Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
heenzenden 2
heer 325
heere 5967
heeren 2077
heerlijk 22
heerlijke 14
heerlijken 13
Frequency    [«  »]
2262 over
2206 zoon
2140 toen
2077 heeren
2044 kinderen
1976 zich
1948 huis

Bijbel

IntraText - Concordances

heeren

1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2077

     Book Chapter: Verse
1501 Jes 38:20 | levens, in het huis des HEEREN. ~ 1502 Jes 38:22 | zijn, dat ik ten huize des HEEREN zal opgaan? ~  ~ 1503 Jes 39:5 | Hizkia: Hoor het woord des HEEREN der heirscharen. ~ 1504 Jes 39:8 | tot Jesaja: Het woord des HEEREN, dat gij gesproken hebt, 1505 Jes 40:2 | dat zij van de hand des HEEREN dubbel ontvangen heeft      1506 Jes 40:3 | woestijn: Bereidt den weg des HEEREN, maakt recht in de wildernis 1507 Jes 40:5 | En de heerlijkheid des HEEREN zal geopenbaard worden; 1508 Jes 40:5 | zien, dat het de mond des HEEREN gesproken heeft. ~ 1509 Jes 40:7 | valt af, als de Geest des HEEREN daarin blaast; voorwaar, 1510 Jes 40:13 | Wie heeft den Geest des HEEREN bestierd, en wie heeft Hem 1511 Jes 41:20 | verstaan, dat de hand des HEEREN zulks gedaan, en dat de 1512 Jes 42:19 | blind, gelijk de knecht des HEEREN? ~ 1513 Jes 44:5 | Deze zal zeggen: Ik ben des HEEREN; en die zal zich noemen 1514 Jes 44:5 | hand schrijven: Ik ben des HEEREN, en zich toenoemen met den      1515 Jes 48:1 | zweert bij den Naam des HEEREN, en      vermeldt den God 1516 Jes 49:5 | verheerlijkt worden in de ogen des HEEREN, en Mijn God zal Mijn Sterkte 1517 Jes 49:7 | zich voor U buigen; om des HEEREN wil, Die getrouw is, om 1518 Jes 50:10 | betrouwe op den Naam des      HEEREN, en steune op zijn God. ~ 1519 Jes 51:3 | wildernis als den hof des HEEREN; vreugde en      blijdschap 1520 Jes 51:9 | sterkte aan, Gij arm des HEEREN! ontwaak als in de verledene 1521 Jes 51:11 | zullen de vrijgekochten des HEEREN wederkeren, en met gejuich 1522 Jes 51:17 | gedronken hebt van de hand des HEEREN den beker Zijner grimmigheid; 1523 Jes 51:20 | vol van de grimmigheid des HEEREN, van de schelding uws      1524 Jes 52:11 | u, gij, die de vaten des HEEREN draagt! ~ 1525 Jes 53:1 | en aan wien is de arm des HEEREN geopenbaard? ~ 1526 Jes 53:10 | verlengen; en het welbehagen des HEEREN zal door Zijn hand gelukkiglijk 1527 Jes 54:17 | de erve der knechten des HEEREN, en hun      gerechtigheid 1528 Jes 55:5 | zal tot u lopen, om des HEEREN uws Gods wil, en om des 1529 Jes 56:5 | zal tot u lopen, om des HEEREN uws Gods wil, en om des 1530 Jes 57:6 | dienen, en om den Naam des HEEREN lief te hebben, om Hem tot 1531 Jes 59:8 | en de heerlijkheid des HEEREN zal      uw achtertocht 1532 Jes 59:14 | Jakob; want de mond des HEEREN heeft      het gesproken. ~  ~ 1533 Jes 60:1 | 1      Ziet, de hand des HEEREN is niet verkort, dat zij 1534 Jes 60:19 | zullen zij den Naam des HEEREN vrezen van den nedergang, 1535 Jes 60:19 | stroom, zal de Geest des      HEEREN de banier tegen hen oprichten. ~ 1536 Jes 61:1 | en de heerlijkheid des HEEREN gaat over u op. ~ 1537 Jes 61:6 | overvloedigen lof des HEEREN boodschappen. ~ 1538 Jes 61:9 | met hen, tot den Naam des HEEREN      uws Gods, en tot den 1539 Jes 61:14 | zullen u noemen de stad des HEEREN, het Sion van den Heilige 1540 Jes 62:1 | 1      De Geest des Heeren HEEREN is op Mij, omdat 1541 Jes 62:1 | De Geest des Heeren HEEREN is op Mij, omdat de Heere 1542 Jes 62:2 | jaar van het welbehagen des HEEREN, en den dag der wraak onzes 1543 Jes 62:3 | gerechtigheid, een planting des HEEREN, opdat Hij verheerlijkt 1544 Jes 62:6 | gijlieden zult priesters des HEEREN heten, men zal u dienaren 1545 Jes 63:2 | genoemd worden, welken des HEEREN mond uitdrukkelijk      1546 Jes 63:3 | kroon zijn in de hand des HEEREN, en een koninklijke hoed 1547 Jes 63:6 | zwijgen. O gij, die des HEEREN doet gedenken, laat geen 1548 Jes 63:12 | heilige volk, de verlosten des HEEREN; en gij zult genoemd worden 1549 Jes 64:7 | de goedertierenheden des HEEREN vermelden, den veelvoudigen 1550 Jes 64:7 | den veelvoudigen lof des HEEREN, naar alles, wat de HEERE 1551 Jes 64:14 | heeft hun de Geest des HEEREN rust gegeven. Alzo hebt 1552 Jes 66:11 | Maar gij verlaters des HEEREN, gij vergeters van den berg 1553 Jes 66:23 | zaad der gezegenden des HEEREN, en hun nakomelingen met 1554 Jes 67:5 | 5      Hoort des HEEREN woord, gij, die voor Zijn 1555 Jes 67:6 | den tempel, de stem des HEEREN, Die Zijn vijanden de verdiensten 1556 Jes 67:14 | gras; dan zal de hand des HEEREN bekend worden aan Zijn knechten, 1557 Jes 67:16 | vlees; en de verslagenen des HEEREN zullen vermenigvuldigd zijn. ~ 1558 Jes 67:20 | vat brengen ten huize des HEEREN. ~ 1559 Jer 1:2 | Tot welken het woord des HEEREN geschiedde, in de dagen 1560 Jer 1:4 | 4      Het woord des HEEREN dan geschiedde tot mij, 1561 Jer 1:11 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: 1562 Jer 1:13 | 13      En des HEEREN woord geschiedde ten tweeden 1563 Jer 2:1 | 1      En des HEEREN woord geschiedde tot mij, 1564 Jer 2:4 | 4      Hoort des HEEREN woord, gij huis van Jakob, 1565 Jer 2:31 | aanmerkt toch gijlieden des HEEREN woord! Ben Ik Israel een 1566 Jer 3:16 | ark des      verbonds des HEEREN, ook zal zij in het hart 1567 Jer 3:17 | zij Jeruzalem noemen, des HEEREN troon; en al de heidenen 1568 Jer 3:17 | vergaderd worden, om des HEEREN Naams wil, te Jeruzalem; 1569 Jer 3:25 | en wij zijn der stem des HEEREN, onzes Gods, niet gehoorzaam 1570 Jer 4:8 | want de hittigheid van des HEEREN toorn is niet van ons afgekeerd. ~ 1571 Jer 5:4 | zottelijk, omdat zij den weg des HEEREN, het recht hun Gods niet 1572 Jer 5:5 | want die weten den weg des HEEREN, het recht huns Gods; maar 1573 Jer 5:10 | spitsen weg, want zij zijn des HEEREN niet. ~ 1574 Jer 6:10 | toeluisteren; ziet, het woord des HEEREN is hun tot een smaad, zij 1575 Jer 6:11 | Daarom ben ik vol van des HEEREN grimmigheid, ik ben moede 1576 Jer 7:2 | Sta in de poort van des HEEREN huis, en roep aldaar dit 1577 Jer 7:2 | woord uit, en zeg: Hoort des HEEREN woord, o gans Juda! gij, 1578 Jer 7:4 | valse woorden, zeggende: Des HEEREN tempel, des HEEREN tempel, 1579 Jer 7:4 | Des HEEREN tempel, des HEEREN tempel, des HEEREN tempel, 1580 Jer 7:4 | des HEEREN tempel, des HEEREN tempel, zijn deze! ~ 1581 Jer 7:28 | volk, dat naar de stem des HEEREN, zijns Gods, niet hoort, 1582 Jer 8:7 | weet het recht des      HEEREN niet. ~ 1583 Jer 8:8 | zijn wijs en de wet des HEEREN is bij ons! Ziet, waarlijk 1584 Jer 8:9 | gevangen; ziet, zij hebben des HEEREN woord verworpen, wat wijsheid 1585 Jer 9:12 | tot wien heeft de mond des HEEREN gesproken, dat hij het verkondige, 1586 Jer 9:20 | 20      Hoort dan des HEEREN woord, gij vrouwen! en uw 1587 Jer 11:21 | Profeteer niet in den Naam des HEEREN, opdat gij van onze handen 1588 Jer 12:12 | gekomen, want het zwaard des HEEREN verteert van het ene einde 1589 Jer 12:13 | hittigheid van      den toorn des HEEREN. ~ 1590 Jer 13:2 | gordel naar het woord des HEEREN, en ik deed dien aan mijn 1591 Jer 13:3 | Toen geschiedde des HEEREN woord ten tweeden male tot 1592 Jer 13:8 | Toen geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1593 Jer 13:17 | nederdalen, omdat      des HEEREN kudde gevankelijk is weggevoerd. 1594 Jer 14:1 | 1      Het woord des HEEREN, dat tot Jeremia geschied 1595 Jer 16:1 | 1      En des HEEREN woord geschiedde tot mij, 1596 Jer 17:15 | mij: Waar is het woord des HEEREN? Laat het nu komen! ~ 1597 Jer 17:20 | En zeg tot hen: Hoort des HEEREN woord, gij koningen van 1598 Jer 17:26 | lofoffer, ten huize des HEEREN. ~ 1599 Jer 18:5 | Toen geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1600 Jer 19:3 | 3      En zeg: Hoort des HEEREN woord, gij koningen van 1601 Jer 19:14 | hij in het voorhof van des HEEREN huis, en zeide tot al het 1602 Jer 20:1 | voorganger in het huis des HEEREN), Jeremia hoorde, diezelve 1603 Jer 20:2 | Benjamin, die aan het huis des HEEREN is. ~ 1604 Jer 20:8 | verstoring; omdat mij des HEEREN woord den gansen dag tot 1605 Jer 21:11 | konings van Juda, hoort des HEEREN woord. ~ 1606 Jer 22:2 | zeg: Hoor het woord des HEEREN, gij koning van Juda, gij, 1607 Jer 22:9 | Omdat zij het verbond des HEEREN, huns Gods, hebben verlaten, 1608 Jer 22:29 | land, land, land! hoor des HEEREN woord! ~ 1609 Jer 23:16 | huns harten, niet uit des HEEREN mond. ~ 1610 Jer 23:18 | Want wie heeft in des HEEREN raad gestaan, en Zijn woord 1611 Jer 23:19 | Ziet, een onweder des HEEREN, een grimmigheid is uitgegaan, 1612 Jer 23:20 | 20      Des HEEREN toorn zal zich niet afwenden, 1613 Jer 23:33 | zal, zeggende: Wat is des HEEREN last? Zo zult gij tot hen 1614 Jer 23:34 | volk, dat zeggen zal: Des HEEREN last; dat Ik bezoeking zal 1615 Jer 23:36 | 36      Maar des HEEREN last zult gij niet meer 1616 Jer 23:38 | Maar dewijl gij zegt: Des HEEREN last; daarom, zo zegt de 1617 Jer 23:38 | gij dit woord zegt: Des HEEREN last, daar Ik tot u gezonden 1618 Jer 23:38 | zult niet zeggen: Des      HEEREN last; ~ 1619 Jer 24:1 | gezet voor den tempel des HEEREN; nadat Nebukadrezar, koning 1620 Jer 24:4 | Toen geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1621 Jer 25:3 | twintigste jaar) is het woord des HEEREN tot mij geschied; en      1622 Jer 25:17 | ik nam den beker van des HEEREN hand, en ik gaf te drinken 1623 Jer 25:33 | En de verslagenen des HEEREN zullen te dien dage liggen 1624 Jer 25:37 | hittigheid des toorns des HEEREN. ~ 1625 Jer 26:2 | voorhof van het huis des HEEREN, en spreek tot alle steden 1626 Jer 26:2 | te bidden in het huis des HEEREN, al de woorden, die Ik      1627 Jer 26:7 | spreken in het huis des HEEREN. ~ 1628 Jer 26:9 | hebt gij in den Naam des HEEREN geprofeteerd, zeggende: 1629 Jer 26:9 | Jeremia, in het huis des HEEREN. ~ 1630 Jer 26:10 | konings naar het huis des HEEREN; en zij zetten zich bij 1631 Jer 26:10 | deur der nieuwe poort des HEEREN. ~ 1632 Jer 26:13 | gehoorzaamt de stem des HEEREN, uws Gods; zo zal het den 1633 Jer 26:16 | gesproken in den Naam des      HEEREN, onzes Gods. ~ 1634 Jer 26:19 | den HEERE, en smeekte des HEEREN aangezicht, zodat het den 1635 Jer 26:20 | man, die in den Naam des HEEREN profeteerde, Uria, de zoon 1636 Jer 27:16 | Ziet, de vaten van des      HEEREN huis zullen nu haast uit 1637 Jer 27:18 | profeten zijn, en zo des HEEREN woord bij hen is, laat hen 1638 Jer 27:18 | vaten, die in het huis des HEEREN, en in het huis      des 1639 Jer 27:21 | vaten, die in het huis des HEEREN, en in het huis des konings 1640 Jer 28:1 | mij sprak, in het huis des HEEREN, voor de ogen der priesteren 1641 Jer 28:3 | de vaten van het huis des HEEREN, die Nebukadnezar, de koning 1642 Jer 28:5 | volks, die in het huis des HEEREN stonden; ~ 1643 Jer 28:6 | dat Hij de vaten van des HEEREN huis, en allen, die      1644 Jer 28:12 | 12      Doch des HEEREN woord geschiedde tot Jeremia ( 1645 Jer 29:20 | Gij dan, hoort des HEEREN woord, gij allen, die gevankelijk 1646 Jer 29:26 | opzieners zoudt zijn in des HEEREN huis over allen man, die 1647 Jer 29:30 | Daarom geschiedde des HEEREN woord tot Jeremia, zeggende: ~ 1648 Jer 30:23 | Ziet, een onweder des HEEREN, een grimmigheid is uitgegaan, 1649 Jer 30:24 | De hittigheid van des HEEREN toorn zal zich niet afwenden, 1650 Jer 31:10 | 10      Hoort des HEEREN woord, gij heidenen! en 1651 Jer 31:12 | juichen, en toevloeien tot des HEEREN goed, tot het koren, en 1652 Jer 32:6 | Jeremia dan zeide: Des HEEREN woord is tot mij geschied, 1653 Jer 32:8 | mijns ooms zoon, naar des HEEREN woord, tot mij, in het voorhof 1654 Jer 32:8 | Toen merkte ik, dat het des HEEREN woord was. ~ 1655 Jer 32:26 | Toen geschiedde des HEEREN woord tot Jeremia, zeggende: ~ 1656 Jer 33:1 | Voorts geschiedde des HEEREN woord ten tweeden male tot 1657 Jer 33:11 | aanbrengen ten huize des HEEREN; want Ik zal de gevangenis 1658 Jer 33:19 | 19      En des HEEREN woord geschiedde tot Jeremia, 1659 Jer 33:23 | Voorts geschiedde des HEEREN woord tot Jeremia, zeggende: ~ 1660 Jer 34:4 | 4      Maar hoor des HEEREN woord, o Zedekia, koning 1661 Jer 34:12 | Daarom geschiedde des HEEREN woord tot Jeremia, van den 1662 Jer 35:2 | hen, en breng hen in des HEEREN huis, in een der kameren, 1663 Jer 35:4 | En bracht hen in des HEEREN huis, in de kamer der zonen 1664 Jer 35:12 | Toen geschiedde des HEEREN woord tot Jeremia, zeggende: ~ 1665 Jer 36:4 | Jeremia alle woorden des HEEREN, die Hij tot hem gesproken 1666 Jer 36:5 | opgehouden, ik zal in des HEEREN huis niet kunnen gaan. ~ 1667 Jer 36:6 | geschreven hebt, de woorden des HEEREN, voor de oren des volks, 1668 Jer 36:6 | de oren des volks, in des HEEREN huis, op den vastendag; 1669 Jer 36:7 | hunlieder smeking voor des HEEREN aangezicht nedervallen, 1670 Jer 36:8 | dat boek de woorden des HEEREN, in het huis des HEEREN. ~ 1671 Jer 36:8 | HEEREN, in het huis des HEEREN. ~ 1672 Jer 36:9 | zij een vasten voor des HEEREN aangezicht uitriepen,      1673 Jer 36:10 | woorden van Jeremia in des HEEREN huis, in de kamer van Gemarja, 1674 Jer 36:10 | nieuwe poort van het huis des HEEREN, voor de oren des gansen 1675 Jer 36:11 | Safan, al de woorden des HEEREN uit dat boek gehoord had; 1676 Jer 36:27 | Toen geschiedde des HEEREN woord tot Jeremia, nadat 1677 Jer 37:2 | lands, naar de woorden des HEEREN, die Hij sprak door den 1678 Jer 37:6 | Toen geschiedde des HEEREN woord tot den profeet Jeremia, 1679 Jer 38:14 | derden ingang, die aan des HEEREN huis was; en de koning zeide 1680 Jer 38:20 | gehoorzaam aan de stem des HEEREN, naar dewelke ik tot u spreek; 1681 Jer 39:15 | 15      Het woord des HEEREN was ook tot Jeremia geschied, 1682 Jer 41:5 | hun hand, om ten huize des HEEREN te brengen. ~ 1683 Jer 42:6 | wij zullen der stem des HEEREN, onzes Gods, tot Welken 1684 Jer 42:6 | wanneer wij der stem des HEEREN,      onzes Gods, zullen 1685 Jer 42:7 | van tien dagen, dat des HEEREN woord tot Jeremia geschiedde. ~ 1686 Jer 42:13 | opdat gij der stem des HEEREN, uws Gods, niet gehoorzaam 1687 Jer 42:15 | Nu dan, daarom hoort des HEEREN woord, gij overblijfsel 1688 Jer 42:21 | gehoord naar de stem des HEEREN, uws Gods, noch naar al 1689 Jer 43:1 | spreken al de woorden des HEEREN, huns Gods, met dewelke 1690 Jer 43:4 | al het volk, der stem des HEEREN niet, om in het land van 1691 Jer 43:7 | want zij waren der stem des HEEREN niet gehoorzaam; en zij 1692 Jer 43:8 | Toen geschiedde des HEEREN woord tot Jeremia te Tachpanhes, 1693 Jer 44:16 | dat gij tot ons in des HEEREN Naam gesproken hebt, wij 1694 Jer 44:23 | HEERE gezondigd hebt, en des HEEREN stem niet gehoorzaam zijt 1695 Jer 44:24 | al de vrouwen: Hoort des HEEREN woord, gij gans Juda, die 1696 Jer 44:26 | 26      Daarom hoort des HEEREN woord, gij gans Juda, die 1697 Jer 46:1 | 1      Het woord des HEEREN, dat tot den profeet Jeremia 1698 Jer 46:10 | Maar deze dag is des HEEREN, des HEEREN der heirscharen, 1699 Jer 46:10 | deze dag is des HEEREN, des HEEREN der heirscharen, een dag 1700 Jer 47:1 | 1   Het woord des HEEREN, dat tot den profeet Jeremia 1701 Jer 47:6 | O wee, gij zwaard des HEEREN! Hoe lang zult gij niet 1702 Jer 48:10 | Vervloekt zij, die des HEEREN werk bedriegelijk doet; 1703 Jer 49:20 | 20      Daarom hoort des HEEREN raadslag, dien Hij over 1704 Jer 49:34 | 34      Het woord des HEEREN, dat tot den profeet Jeremia 1705 Jer 50:13 | Vanwege de verbolgenheid des HEEREN zal zij niet bewoond worden, 1706 Jer 50:15 | afgebroken; want dat is des HEEREN wraak, wreekt u aan haar, 1707 Jer 50:28 | verkondigen de wraak des HEEREN, onzes Gods, de wraak Zijns 1708 Jer 50:45 | Daarom hoort den raadslag des HEEREN, dien Hij over Babel heeft 1709 Jer 51:6 | is de tijd der wraak des HEEREN, Die haar de verdienste      1710 Jer 51:7 | gouden beker in de hand des HEEREN, die de ganse aarde dronken 1711 Jer 51:10 | ons te Sion het werk des HEEREN, onzes Gods, vertellen! ~ 1712 Jer 51:11 | want dit is de wraak des HEEREN, de wraak Zijns tempels. ~ 1713 Jer 51:29 | lijden; want elk een van des HEEREN gedachten staat vast tegen 1714 Jer 51:45 | hittigheid van den toorn des HEEREN. ~ 1715 Jer 51:50 | niet staan; gedenkt des HEEREN van verre, en laat Jeruzalem 1716 Jer 51:51 | heiligdommen van des HEEREN huis gekomen zijn; ~ 1717 Jer 52:2 | kwaad was in de ogen des HEEREN, naar alles, wat Jojakim 1718 Jer 52:3 | geschiedde, om den toorn des HEEREN tegen Jeruzalem en Juda, 1719 Jer 52:13 | verbrandde hij het huis des HEEREN en het huis des konings; 1720 Jer 52:17 | pilaren, die in het huis des HEEREN waren, en de stellingen, 1721 Jer 52:17 | zee, die in het huis des HEEREN was; en zij voerden al het      1722 Jer 52:20 | Salomo voor het huis des HEEREN gemaakt had; het koper      1723 Klaa 1:29 | hebben in het huis des      HEEREN een stem verheven als op 1724 Klaa 1:41 | voor het aangezicht des Heeren als water; hef uw handen 1725 Klaa 1:42 | priester in het heiligdom des Heeren gedood worden? ~ 1726 Klaa 1:44 | aan den dag des toorns des HEEREN ontkomen of      overgebleven; 1727 Klaa 1:66 | de goedertierenheden des HEEREN, dat wij niet vernield zijn, 1728 Klaa 1:70 | stille zij op het heil des HEEREN. ~ 1729 Klaa 1:110| van onder den hemel des HEEREN. ~  ~Klaagliederen van Jeremia 1730 Klaa 1:126| 16      Pe. Des HEEREN aangezicht heeft ze verdeeld. 1731 Klaa 1:130| neuzen, de gezalfde des HEEREN, is gevangen in hun groeven; 1732 Eze 1:3 | Geschiedde het woord des HEEREN uitdrukkelijk tot Ezechiel, 1733 Eze 1:3 | rivier Chebar; en de hand des HEEREN was daar      op hem. ~ 1734 Eze 1:28 | der heerlijkheid      des HEEREN; en als ik het zag, viel 1735 Eze 3:12 | zij de heerlijkheid des HEEREN uit Zijn plaats! ~ 1736 Eze 3:14 | geestes; maar de hand des HEEREN was sterk op mij. ~ 1737 Eze 3:16 | dagen, dat het woord des HEEREN tot mij geschiedde, zeggende: ~ 1738 Eze 3:22 | 22      En de hand des HEEREN was daar op mij, en Hij 1739 Eze 3:23 | ziet, de heerlijkheid des HEEREN stond aldaar, gelijk de 1740 Eze 6:1 | 1      En het woord des HEEREN geschiedde tot mij, zeggende: ~ 1741 Eze 6:3 | Israels, hoort het woord des Heeren HEEREN! Zo zegt de Heere 1742 Eze 6:3 | hoort het woord des Heeren HEEREN! Zo zegt de Heere HEERE 1743 Eze 7:1 | geschiedde het woord des HEEREN tot mij, zeggende: ~ 1744 Eze 7:19 | dage der verbolgenheid des HEEREN;      hun ziel zullen zij 1745 Eze 8:1 | zaten, dat de hand des      Heeren HEEREN daar over mij viel. ~ 1746 Eze 8:1 | de hand des      Heeren HEEREN daar over mij viel. ~ 1747 Eze 8:14 | der poort van het huis des HEEREN, die naar het noorden is, 1748 Eze 8:16 | voorhof van het huis des HEEREN; en ziet, aan de deur van 1749 Eze 8:16 | deur van den tempel des HEEREN, tussen het voorhuis en 1750 Eze 8:16 | waren naar den tempel des HEEREN, en hun aangezichten naar 1751 Eze 10:4 | zich de heerlijkheid des HEEREN omhoog van boven den cherub, 1752 Eze 10:4 | glans der heerlijkheid des HEEREN. ~ 1753 Eze 10:18 | ging de heerlijkheid des HEEREN van boven den dorpel des 1754 Eze 10:19 | Oostpoort van het huis des HEEREN; en de heerlijkheid des 1755 Eze 11:1 | Oostpoort van het huis des HEEREN, dewelke ziet oostwaarts; 1756 Eze 11:5 | Zo viel dan de Geest des HEEREN op mij, en Hij zeide tot 1757 Eze 11:14 | geschiedde het woord des HEEREN tot mij, zeggende: ~ 1758 Eze 11:23 | En de heerlijkheid des HEEREN rees op van het midden der 1759 Eze 11:25 | weggevoerden al de woorden des HEEREN, die Hij mij had doen zien. ~  ~ 1760 Eze 12:1 | Verder geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1761 Eze 12:8 | geschiedde het woord des HEEREN tot mij, zeggende: ~ 1762 Eze 12:17 | geschiedde het woord des HEEREN tot mij, zeggende: ~ 1763 Eze 12:21 | geschiedde het woord des HEEREN tot mij, zeggende: ~ 1764 Eze 12:26 | geschiedde het woord des HEEREN tot mij, zeggende: ~ 1765 Eze 13:1 | 1      En des HEEREN woord geschiedde tot mij, 1766 Eze 13:2 | hart profeteren: Hoort des HEEREN woord. ~ 1767 Eze 13:5 | strijd te staan, ten dage des HEEREN. ~ 1768 Eze 14:2 | Toen geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1769 Eze 14:12 | Verder geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1770 Eze 15:1 | 1   En des HEEREN woord geschiedde tot mij, 1771 Eze 16:1 | Verder geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1772 Eze 16:35 | Daarom, o hoer, hoor des HEEREN woord. ~ 1773 Eze 17:1 | 1      En des HEEREN woord geschiedde tot mij, 1774 Eze 17:11 | Daarna geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1775 Eze 18:1 | Verder geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1776 Eze 18:25 | zegt gijlieden: De weg des HEEREN is niet recht; hoort nu, 1777 Eze 18:29 | huis Israels: De weg des Heeren is niet recht. Zouden Mijn 1778 Eze 20:2 | Toen geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1779 Eze 20:45 | Verder geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1780 Eze 20:47 | het zuiderwoud: Hoor des HEEREN woord: Alzo zegt de Heere 1781 Eze 21:1 | 1      En des HEEREN woord geschiedde tot mij, 1782 Eze 21:8 | Wederom geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1783 Eze 21:18 | Wederom geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1784 Eze 22:1 | Verder geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1785 Eze 22:17 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1786 Eze 22:23 | Voorts geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1787 Eze 23:1 | Verder geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1788 Eze 24:1 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, in het negende 1789 Eze 24:15 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1790 Eze 24:20 | zeide tot hen: Het woord des HEEREN is tot mij geschied, zeggende: ~ 1791 Eze 25:1 | 1      En des HEEREN woord geschiedde tot mij, 1792 Eze 25:3 | kinderen Ammons: Hoort des Heeren HEEREN woord: Alzo zegt 1793 Eze 25:3 | Ammons: Hoort des Heeren HEEREN woord: Alzo zegt de Heere 1794 Eze 26:1 | eersten der maand, dat des HEEREN woord tot mij geschiedde, 1795 Eze 27:1 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1796 Eze 28:1 | Voorts geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1797 Eze 28:11 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1798 Eze 28:20 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1799 Eze 29:1 | der maand, geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1800 Eze 29:17 | maand, dat het woord des HEEREN tot mij geschiedde, zeggende: ~ 1801 Eze 30:1 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1802 Eze 30:3 | is nabij, ja, de dag des HEEREN is nabij, een wolkige dag, 1803 Eze 30:20 | maand, dat het woord des HEEREN tot mij geschiedde, zeggende: ~ 1804 Eze 31:1 | eersten der maand, dat des HEEREN woord tot mij geschiedde, 1805 Eze 32:1 | maand, dat het woord des HEEREN tot mij geschiedde, zeggende: ~ 1806 Eze 32:17 | maand, dat het woord des HEEREN tot mij geschiedde, zeggende: ~ 1807 Eze 33:1 | 1      En des HEEREN woord geschiedde tot mij, 1808 Eze 33:17 | kinderen uws volks: De weg des Heeren is niet recht; daar toch 1809 Eze 33:20 | Nog zegt gij: De weg des Heeren is niet recht; Ik zal ulieden 1810 Eze 33:22 | Nu was de hand des HEEREN op mij geweest des avonds, 1811 Eze 33:23 | Toen geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1812 Eze 34:1 | 1      En des HEEREN woord geschiedde tot mij, 1813 Eze 34:7 | gij herders! hoort des HEEREN woord! ~ 1814 Eze 34:9 | gij herders! hoort des HEEREN woord! ~ 1815 Eze 35:1 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1816 Eze 36:1 | bergen Israels! hoort des HEEREN woord. ~ 1817 Eze 36:4 | Israels! hoort het woord des Heeren HEEREN: Zo zegt de Heere 1818 Eze 36:4 | hoort het woord des Heeren HEEREN: Zo zegt de Heere HEERE 1819 Eze 36:16 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1820 Eze 36:20 | Dezen zijn het volk des HEEREN, en zijn uit      Zijn land 1821 Eze 37:1 | 1      De hand des HEEREN was op mij, en de HEERE 1822 Eze 37:4 | dorre beenderen! hoort des HEEREN woord. ~ 1823 Eze 37:15 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1824 Eze 38:1 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 1825 Eze 40:1 | dienzelfden dag, was de hand des HEEREN op mij, en Hij bracht mij 1826 Eze 41:22 | tafel, die      voor des HEEREN aangezicht zal zijn. ~ 1827 Eze 43:4 | En de heerlijkheid des HEEREN kwam in het huis, door den 1828 Eze 43:5 | ziet, de heerlijkheid des HEEREN had het huis vervuld. ~ 1829 Eze 43:24 | voor het aangezicht des HEEREN; en de priesteren zullen 1830 Eze 44:3 | voor het aangezicht des HEEREN; door den weg van het voorhuis 1831 Eze 44:4 | ziet, de heerlijkheid des HEEREN had het huis des HEEREN 1832 Eze 44:4 | HEEREN had het huis des HEEREN vervuld; toen viel ik op 1833 Eze 44:5 | inzettingen van het huis des      HEEREN, en van al zijn wetten; 1834 Eze 46:3 | voor het aangezicht des HEEREN. ~ 1835 Eze 46:9 | voor het aangezicht des HEEREN komt, op de gezette hoogtijden, 1836 Eze 48:10 | duizend; en het heiligdom des HEEREN zal in het midden deszelven 1837 Dan 9:2 | van dewelke het woord des HEEREN tot den profeet Jeremia 1838 Dan 9:10 | wij hebben der stem des HEEREN, onzes Gods, niet gehoorzaamd, 1839 Dan 9:13 | smeekten het aangezicht des HEEREN, onzes Gods, niet, afkerende 1840 Dan 9:17 | dat verwoest is; om des HEEREN wil. ~ 1841 Dan 9:20 | voor het aangezicht des HEEREN, mijns Gods, om des heiligen      1842 Hos 1:1 | 1      Het woord des HEEREN, dat geschied is tot Hosea, 1843 Hos 1:2 | begin van het woord des HEEREN door Hosea. De HEERE dan 1844 Hos 4:1 | 1      Hoort des HEEREN woord, gij kinderen Israels! 1845 Hos 8:1 | arend tegen het huis des HEEREN; omdat zij Mijn verbond 1846 Hos 9:3 | 3      Zij zullen in des HEEREN land niet blijven; maar 1847 Hos 9:4 | ziel zijn, het zal in des HEEREN huis niet komen. ~ 1848 Hos 9:5 | en op een feestdag des HEEREN? ~ 1849 Hos 13:15 | oostenwind komen, een wind des HEEREN, opkomende uit de woestijn; 1850 Hos 14:10 | die bekenne ze; want des HEEREN wegen zijn recht, en de 1851 Joe 1:1 | 1      Het woord des HEEREN, dat geschied is tot Joel, 1852 Joe 1:9 | drankoffer is van het huis des HEEREN afgesneden; de priesters, 1853 Joe 1:9 | afgesneden; de priesters, des HEEREN dienaars, treuren. 1854 Joe 1:14 | dezes lands, ten huize des HEEREN, uws Gods, en roept tot 1855 Joe 1:15 | die dag! want de dag des HEEREN is nabij, en zal als een 1856 Joe 2:1 | beroerd zijn, want de dag des HEEREN komt, want hij is nabij. ~ 1857 Joe 2:11 | Zijn woord; want de dag des HEEREN is groot en zeer vreselijk, 1858 Joe 2:17 | Laat de priesters, des HEEREN dienaars, wenen tussen het 1859 Joe 2:26 | en prijzen den Naam des HEEREN, uw Gods, Die wonderlijk 1860 Joe 2:31 | grote en vreselijke dag des HEEREN komt. ~ 1861 Joe 2:32 | geschieden, al wie den Naam des HEEREN zal aanroepen, zal behouden 1862 Joe 3:14 | dorswagens; want de dag des HEEREN is nabij, in het dal des 1863 Joe 3:18 | fontein uit het huis des HEEREN uitgaan, en zal het dal 1864 Amos 2:4 | afwenden; omdat zij de wet des HEEREN verworpen, en Zijn inzettingen 1865 Amos 5:18 | 18      Wee dien, die des HEEREN dag begeren! Waartoe toch 1866 Amos 5:18 | toch zal ulieden de dag des HEEREN zijn? Hij zal duisternis 1867 Amos 5:20 | 20      Zal dan niet des HEEREN dag duisternis zijn, en 1868 Amos 6:10 | want zij waren niet om des HEEREN Naam te vermelden. ~ 1869 Amos 7:16 | 16      Nu dan, hoor des HEEREN woord: Gij zegt: Gij zult 1870 Amos 8:11 | horen de woorden      des HEEREN. ~ 1871 Amos 8:12 | omlopen om het woord des HEEREN te zoeken, maar zullen het 1872 Amos 9:8 | 8      Ziet, de ogen des Heeren HEEREN zijn tegen dit zondig 1873 Amos 9:8 | Ziet, de ogen des Heeren HEEREN zijn tegen dit zondig koninkrijk, 1874 Oba 1:15 | 15      Want de dag des HEEREN is nabij, over al de heidenen; 1875 Oba 1:21 | en het koninkrijk zal des HEEREN zijn.~ ~ 1876 Jona 1:1 | 1      En het woord des HEEREN geschiedde tot Jona, den 1877 Jona 1:3 | van het aangezicht des HEEREN; en hij kwam af te Jafo, 1878 Jona 1:3 | van het aan gezicht des HEEREN. ~ 1879 Jona 1:10 | wisten, dat hij van des HEEREN aangezicht vlood; want hij 1880 Jona 2:9 | betalen. Het heil is des HEEREN. ~ 1881 Jona 3:1 | 1      En het woord des HEEREN geschiedde ten anderen male 1882 Jona 3:3 | Nineve, naar het woord des HEEREN. Nineve nu was een grote 1883 Mic 1:1 | 1      Het woord des HEEREN, dat geschied is tot Micha, 1884 Mic 2:5 | lot, in de gemeente des HEEREN. ~ 1885 Mic 2:7 | zijt! Is dan de Geest des HEEREN verkort? Zijn dat Zijn werken? 1886 Mic 3:8 | krachts van den Geest des HEEREN; en vol van gericht en dapperheid, 1887 Mic 4:1 | de berg van het huis des HEEREN zal vastgesteld zijn op 1888 Mic 4:2 | opgaan tot den berg des HEEREN, en ten huize van den God 1889 Mic 4:2 | zal de wet uitgaan, en des HEEREN woord uit Jeruzalem. ~ 1890 Mic 4:4 | verschrikke; want de mond des HEEREN der heirscharen heeft het      1891 Mic 4:5 | wandelen in den Naam des HEEREN, onzes Gods, eeuwiglijk 1892 Mic 4:12 | zij weten de gedachten des HEEREN niet, en verstaan Zijn raadslag 1893 Mic 5:3 | weiden in de kracht des HEEREN, in de hoogheid van den 1894 Mic 5:3 | hoogheid van den Naam des HEEREN, Zijns Gods, en zij zullen 1895 Mic 6:2 | gij bergen! den twist des HEEREN, mitsgaders gij sterke fondamenten 1896 Mic 6:5 | gij de gerechtigheden des HEEREN kent. ~ 1897 Mic 6:9 | 9      De stem des HEEREN roept tot de stad (want 1898 Mic 7:9 | 9      Ik zal des HEEREN gramschap dragen, want ik 1899 Nah 1:3 | geenszins onschuldig. Des HEEREN weg is in wervelwind, en 1900 Zep 1:1 | 1      Het woord des HEEREN, hetwelk geschied is tot 1901 Zep 1:7 | voor het aangezicht des Heeren HEEREN; want de dag des 1902 Zep 1:7 | het aangezicht des Heeren HEEREN; want de dag des HEEREN 1903 Zep 1:7 | HEEREN; want de dag des HEEREN is nabij; want de HEERE 1904 Zep 1:8 | van het slachtoffer des HEEREN, dat Ik bezoeking zal doen 1905 Zep 1:14 | 14      De grote dag des HEEREN is nabij; hij is nabij, 1906 Zep 1:14 | de stem van den dag des HEEREN; de held zal aldaar bitterlijk 1907 Zep 1:18 | dage der verbolgenheid des HEEREN; maar door het vuur Zijns 1908 Zep 2:2 | terwijl de hittigheid van des HEEREN toorn over ulieden nog niet 1909 Zep 2:2 | de dag van den toorn des HEEREN over ulieden      nog niet 1910 Zep 2:3 | dag van      den toorn des HEEREN. ~ 1911 Zep 2:5 | Cheretim! Het woord des HEEREN zal tegen ulieden zijn, 1912 Zep 3:9 | opdat zij allen den Naam des HEEREN aanroepen, opdat zij Hem 1913 Zep 3:12 | die zullen op den Naam des HEEREN betrouwen. ~ 1914 Zac 1:1 | geschiedde het woord des HEEREN tot Zacharia, den zoon van 1915 Zac 1:7 | geschiedde het woord des HEEREN tot Zacharia, den zoon van      1916 Zac 1:11 | antwoordden den Engel des HEEREN, Die tussen de mirten stond, 1917 Zac 1:12 | antwoordde den Engel des HEEREN, en zeide: HEERE der heirscharen! 1918 Zac 2:13 | voor het aangezicht des HEEREN! want Hij is ontwaakt uit 1919 Zac 3:1 | aangezicht van den Engel des HEEREN; en de satan stond aan zijn 1920 Zac 3:5 | klederen aan; en de Engel des HEEREN stond daarbij. ~ 1921 Zac 3:6 | Toen betuigde de Engel des HEEREN Josua, zeggende: ~ 1922 Zac 4:6 | zeggende: Dit is het woord des HEEREN tot Zerubbabel, zeggende: 1923 Zac 4:8 | 8      Het woord des HEEREN geschiedde verder tot mij, 1924 Zac 4:10 | dat zijn de ogen des      HEEREN, die het ganse land doortrekken. ~ 1925 Zac 6:9 | 9      En des HEEREN woord geschiedde tot mij, 1926 Zac 6:12 | spruiten, en Hij zal des      HEEREN tempel bouwen. ~ 1927 Zac 6:13 | Hij zal den tempel des HEEREN bouwen, en Hij zal het sieraad 1928 Zac 6:14 | gedachtenis in den tempel des HEEREN. ~ 1929 Zac 6:15 | bouwen in den tempel des HEEREN, en gijlieden zult weten, 1930 Zac 6:15 | zult horen naar de stem des HEEREN, uws Gods. ~  ~ 1931 Zac 7:1 | Darius, dat het woord des HEEREN geschiedde tot Zacharia, 1932 Zac 7:2 | mannen, om het aangezicht des HEEREN te smeken; ~ 1933 Zac 7:3 | priesters, die in het huis des HEEREN der heirscharen waren, en 1934 Zac 7:4 | geschiedde het woord des HEEREN der heirscharen tot mij, 1935 Zac 7:8 | geschiedde het woord des HEEREN tot Zacharia, zeggende: ~ 1936 Zac 8:1 | geschiedde het woord des HEEREN der heirscharen tot mij, 1937 Zac 8:3 | waarheid, en de berg des      HEEREN der heirscharen, een berg 1938 Zac 8:9 | de grond van het huis des HEEREN der heirscharen gelegd is, 1939 Zac 8:18 | geschiedde het woord des HEEREN der heirscharen tot mij, 1940 Zac 8:21 | smeken het aangezicht des HEEREN, en om den HEERE der      1941 Zac 8:22 | en om het aangezicht des HEEREN te smeken. ~ 1942 Zac 9:1 | De last van het woord des HEEREN over het land Chadrach en 1943 Zac 11:11 | wachtten, bekend, dat het des HEEREN woord was. ~ 1944 Zac 11:13 | ze in het huis des HEEREN, voor den pottenbakker. ~ 1945 Zac 12:1 | De last van het woord des HEEREN over Israel. De HEERE spreekt, 1946 Zac 12:8 | goden; als      de Engel des HEEREN voor hun aangezicht. ~ 1947 Zac 13:3 | gesproken hebt in den Naam des HEEREN; en zijn vader en zijn moeder, 1948 Zac 14:20 | staan: De HEILIGHEID DES HEEREN. En de potten in het huis 1949 Zac 14:20 | de potten in het huis des HEEREN zullen zijn als de sprengbekkens 1950 Zac 14:21 | meer zijn, in het huis des HEEREN der heirscharen, te dien 1951 Mal 1:1 | De last van het woord des HEEREN tot Israel, door den dienst 1952 Mal 1:7 | Daarmede, dat gij zegt: Des HEEREN tafel is verachtelijk. ~ 1953 Mal 1:12 | dien, als gij zegt: Des HEEREN tafel is ontreinigd, en 1954 Mal 2:7 | want hij is een engel des HEEREN der heirscharen. ~ 1955 Mal 2:11 | ontheiligt de heiligheid des HEEREN, welke Hij liefheeft; want 1956 Mal 2:13 | dat gij het altaar des HEEREN bedekt met tranen, met wening 1957 Mal 2:17 | is goed in de ogen des HEEREN, en Hij heeft      lust 1958 Mal 3:14 | voor het aangezicht des HEEREN der      heirscharen? ~ 1959 Mal 4:5 | en die vreselijke dag des HEEREN komen zal. ~ 1960 Matt 1:20 | had, ziet, de engel des Heeren verscheen hem in den droom, 1961 Matt 1:24 | deed, gelijk de engel des Heeren hem bevolen had, en heeft 1962 Matt 2:13 | waren, ziet, de engel des Heeren verschijnt Jozef in den 1963 Matt 2:19 | was, ziet, de engel des Heeren verschijnt Jozef in den 1964 Matt 2:26 | woestijn: Bereidt den weg des Heeren, maakt Zijn paden recht! ~ 1965 Matt 21:9 | Die komt in den Naam des Heeren! Hosanna in de hoogste hemelen! ~ 1966 Matt 23:39 | Die komt in den Naam des Heeren! ~  ~  ~  1967 Matt 25:21 | ga in, in de vreugde uws heeren. ~ 1968 Matt 25:23 | ga in, in de vreugde uws heeren. ~ 1969 Matt 28:2 | aardbeving; want een engel des Heeren, nederdalende uit den hemel, 1970 Mark 1:3 | woestijn: Bereidt den weg des Heeren, maakt Zijn paden recht. ~ 1971 Mark 11:9 | Die komt in den Naam des Heeren! ~ 1972 Mark 11:10 | hetwelk komt in den Naam des Heeren! Hosanna in de hoogste hemelen! ~ 1973 Luk 1:6 | de geboden en rechten des Heeren, onberispelijk. ~ 1974 Luk 1:9 | ingaan in den tempel des Heeren om te reukofferen. ~ 1975 Luk 1:11 | werd gezien een engel des Heeren, staande ter rechter zijde 1976 Luk 1:38 | Zie, de dienstmaagd des Heeren; mij geschiede naar uw woord. 1977 Luk 1:43 | dit, dat de moeder mijns Heeren tot mij komt? ~ 1978 Luk 1:66 | kindeken wezen? En de hand des Heeren was met hem. ~ 1979 Luk 1:76 | voor het aangezicht des Heeren heengaan, om Zijn wegen 1980 Luk 2:9 | 9 En ziet, een engel des Heeren stond bij hen, en de heerlijkheid 1981 Luk 2:9 | en de heerlijkheid des Heeren omscheen hen, en zij vreesden 1982 Luk 2:23 | geschreven is in de wet des Heeren: Al wat mannelijk is, dat 1983 Luk 2:24 | naar hetgeen in de wet des Heeren gezegd is, een paar tortelduiven, 1984 Luk 2:26 | eer hij den Christus des Heeren zou zien. ~ 1985 Luk 2:39 | hadden, wat naar de wet des Heeren te doen was, keerden zij 1986 Luk 3:4 | woestijn: Bereidt den weg des Heeren, maakt Zijn paden recht! ~ 1987 Luk 4:18 | 18 De Geest des Heeren is op Mij, daarom heeft 1988 Luk 4:19 | prediken het aangename jaar des Heeren. ~ 1989 Luk 5:17 | waren; en de kracht des Heeren was er om hen te genezen. ~ 1990 Luk 12:47 | geweten heeft den wil zijns heeren, en zich niet bereid, noch 1991 Luk 13:35 | Die komt in den Naam des Heeren! ~  ~ 1992 Luk 16:5 | van de schuldenaars zijns heeren, en zeide tot den eersten: 1993 Luk 19:38 | daar komt in den Naam des Heeren! Vrede zij in den hemel, 1994 Luk 22:61 | indachtig het woord des Heeren, hoe Hij hem gezegd had: 1995 Joha 1:23 | woestijn: Maakt den weg des Heeren recht, gelijk Jesaja, de 1996 Joha 12:13 | Die komt in den Naam des Heeren, Hij, Die is de Koning Israels! ~ 1997 Joha 12:38 | geloofd, en wien is de arm des Heeren geopenbaard? ~ 1998 Hand 2:20 | en doorluchtige dag des Heeren komt. ~ 1999 Hand 2:21 | iegelijk, die den Naam des Heeren zal aanroepen, zalig zal 2000 Hand 3:19 | zijn van het aangezicht des Heeren, ~


1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2077

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License