer zonden wil en om
2333 Dan 9:16 | want om onzer zonden wil en om onzer vaderen ongerechtigheden,
2334 Dan 9:17 | heiligdom, dat verwoest is; om des HEEREN wil. ~
2335 Dan 9:19 | het, vertraag het niet! Om Uws Zelfs wil, o mijn God!
2336 Dan 9:20 | des HEEREN, mijns Gods, om des heiligen bergs
2337 Dan 9:22 | Daniel! nu ben ik uitgegaan, om u den zin te doen verstaan. ~
2338 Dan 9:23 | uitgegaan, en ik ben gekomen, om u dat te kennen te geven;
2339 Dan 9:24 | en over uw heilige stad, om de overtreding te sluiten,
2340 Dan 9:24 | overtreding te sluiten, en om de zonden te verzegelen,
2341 Dan 9:24 | zonden te verzegelen, en om de ongerechtigheid te verzoenen,
2342 Dan 9:24 | ongerechtigheid te verzoenen, en om een eeuwige gerechtigheid
2343 Dan 9:24 | gerechtigheid aan te brengen, en om het gezicht, en den profeet
2344 Dan 9:24 | profeet te verzegelen, en om de heiligheid der heiligheden
2345 Dan 9:25 | den uitgang des woords, om te doen wederkeren, en om
2346 Dan 9:25 | om te doen wederkeren, en om Jeruzalem te bouwen, tot
2347 Dan 10:7 | viel op hen, en zij vloden, om zich te versteken. ~
2348 Dan 10:12 | dat gij uw hart begaaft, om te verstaan en om uzelven
2349 Dan 10:12 | begaaft, om te verstaan en om uzelven te verootmoedigen,
2350 Dan 10:12 | zijn uw woorden gehoord, en om uwer woorden wil ben Ik
2351 Dan 10:13 | de eerste vorsten, kwam om Mij te helpen, en Ik werd
2352 Dan 10:14 | Nu ben Ik gekomen, om u te doen verstaan, hetgeen
2353 Dan 10:16 | tegenover mij stond: Mijn Heere! om des gezichts wil keren
2354 Dan 10:20 | Doch nu zal Ik wederkeren om te strijden tegen den vorst
2355 Dan 11:1 | jaar van Darius den Meder, om hem te versterken en te
2356 Dan 11:6 | koning van het Noorden, om billijke voorwaarden
2357 Dan 11:14 | zullen verheven worden, om het gezicht te bevestigen,
2358 Dan 11:15 | zal geen kracht zijn om te bestaan. ~
2359 Dan 11:17 | zijn aangezicht stellen, om met de kracht zijns gansen
2360 Dan 11:17 | der vrouwen geven, om haar te verderven, maar
2361 Dan 11:27 | deze koningen zal wezen om kwaad te doen, en aan een
2362 Dan 11:35 | zullen er sommigen vallen, om hen te louteren en te reinigen,
2363 Dan 11:39 | zal het land uitdelen om prijs. ~
2364 Dan 11:44 | uittrekken met grote grimmigheid om velen te verdelgen en te
2365 Hos 2:8 | wol en Mijn vlas, dienende om haar naaktheid te bedekken. ~
2366 Hos 3:1 | bemint, maar zij zien om, naar andere goden, en beminnen
2367 Hos 5:2 | afwijken, verdiepen zich om te slachten; maar Ik zal
2368 Hos 5:4 | hun handelingen niet aan, om zich tot hun God te bekeren;
2369 Hos 5:6 | runderen zullen zij dan gaan, om den HEERE te zoeken, maar
2370 Hos 6:3 | kennen, wij zullen vervolgen, om den HEERE te kennen; Zijn
2371 Hos 7:14 | zij huilen op hun legers; om koren en most verzamelen
2372 Hos 8:9 | van Efraim hebben boelen om hoerenloon gehuurd. ~
2373 Hos 8:10 | onder de heidenen boelen om hoerenloon gehuurd hebben,
2374 Hos 9:7 | geestes is onzinnig; om de grootheid uwer ongerechtigheid
2375 Hos 9:15 | want daar heb Ik ze gehaat, om de boosheid van hun handelingen;
2376 Hos 11:9 | Ik zal niet wederkeren om Efraim te verderven; want
2377 Hos 12:13 | Syrie, en Israel diende om een vrouw, en hoedde om
2378 Hos 12:13 | om een vrouw, en hoedde om een vrouw. ~
2379 Hos 14:2 | want gij zijt gevallen om uw ongerechtigheid. ~
2380 Joe 1:5 | huilt, alle gij wijnzuipers! om den nieuwen wijn, dewijl
2381 Joe 1:11 | wijngaardeniers huilen, om de tarwe en om de gerst,
2382 Joe 1:11 | wijngaardeniers huilen, om de tarwe en om de gerst, want de oogst
2383 Joe 3:3 | en een knechtje gegeven om een hoer, en een meisje
2384 Joe 3:3 | en een meisje verkocht om wijn, dat zij mochten drinken. ~
2385 Joe 3:12 | maar aldaar zal Ik zitten, om te richten alle heidenen
2386 Joe 3:19 | tot een woeste wildernis, om het geweld, gedaan aan de
2387 Amos 1:3 | Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Damaskus,
2388 Amos 1:3 | overtredingen van Damaskus, en om vier zal Ik dat niet afwenden;
2389 Amos 1:6 | Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Gaza,
2390 Amos 1:6 | overtredingen van Gaza, en om vier zal Ik dat niet afwenden;
2391 Amos 1:6 | volkomen wegvoering, om aan Edom over te leveren. ~
2392 Amos 1:9 | Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Tyrus,
2393 Amos 1:9 | overtredingen van Tyrus, en om vier zal Ik dat niet afwenden;
2394 Amos 1:11| Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Edom,
2395 Amos 1:11| overtredingen van Edom, en om vier zal Ik dat niet afwenden;
2396 Amos 1:13| Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen der kinderen
2397 Amos 1:13| der kinderen Ammons, en om vier zal Ik dat niet afwenden;
2398 Amos 1:13| Gilead hebben opengesneden, om hun landpale te verwijden. ~
2399 Amos 2:1 | Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Moab,
2400 Amos 2:1 | overtredingen van Moab, en om vier zal Ik dat niet afwenden;
2401 Amos 2:4 | Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Juda,
2402 Amos 2:4 | overtredingen van Juda, en om vier zal Ik dat niet afwenden;
2403 Amos 2:6 | Alzo zegt de HEERE: Om drie overtredingen van Israel,
2404 Amos 2:6 | overtredingen van Israel, en om vier zal Ik dat niet afwenden;
2405 Amos 2:6 | verkopen, en den nooddruftige om een paar schoenen. ~
2406 Amos 2:7 | gaan tot een jonge dochter om Mijn heiligen Naam
2407 Amos 4:4 | des morgens, uw tienden om de drie dagen! ~
2408 Amos 4:8 | twee, drie steden togen om tot een stad, opdat zij
2409 Amos 4:12| zal, zo schik u, o Israel! om uw God te ontmoeten. ~
2410 Amos 6:10| opnemen, of die hem verbrandt, om de beenderen uit het huis
2411 Amos 6:10| Zwijg! want zij waren niet om des HEEREN Naam te vermelden. ~
2412 Amos 8:4 | nooddruftige opslokt! en dat om te vernielen de ellendigen
2413 Amos 8:6 | kopen, en den nooddruftige om een paar schoenen; dan zullen
2414 Amos 8:11| noch dorst naar water, maar om te horen de woorden
2415 Amos 8:12| oosten; zij zullen omlopen om het woord des HEEREN te
2416 Oba 1:10 | 10 Om het geweld, begaan aan uw
2417 Oba 1:14 | hebben op de wegscheiding, om zijn ontkomenen uit te roeien;
2418 Oba 1:21 | den berg Sions opkomen, om Ezau's gebergte te richten;
2419 Jona 1:3 | Maar Jona maakte zich op om te vluchten naar Tarsis,
2420 Jona 1:3 | ging neder in hetzelve, om met henlieden te gaan naar
2421 Jona 1:5 | schip waren, in de zee, om het van dezelve te verlichten;
2422 Jona 1:7 | opdat wij mogen weten, om wiens wil ons dit kwaad
2423 Jona 1:8 | tot hem: Verklaar ons nu, om wiens wil ons dit kwaad
2424 Jona 1:12| deze grote storm ulieden om mijnentwil over komt. ~
2425 Jona 1:13| Maar de mannen roeiden, om het schip weder te brengen
2426 Jona 1:14| laat ons toch niet vergaan om dezes mans ziel, en leg
2427 Jona 1:17| beschikte een groten vis, om Jona in te slokken; en Jona
2428 Jona 2:6 | grendelen der aarde waren om mij henen in eeuwigheid;
2429 Jona 4:6 | mocht zijn over zijn hoofd, om hem te redden van zijn verdriet.
2430 Mic 1:5 | 5 Dit alles, om de overtreding van Jakob,
2431 Mic 1:5 | overtreding van Jakob, en om de zonden van het huis Israels;
2432 Mic 1:12 | inwoneres van Maroth is krank om des goeds wil; want een
2433 Mic 1:16 | Maak u kaal en scheer u, om uw troetelkinderen; verwijd
2434 Mic 3:8 | van gericht en dapperheid, om Jakob te verkondigen zijn
2435 Mic 3:11 | Haar hoofden rechten om geschenken, en haar priesters
2436 Mic 3:11 | en haar priesters leren om loon, en haar profeten waarzeggen
2437 Mic 3:11 | haar profeten waarzeggen om geld; nog steunen zij op
2438 Mic 3:12 | 12 Daarom, om uwentwil, zal Sion als een
2439 Mic 4:10 | Lijd smart en arbeid om voort te brengen, o dochter
2440 Mic 5:1 | Efratha! zijt gij klein om te wezen onder de duizenden
2441 Mic 6:13 | slaande, en verwoestende om uw zonden. ~
2442 Mic 7:1 | geschied zijn; er is geen druif om te eten; mijn ziel begeert
2443 Mic 7:3 | 3 Om met beide handen wel dapper
2444 Mic 7:3 | en de rechter oordeelt om vergelding; en de grote
2445 Nah 3:4 | 4 Om der grote hoererijen wil
2446 Zep 3:8 | koninkrijken te vergaderen, om over hen Mijn gramschap,
2447 Zep 3:11 | voortaan niet meer verheffen om Mijns heiligen bergs wil. ~
2448 Zep 3:18 | 18 De bedroefden, om der bijeenkomst wil, zal
2449 Zac 1:10 | HEERE uitgezonden heeft, om het land te doorwandelen. ~
2450 Zac 1:21 | maar deze zijn gekomen om die te verschrikken,
2451 Zac 1:21 | die te verschrikken, om de hoornen der heidenen
2452 Zac 1:21 | tegen het land van Juda, om dat te verstrooien. ~ ~ ~ ~ ~
2453 Zac 2:2 | henen? En hij zeide tot mij: Om Jeruzalem te meten; om te
2454 Zac 2:2 | Om Jeruzalem te meten; om te zien, hoe groot haar
2455 Zac 3:1 | stond aan zijn rechterhand, om hem te wederstaan. ~
2456 Zac 5:11 | En Hij zeide tot mij: Om haar een huis te bouwen
2457 Zac 6:7 | en zochten voort te gaan, om het land te doorwandelen;
2458 Zac 7:2 | Regem-Melech, en zijn mannen, om het aangezicht des HEEREN
2459 Zac 8:21 | Laat ons vlijtig henengaan, om te smeken het aangezicht
2460 Zac 8:21 | aangezicht des HEEREN, en om den HEERE der heirscharen
2461 Zac 8:22 | machtige heidenen komen, om den HEERE der heirscharen
2462 Zac 8:22 | Jeruzalem te zoeken, en om het aangezicht des HEEREN
2463 Zac 11:16 | dit land; dat gereed is om afgesneden te worden, zal
2464 Zac 13:4 | haren mantel aandoen, om te liegen; ~
2465 Zac 14:16 | jaar tot jaar optrekken om aan te bidden den Koning,
2466 Zac 14:16 | HEERE der heirscharen, en om te vieren het feest der
2467 Zac 14:17 | optrekken naar Jeruzalem, om den Koning, den HEERE der
2468 Zac 14:18 | die niet optrekken zullen, om te vieren het feest der
2469 Zac 14:19 | die niet optrekken zullen, om te vieren het feest der
2470 Mal 1:8 | gij wat blinds aanbrengt om te offeren, het is bij u
2471 Mal 1:10 | ook onder u, die de deuren om niet toesluit? En gij steekt
2472 Mal 1:10 | niet aan op Mijn altaar om niet. Ik heb geen lust aan
2473 Mal 2:2 | niet zult ter harte nemen, om Mijn Naam eer te geven,
2474 Mal 2:5 | vreesde Mij, en hij werd om Mijns Naams wil verschrikt. ~
2475 Mal 3:11 | 11 En Ik zal om uwentwil den opeter schelden,
2476 Matt 2:2 | Oosten, en zijn gekomen om Hem te aanbidden. ~
2477 Matt 2:13| zal het Kindeken zoeken, om Hetzelve te doden. ~
2478 Matt 2:27| kemelshaar, en een lederen gordel om zijn lenden; en zijn voedsel
2479 Matt 2:36| de Jordaan, tot Johannes, om van hem gedoopt te worden. ~
2480 Matt 4:1 | weggeleid in de woestijn, om verzocht te worden van den
2481 Matt 5:10| zijn die vervolgd worden om der gerechtigheid wil; want
2482 Matt 5:11| alle kwaad tegen u spreken, om Mijnentwil. ~
2483 Matt 5:13| deugt nergens meer toe, dan om buiten geworpen, en van
2484 Matt 5:17| niet, dat Ik gekomen ben, om de wet of de profeten te
2485 Matt 5:17| ontbinden; Ik ben niet gekomen, om die te ontbinden, maar te
2486 Matt 5:28| wie een vrouw aan ziet, om dezelve te begeren, die
2487 Matt 5:38| gehoord, dat gezegd is: Oog om oog, en tand om tand. ~
2488 Matt 5:38| is: Oog om oog, en tand om tand. ~
2489 Matt 6:1 | niet doet voor de mensen, om van hen gezien te worden;
2490 Matt 7:5 | en dan zult gij bezien, om den splinter uit uws broeders
2491 Matt 7:9 | zijn zoon hem zou bidden om brood, die hem een steen
2492 Matt 7:10| 10 En zo hij hem om een vis zou bidden, die
2493 Matt 8:29| doen? Zijt Gij hier gekomen om ons te pijnigen voor den
2494 Matt 9:13| want Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen,
2495 Matt 10:1 | over de onreine geesten, om dezelve uit te werpen, en
2496 Matt 10:1 | dezelve uit te werpen, en om alle ziekte en alle kwaal
2497 Matt 10:8 | duivelen uit. Gij hebt het om niet ontvangen, geeft het
2498 Matt 10:8 | niet ontvangen, geeft het om niet. ~
2499 Matt 10:18| koningen geleid worden, om Mijnentwil, hun en den heidenen
2500 Matt 10:22| van allen gehaat worden om Mijn Naam; maar die volstandig
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3088 |