1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-1759
Book Chapter: Verse
1001 Jer 2:29 | twist gij tegen Mij? Gij hebt allen tegen Mij overtreden,
1002 Jer 2:33 | hoeren uw wegen geleerd hebt. ~
1003 Jer 3:1 | ontheiligd worden? Gij nu hebt met veel boeleerders gehoereerd,
1004 Jer 3:2 | zijt gij niet beslapen? Gij hebt voor hen gezeten aan de
1005 Jer 3:2 | Arabier in de woestijn; alzo hebt gij het land ontheiligd
1006 Jer 3:3 | regen geweest. Maar gij hebt een hoerenvoorhoofd, gij
1007 Jer 3:6 | dagen van den koning Josia: Hebt gij gezien, wat de afgekeerde
1008 Jer 3:13 | tegen den HEERE, uw God, hebt overtreden, en uw wegen
1009 Jer 3:13 | en uw wegen verstrooid hebt tot de vreemden, onder allen
1010 Jer 3:20 | scheidt van haar vriend, alzo hebt gijlieden trouwelooslijk
1011 Jer 4:10 | Heere HEERE! waarlijk, Gij hebt dit volk en Jeruzalem grotelijks
1012 Jer 5:3 | niet naar waarheid? Gij hebt hen geslagen, maar zij hebben
1013 Jer 5:3 | hebben geen pijn gevoeld; Gij hebt hen verteerd, maar zij hebben
1014 Jer 5:19 | Gelijk als gijlieden Mij hebt verlaten, en vreemde
1015 Jer 7:13 | sprekende, maar gij niet gehoord hebt, en Ik u geroepen, maar
1016 Jer 7:13 | gij niet geantwoord hebt; ~
1017 Jer 11:13 | der straten van Jeruzalem hebt gijlieden altaren gesteld
1018 Jer 11:18 | gegeven, dat ik het wete; toen hebt Gij mij hun handelingen
1019 Jer 12:2 | 2 Gij hebt ze geplant, zij zijn ook
1020 Jer 13:4 | gordel, dien gij gekocht hebt, die aan uw lenden is, en
1021 Jer 13:21 | zal, daar gij hem geleerd hebt tot vorsten, tot een hoofd
1022 Jer 13:25 | spreekt de HEERE; gij, die Mij hebt vergeten, en op leugen vertrouwt. ~
1023 Jer 14:19 | 19 Hebt Gij dan Juda ganselijk verworpen?
1024 Jer 14:19 | walging aan Sion? Waarom hebt Gij ons geslagen, dat er
1025 Jer 15:6 | 6 Gij hebt Mij verlaten, spreekt de
1026 Jer 15:10 | moeder, dat gij mij gebaard hebt, een man van twist, en een
1027 Jer 15:17 | alleen gezeten, want Gij hebt mij met gramschap vervuld. ~
1028 Jer 16:12 | En gijlieden erger gedaan hebt dan uw vaderen; want ziet,
1029 Jer 16:13 | land, dat gij niet gekend hebt, gij noch uw vaders; en
1030 Jer 17:4 | niet kent; want gijlieden hebt een vuur aangestoken
1031 Jer 20:6 | gij valselijk geprofeteerd hebt. ~
1032 Jer 20:7 | 7 HEERE! Gij hebt mij overreed, en ik ben
1033 Jer 20:7 | mij te sterk geweest, en hebt overmocht; ik ben den gansen
1034 Jer 22:21 | dat gij Mijner stem niet hebt gehoorzaamd. ~
1035 Jer 23:2 | Mijn volk weiden: Gijlieden hebt Mijn schapen verstrooid,
1036 Jer 23:2 | Mijn schapen verstrooid, en hebt ze verdreven, en hebt ze
1037 Jer 23:2 | en hebt ze verdreven, en hebt ze niet bezocht; ziet, Ik
1038 Jer 25:3 | zijnde en sprekende, maar gij hebt niet gehoord. ~
1039 Jer 25:4 | zijnde en zendende (maar gij hebt niet gehoord, noch uw oor
1040 Jer 25:7 | 7 Maar gij hebt naar Mij niet gehoord, spreekt
1041 Jer 25:8 | Omdat gij Mijn woorden niet hebt gehoord; ~
1042 Jer 26:5 | zendende; doch gij niet gehoord hebt; ~
1043 Jer 26:9 | 9 Waarom hebt gij in den Naam des HEEREN
1044 Jer 26:11 | gij met uw oren gehoord hebt. ~
1045 Jer 26:12 | woorden, die gij gehoord hebt; ~
1046 Jer 28:6 | woorden, die gij geprofeteerd hebt, dat Hij de vaten van des
1047 Jer 28:13 | de HEERE: Houten jukken hebt gij verbroken, nu zult gij
1048 Jer 28:15 | niet gezonden, maar gij hebt gemaakt, dat dit volk op
1049 Jer 28:16 | gij een afval gesproken hebt tegen den HEERE. ~
1050 Jer 29:19 | zendende; maar gijlieden hebt niet gehoord, spreekt
1051 Jer 29:25 | brieven in uw naam gezonden hebt tot al het volk, dat te
1052 Jer 29:27 | 27 Nu dan, waarom hebt gij Jeremia, den Anathothiet,
1053 Jer 30:13 | aangaande het gezwel; gij hebt geen heelpleisters. ~
1054 Jer 31:18 | beklaagt, zeggende: Gij hebt mij getuchtigd, en ik ben
1055 Jer 31:21 | weg, dien gij gewandeld hebt; keer weder, o jonkvrouw
1056 Jer 32:7 | bij Anathoth is, want gij hebt het recht van lossing, om
1057 Jer 32:8 | van Benjamin is; want gij hebt het erfrecht, en gij hebt
1058 Jer 32:8 | hebt het erfrecht, en gij hebt de lossing, koop het voor
1059 Jer 32:17 | Ach, Heere HEERE! Zie, Gij hebt de hemelen en de aarde gemaakt,
1060 Jer 32:20 | tekenen en wonderen gesteld hebt in Egypteland, tot op dezen
1061 Jer 32:20 | onder andere mensen, en hebt U een Naam gemaakt, als
1062 Jer 32:21 | 21 En hebt Uw volk Israel uit Egypteland
1063 Jer 32:22 | 22 En hebt hun dit land gegeven, dat
1064 Jer 32:23 | geboden hadt te doen; dies hebt Gij hun al dit kwaad doen
1065 Jer 32:24 | pestilentie; en wat Gij gesproken hebt, is geschied, en zie, Gij
1066 Jer 32:25 | 25 Evenwel hebt Gij tot mij gezegd, Heere
1067 Jer 33:24 | 24 Hebt gij niet gezien, wat dit
1068 Jer 34:16 | zijt weder omgekeerd, en hebt Mijn Naam ontheiligd, en
1069 Jer 34:16 | naar hun lust; en gij hebt hen ten ondergebracht, om
1070 Jer 34:17 | de HEERE alzo: Gijlieden hebt naar Mij niet gehoord, om
1071 Jer 35:14 | zijnde en sprekende, maar gij hebt naar Mij niet gehoord. ~
1072 Jer 35:15 | vaderen gegeven heb; maar gij hebt uw oor niet geneigd, en
1073 Jer 35:18 | gehoorzaam geweest, en hebt al zijn geboden bewaard,
1074 Jer 36:6 | uit mijn mond geschreven hebt, de woorden des HEEREN,
1075 Jer 36:14 | oren des volks gelezen hebt, neem die in uw hand, en
1076 Jer 36:17 | Verklaar ons toch, hoe hebt gij al deze woorden uit
1077 Jer 36:29 | zeggen: Zo zegt de HEERE: Gij hebt deze rol verbrand, zeggende:
1078 Jer 36:29 | verbrand, zeggende: Waarom hebt gij daarop geschreven, zeggende:
1079 Jer 37:18 | het gevangenhuis gesteld hebt? ~
1080 Jer 38:25 | zeggen: Verklaar ons nu, wat hebt gij tot den koning gesproken?
1081 Jer 39:18 | omdat gij op Mij vertrouwd hebt, spreekt de HEERE. ~ ~
1082 Jer 40:3 | gesproken had; want gijlieden hebt gezondigd tegen den HEERE,
1083 Jer 40:10 | woont in uw steden, die gij hebt ingenomen. ~
1084 Jer 42:9 | Welken gij mij gezonden hebt, om uw smeking voor Zijn
1085 Jer 42:20 | 20 Gewisselijk, gij hebt uw zielen verleid; want
1086 Jer 42:20 | zielen verleid; want gij hebt mij tot den HEERE, uw God,
1087 Jer 42:21 | bekend gemaakt; maar gij hebt niet gehoord naar de stem
1088 Jer 44:2 | heirscharen, de God Israels: Gij hebt gezien al het kwaad, dat
1089 Jer 44:9 | 9 Hebt gij vergeten de boosheden
1090 Jer 44:16 | des HEEREN Naam gesproken hebt, wij zullen naar u niet
1091 Jer 44:21 | straten van Jeruzalem gerookt hebt, gij en uw vaderen, uw koningen
1092 Jer 44:23 | Vanwege dat gij gerookt hebt, en dat gij tegen den HEERE
1093 Jer 44:23 | tegen den HEERE gezondigd hebt, en des HEEREN stem niet
1094 Jer 44:23 | getuigenissen niet hebt gewandeld; daarom is u dit
1095 Jer 44:25 | uw mond gesproken, en gij hebt het met uw handen vervuld,
1096 Jer 50:11 | Omdat gij u verblijd hebt, omdat gij van vreugde hebt
1097 Jer 50:11 | hebt, omdat gij van vreugde hebt opgesprongen, gij plunderaars
1098 Jer 50:11 | als een grazige vaars, en hebt gebriest als de sterke
1099 Jer 50:24 | HEERE in strijd gemengd hebt. ~
1100 Jer 51:62 | zult zeggen: O HEERE, Gij hebt over deze plaats gesproken,
1101 Klaa 1:21 | vrolijk, dat Gij het gedaan hebt; als Gij den dag zult voortgebracht
1102 Klaa 1:21 | dien Gij uitgeroepen hebt, zo zullen zij zijn, gelijk
1103 Klaa 1:22 | gelijk als Gij mij gedaan hebt vanwege al mijn overtredingen;
1104 Klaa 1:42 | aan wien Gij alzo gedaan hebt; zullen dan de vrouwen haar
1105 Klaa 1:43 | het zwaard gevallen; Gij hebt ze in den dag Uws toorns
1106 Klaa 1:43 | toorns gedood, Gij hebt ze geslacht en niet verschoond. ~
1107 Klaa 1:44 | 22 Thau. Gij hebt mijn verschrikkingen van
1108 Klaa 1:61 | 17 Vau. En Gij hebt mijn ziel verre van den
1109 Klaa 1:86 | wederspannig geweest, daarom hebt Gij niet gespaard. ~
1110 Klaa 1:87 | 43 Samech. Gij hebt ons met toorn bedekt, en
1111 Klaa 1:87 | met toorn bedekt, en Gij hebt ons vervolgd; Gij hebt ons
1112 Klaa 1:87 | Gij hebt ons vervolgd; Gij hebt ons gedood, Gij hebt niet
1113 Klaa 1:87 | Gij hebt ons gedood, Gij hebt niet verschoond. ~
1114 Klaa 1:88 | 44 Samech. Gij hebt U met een wolk bedekt, zodat
1115 Klaa 1:89 | 45 Samech. Gij hebt ons tot een uitvaagsel en
1116 Klaa 1:100| 56 Koph. Gij hebt mijn stem gehoord, verberg
1117 Klaa 1:101| 57 Koph. Gij hebt U genaderd ten dage, als
1118 Klaa 1:101| dage, als ik U aanriep; Gij hebt gezegd: Vrees niet! ~
1119 Klaa 1:102| 58 Resch. Heere! Gij hebt de twistzaken mijner ziel
1120 Klaa 1:102| mijner ziel getwist, Gij hebt mijn leven verlost. ~
1121 Klaa 1:103| 59 Resch. Heere! Gij hebt gezien de verkeerdheid,
1122 Klaa 1:104| 60 Resch. Gij hebt al hun wraak gezien, al
1123 Klaa 1:105| 61 Schin. HEERE! Gij hebt hun smaden gehoord, en al
1124 Eze 3:19 | ongerechtigheid sterven; maar gij hebt uw ziel bevrijd. ~
1125 Eze 3:20 | gij hem niet gewaarschuwd hebt, zal hij in zijn zonde
1126 Eze 3:21 | gewaarschuwd is; en gij hebt uw ziel bevrijd. ~
1127 Eze 4:8 | uwer belegering voleind hebt. ~
1128 Eze 5:7 | gijlieden dies meer gemaakt hebt dan de heidenen, die rondom
1129 Eze 5:7 | inzettingen niet gewandeld hebt, en Mijn rechten niet
1130 Eze 5:7 | rechten niet gedaan hebt, zelfs naar de rechten der
1131 Eze 5:7 | rondom u zijn, niet gedaan hebt; ~
1132 Eze 5:11 | heiligdom verontreinigd hebt met al uw verfoeiselen,
1133 Eze 8:12 | Toen zeide Hij tot mij: Hebt gij gezien, mensenkind,
1134 Eze 8:15 | En Hij zeide tot mij: Hebt gij, mensenkind, dat gezien?
1135 Eze 8:17 | Toen zeide Hij tot mij: Hebt gij, mensenkind, dat gezien?
1136 Eze 11:6 | 6 Gij hebt uw verslagenen in deze stad
1137 Eze 11:6 | vermenigvuldigd, en gij hebt derzelver straten met de
1138 Eze 11:7 | midden derzelve nedergelegd hebt, die zijn dat vlees, en
1139 Eze 11:8 | 8 Gijlieden hebt het zwaard gevreesd; en
1140 Eze 11:12 | Mijn rechten niet gedaan hebt, maar naar de rechten der
1141 Eze 11:12 | rondom u zijn, gedaan hebt. ~
1142 Eze 12:22 | spreekwoord, dat gijlieden hebt in het land Israels, zeggende:
1143 Eze 13:5 | bressen niet opgetreden, noch hebt den muur toegemuurd voor
1144 Eze 13:12 | waarmede gij gepleisterd hebt? ~
1145 Eze 13:14 | met loze kalk gepleisterd hebt, en zal hem ter aarde nederwerpen,
1146 Eze 13:22 | rechtvaardigen door valsheid hebt bedroefd gemaakt, daar Ik
1147 Eze 13:22 | goddelozen gesterkt hebt, opdat hij zich van zijn
1148 Eze 16:15 | 15 Maar gij hebt vertrouwd op uw schoonheid,
1149 Eze 16:15 | vertrouwd op uw schoonheid, en hebt gehoereerd vanwege uw naam;
1150 Eze 16:15 | gehoereerd vanwege uw naam; ja, hebt uw hoererijen uitgestort
1151 Eze 16:16 | 16 En gij hebt van uw klederen genomen,
1152 Eze 16:16 | gemaakt geplekte hoogten, en hebt daarop gehoereerd; zulks
1153 Eze 16:17 | 17 Daartoe hebt gij genomen de vaten uws
1154 Eze 16:17 | Ik u gegeven had, en gij hebt u mansbeelden gemaakt, en
1155 Eze 16:17 | mansbeelden gemaakt, en gij hebt met dezelve gehoereerd. ~
1156 Eze 16:18 | 18 En gij hebt uw gestikte klederen genomen,
1157 Eze 16:18 | gestikte klederen genomen, en hebt ze bedekt; en gij hebt Mijn
1158 Eze 16:18 | en hebt ze bedekt; en gij hebt Mijn olie en Mijn reukwerk
1159 Eze 16:19 | waarmede Ik u spijsde, dat hebt gij ook voor hun aangezichten
1160 Eze 16:20 | 20 Verder hebt gij uw zonen en uw dochteren,
1161 Eze 16:20 | gebaard hadt, genomen, en hebt ze denzelven geofferd om
1162 Eze 16:21 | gij Mijn kinderen geslacht hebt, en hebt ze overgegeven,
1163 Eze 16:21 | kinderen geslacht hebt, en hebt ze overgegeven, als gij
1164 Eze 16:21 | dezelve voor hen door het vuur hebt doen gaan? ~
1165 Eze 16:22 | 22 Ook hebt gij bij al uw gruwelen en
1166 Eze 16:24 | u een verwelfsel gebouwd hebt, en u een hoge plaats gemaakt
1167 Eze 16:24 | een hoge plaats gemaakt hebt in elke straat. ~
1168 Eze 16:25 | Aan elk hoofd des wegs hebt gij uw hoge plaatsen gebouwd,
1169 Eze 16:25 | hoge plaatsen gebouwd, en hebt uw schoonheid gruwelijk
1170 Eze 16:25 | schoonheid gruwelijk gemaakt, en hebt met uw benen geschreden
1171 Eze 16:25 | die voorbijging, en hebt uw hoererijen vermenigvuldigd. ~
1172 Eze 16:26 | 26 Gij hebt ook gehoereerd met de kinderen
1173 Eze 16:26 | groot van vlees zijn; en gij hebt uw hoererij vermenigvuldigd,
1174 Eze 16:28 | 28 Verder hebt gij gehoereerd met de kinderen
1175 Eze 16:28 | als gij met hen gehoereerd hebt, zijt gij ook niet verzadigd
1176 Eze 16:29 | 29 Maar gij hebt uw hoererij vermenigvuldigd
1177 Eze 16:36 | kinderen, dat gij hun gegeven hebt; ~
1178 Eze 16:37 | allen, die gij liefgehad hebt, met allen, die gij gehaat
1179 Eze 16:37 | met allen, die gij gehaat hebt; en Ik zal hen van rondom
1180 Eze 16:43 | Daarom dat gij niet gedacht hebt aan de dagen uwer jonkheid,
1181 Eze 16:47 | 47 Doch gij hebt in haar wegen niet gewandeld,
1182 Eze 16:47 | een verdriet; maar gij hebt het meer verdorven dan zij,
1183 Eze 16:48 | heeft, gelijk gij gedaan hebt en uw dochteren! ~
1184 Eze 16:51 | zonden niet gezondigd; en gij hebt uw gruwelen meer dan zij
1185 Eze 16:51 | zij vermenigvuldigd, en hebt uw zusters gerechtvaardigd
1186 Eze 16:51 | gruwelen, die gij gedaan hebt. ~
1187 Eze 16:52 | voor uw zusteren geoordeeld hebt door uw zonden, die gij
1188 Eze 16:52 | gij gruwelijker gemaakt hebt dan zij; zij zijn rechtvaardiger
1189 Eze 16:52 | zusters gerechtvaardigd hebt. ~
1190 Eze 16:54 | om al hetgeen gij gedaan hebt, als gij haar troosten zult. ~
1191 Eze 16:58 | 58 Hebt gij uw schandelijke daden
1192 Eze 16:59 | doen, gelijk als gij gedaan hebt, die den eed veracht hebt,
1193 Eze 16:59 | hebt, die den eed veracht hebt, brekende het verbond. ~
1194 Eze 16:63 | over al hetgeen gij gedaan hebt, spreekt de Heere HEERE. ~ ~ ~ ~ ~
1195 Eze 18:31 | waardoor gij overtreden hebt, en maakt u een nieuw hart
1196 Eze 20:43 | waarmede gij u verontreinigd hebt, en gij zult van u zelven
1197 Eze 20:43 | boosheden, die gij gedaan hebt. ~
1198 Eze 22:4 | bloed, dat gij vergoten hebt, zijt gij schuldig geworden,
1199 Eze 22:4 | drekgoden, die gij gemaakt hebt, hebt gij u verontreinigd,
1200 Eze 22:4 | drekgoden, die gij gemaakt hebt, hebt gij u verontreinigd, en
1201 Eze 22:4 | gij u verontreinigd, en hebt uw dagen doen naderen, en
1202 Eze 22:8 | Mijn heilige dingen hebt gij veracht, en Mijn sabbatten
1203 Eze 22:8 | veracht, en Mijn sabbatten hebt gij ontheiligd. ~
1204 Eze 22:12 | vergieten; woeker en overwinst hebt gij genomen, en gij hebt
1205 Eze 22:12 | hebt gij genomen, en gij hebt gierigheid gepleegd aan
1206 Eze 22:12 | verdrukking; maar gij hebt Mijner vergeten, spreekt
1207 Eze 22:13 | gierigheid, die gij bedreven hebt, en om uw bloed, die in
1208 Eze 23:21 | 21 Alzo hebt gij weder opgehaald de schandelijke
1209 Eze 23:30 | de heidenen nagehoereerd hebt, en omdat gij u met hun
1210 Eze 23:30 | drekgoden verontreinigd hebt. ~
1211 Eze 23:31 | In den weg uwer zuster hebt gij gewandeld, daarom zal
1212 Eze 23:35 | Mij achter uw rug geworpen hebt, zo draagt gij ook uw schandelijkheid
1213 Eze 24:21 | dochteren, die gij verlaten hebt, zullen door het zwaard
1214 Eze 25:3 | HEERE: Omdat gij gezegd hebt: Heah! over Mijn heiligdom,
1215 Eze 25:6 | en met den voet gestampt hebt, en van harte verblijd zijt
1216 Eze 27:33 | uit de zeeen voortkwamen, hebt gij vele volken verzadigd;
1217 Eze 27:33 | onderlingen koophandel, hebt gij de koningen der aarde
1218 Eze 28:4 | wijsheid en door uw verstand, hebt gij vermogen voor u verkregen;
1219 Eze 28:4 | voor u verkregen; ja, gij hebt goud en zilver verkregen
1220 Eze 28:5 | wijsheid in uw koophandel hebt gij uw vermogen vermeerderd,
1221 Eze 28:6 | Omdat gij uw hart gesteld hebt als Gods hart; ~
1222 Eze 28:16 | met geweld vervuld, en gij hebt gezondigd; daarom zal Ik
1223 Eze 28:17 | over uw schoonheid; gij hebt uw wijsheid bedorven, vanwege
1224 Eze 28:18 | onrecht uws koophandels, hebt gij uw heiligdommen ontheiligd;
1225 Eze 31:10 | HEERE: Omdat gij u verheven hebt over uw stam, ja, hij stak
1226 Eze 32:9 | landen, die gij niet gekend hebt. ~
1227 Eze 33:9 | ongerechtigheid sterven; maar gij hebt uw ziel bevrijd. ~
1228 Eze 34:21 | naar buiten toe verstrooid hebt; ~
1229 Eze 35:5 | een eeuwige vijandschap hebt, en hebt de kinderen Israels
1230 Eze 35:5 | eeuwige vijandschap hebt, en hebt de kinderen Israels doen
1231 Eze 35:6 | alzo gij het bloed niet hebt gehaat, zal u het bloed
1232 Eze 35:11 | gij uit uw haat tegen hen hebt te werk gesteld; en Ik zal
1233 Eze 35:12 | bergen Israels gesproken hebt, zeggende: Zij zijn verwoest,
1234 Eze 35:13 | 13 Alzo hebt gij u met uw mond tegen
1235 Eze 35:15 | Gelijk gij u verblijd hebt over de erfenis van het
1236 Eze 36:6 | smaad der heidenen gedragen hebt; ~
1237 Eze 36:22 | dien gijlieden ontheiligd hebt onder de heidenen,
1238 Eze 36:23 | midden van hen ontheiligd hebt; en de heidenen zullen weten,
1239 Eze 38:13 | gij, om buit te buiten? hebt gij uw vergadering vergaderd,
1240 Eze 44:7 | Dewijl gijlieden vreemden hebt ingebracht, onbesnedenen
1241 Eze 44:8 | 8 En gijlieden hebt de wacht van Mijn heilige
1242 Eze 44:8 | niet waargenomen; maar gij hebt uzelven enigen tot wachters
1243 Eze 47:6 | En hij zeide tot mij: Hebt gij het gezien, mensenkind?
1244 Dan 2:9 | vonnis is enerlei; daarom hebt gij een leugenachtig en
1245 Dan 2:23 | wijsheid en kracht gegeven hebt, en mij nu bekend gemaakt
1246 Dan 2:23 | en mij nu bekend gemaakt hebt, wat wij van U verzocht
1247 Dan 2:23 | verzocht hebben, want Gij hebt ons des konings zaak
1248 Dan 2:41 | 41 En dat gij gezien hebt de voeten en de tenen, ten
1249 Dan 2:41 | welken aanzien gij gezien hebt ijzer vermengd met modderig
1250 Dan 2:43 | 43 En dat gij gezien hebt ijzer vermengd met modderig
1251 Dan 2:45 | 45 Daarom hebt gij gezien, dat uit den
1252 Dan 2:47 | deze verborgenheid hebt kunnen openbaren. ~
1253 Dan 3:10 | 10 Gij, o koning! hebt een bevel gegeven, dat alle
1254 Dan 3:12 | landschap van Babel gesteld hebt, Sadrach, Mesach en Abed-nego;
1255 Dan 3:12 | aan, hetwelk gij opgericht hebt. ~
1256 Dan 3:18 | het gouden beeld, dat gij hebt opgericht, zullen aanbidden. ~
1257 Dan 4:20 | De boom, dien gij gezien hebt, die groot en sterk geworden
1258 Dan 5:22 | gij, Belsazar, zijn zoon! hebt uw hart niet vernederd,
1259 Dan 5:22 | gij dit alles wel geweten hebt. ~
1260 Dan 5:23 | 23 Maar gij hebt u verheven tegen den Heere
1261 Dan 5:23 | noch horen, noch weten, hebt gij geprezen; maar dien
1262 Dan 5:23 | bij Wien al uw paden zijn, hebt gij niet verheerlijkt. ~
1263 Dan 6:13 | van het gebod des konings: Hebt gij niet een gebod getekend,
1264 Dan 6:14 | gebod dat gij getekend hebt; maar hij bidt op drie tijden '
1265 Dan 8:20 | hoornen, dien gij gezien hebt, zijn de koningen der Meden
1266 Dan 9:7 | waar Gij ze henengedreven hebt, zij tegen U overtreden
1267 Dan 9:15 | volk uit Egypteland gevoerd hebt, met een sterke hand, en
1268 Dan 9:15 | met een sterke hand, en hebt U een Naam gemaakt, gelijk
1269 Dan 10:19 | Mijn Heere spreke, want Gij hebt mij versterkt. ~
1270 Hos 4:6 | gij de kennis verworpen hebt, heb Ik u ook verworpen,
1271 Hos 4:6 | wet uws Gods vergeten hebt, zal Ik ook uw kinderen
1272 Hos 9:1 | hoereert van uw God af; gij hebt hoerenloon lief, op alle
1273 Hos 10:9 | Sinds de dagen van Gibea, hebt gij gezondigd, o Israel;
1274 Hos 10:13 | 13 Gij hebt goddeloosheid geploegd,
1275 Hos 10:13 | leugen gegeten; want gij hebt vertrouwd op uw weg, op
1276 Joe 3:4 | 4 En ook, wat hebt gij met Mij te doen, gij
1277 Joe 3:5 | Mijn zilver en Mijn goud hebt weggenomen, en hebt Mijn
1278 Joe 3:5 | goud hebt weggenomen, en hebt Mijn beste kleinodien in
1279 Joe 3:6 | 6 En gij hebt de kinderen van Juda en
1280 Joe 3:7 | plaats, waarhenen gij ze hebt verkocht; en Ik zal uw vergelding
1281 Amos 2:12 | 12 Maar gijlieden hebt aan de Nazireen wijn te
1282 Amos 2:12 | drinken gegeven, en gij hebt den profeten geboden zeggende:
1283 Amos 4:5 | doet het horen; want alzo hebt gij het gaarne, gij kinderen
1284 Amos 4:6 | al uw plaatsen; nochtans hebt gij u niet bekeerd tot Mij,
1285 Amos 4:8 | niet verzadigd; nochtans hebt gij u niet bekeerd tot Mij,
1286 Amos 4:9 | de rups op; nochtans hebt gij u niet bekeerd tot Mij,
1287 Amos 4:10 | neus doen opgaan; nochtans hebt gij u niet bekeerd tot Mij,
1288 Amos 4:11 | brand gered is; nochtans hebt gij u niet bekeerd
1289 Amos 5:11 | koren van hem neemt, zo hebt gij wel huizen gebouwd van
1290 Amos 5:11 | zult daarin niet wonen; gij hebt gewenste wijngaarden
1291 Amos 5:15 | 15 Haat het boze, en hebt lief het goede, en bestelt
1292 Amos 5:25 | 25 Hebt gij Mij veertig jaren in
1293 Amos 6:12 | ploegen? Want gijlieden hebt het recht in gal verkeerd,
1294 Oba 1:15 | heidenen; gelijk als gij gedaan hebt, zal u gedaan worden; uw
1295 Oba 1:16 | gelijk gijlieden gedronken hebt op den berg Mijner heiligheid,
1296 Jona 1:10 | en zeiden tot hem: Wat hebt gij dit gedaan? Want de
1297 Jona 1:14 | op ons; want Gij, HEERE! hebt gedaan, gelijk als
1298 Jona 2:6 | in eeuwigheid; maar Gij hebt mijn leven uit het verderf
1299 Jona 4:10 | wonderboom, aan welken gij niet hebt gearbeid, noch dien groot
1300 Mic 3:9 | van het gericht een gruwel hebt, en al wat recht is verkeert; ~
1301 Mic 7:20 | van oude dagen af gezworen hebt. ~
1302 Nah 3:16 | 16 Gij hebt meer handelaars, dan er
1303 Zep 3:11 | gij tegen Mij overtreden hebt; want alsdan zal Ik uit
1304 Zac 7:5 | namelijk nu zeventig jaren, hebt gijlieden Mij, Mij
1305 Zac 8:9 | dagen deze woorden gehoord hebt uit den mond der profeten,
1306 Zac 8:17 | kwaad in ulieder hart; en hebt een valsen eed niet lief;
1307 Zac 8:19 | vrolijke hoogtijden wezen; hebt dan de waarheid en den vrede
1308 Zac 13:3 | gij valsheid gesproken hebt in den Naam des HEEREN;
1309 Mal 1:2 | HEERE; maar gij zegt: Waarin hebt Gij ons liefgehad? Was niet
1310 Mal 2:8 | van den weg afgeweken, gij hebt er velen doen struikelen
1311 Mal 2:8 | struikelen in de wet, gij hebt het verbond met Levi verdorven,
1312 Mal 3:1 | aan Denwelken gij lust hebt; ziet, Hij komt, zegt de
1313 Mal 3:7 | van Mijn inzettingen, en hebt ze niet bewaard; keert weder
1314 Matt 5:21 | 21 Gij hebt gehoord, dat tot de ouden
1315 Matt 5:27 | 27 Gij hebt gehoord, dat van de ouden
1316 Matt 5:33 | 33 Wederom hebt gij gehoord, dat van de
1317 Matt 5:38 | 38 Gij hebt gehoord, dat gezegd is:
1318 Matt 5:43 | 43 Gij hebt gehoord, dat er gezegd is:
1319 Matt 5:44 | 44 Maar Ik zeg u: Hebt uw vijanden lief; zegent
1320 Matt 5:46 | die u liefhebben, wat loon hebt gij? Doen ook de tollenaars
1321 Matt 6:1 | 1 Hebt acht, dat gij uw aalmoes
1322 Matt 6:1 | gezien te worden; anders zo hebt gij geen loon bij uw Vader,
1323 Matt 6:8 | Vader weet, wat gij van node hebt, eer gij Hem bidt. ~
1324 Matt 8:13 | geschiede, gelijk gij geloofd hebt. En zijn knecht is gezond
1325 Matt 10:8 | werpt de duivelen uit. Gij hebt het om niet ontvangen, geeft
1326 Matt 11:17 | de fluit gespeeld, en gij hebt niet gedanst; wij hebben
1327 Matt 11:17 | klaagliederen gezongen, en gij hebt niet geweend. ~
1328 Matt 11:25 | en verstandigen verborgen hebt, en hebt dezelve den kinderkens
1329 Matt 11:25 | verstandigen verborgen hebt, en hebt dezelve den kinderkens geopenbaard. ~
1330 Matt 12:3 | Maar Hij zeide tot hen: Hebt gij niet gelezen, wat David
1331 Matt 12:5 | 5 Of hebt gij niet gelezen in de wet,
1332 Matt 13:27 | en zeiden tot hem: Heere! hebt gij niet goed zaad in uw
1333 Matt 13:51 | En Jezus zeide tot hen: Hebt gij dit alles verstaan?
1334 Matt 14:31 | Gij kleingelovige! waarom hebt gij gewankeld? ~
1335 Matt 15:6 | 6 En gij hebt alzo Gods gebod krachteloos
1336 Matt 15:34 | tot hen: Hoevele broden hebt gij? Zij zeiden: Zeven,
1337 Matt 16:8 | geen broden mede genomen hebt? ~
1338 Matt 18:15 | indien hij u hoort, zo hebt gij uw broeder gewonnen. ~
1339 Matt 18:32 | dewijl gij mij gebeden hebt; ~
1340 Matt 19:4 | antwoordende, zeide tot hen: Hebt gij niet gelezen, Die van
1341 Matt 19:21 | ga heen, verkoop wat gij hebt, en geef het den armen,
1342 Matt 20:12 | een uur gearbeid, en gij hebt ze ons gelijk gemaakt, die
1343 Matt 21:13 | genaamd worden; maar gij hebt dat tot een moordenaarskuil
1344 Matt 21:16 | Jezus zeide tot hen: Ja; hebt gij nooit gelezen: Uit de
1345 Matt 21:16 | kinderen en der zuigelingen hebt Gij U lof toebereid? ~
1346 Matt 21:25 | zal Hij ons zeggen: Waarom hebt gij hem dan niet geloofd? ~
1347 Matt 21:32 | der gerechtigheid, en gij hebt hem niet geloofd; maar de
1348 Matt 21:32 | doch gij, zulks ziende, hebt daarna geen berouw gehad,
1349 Matt 21:42 | 42 Jezus zeide tot hen: Hebt gij nooit gelezen in de
1350 Matt 22:31 | de opstanding der doden, hebt gij niet gelezen, hetgeen
1351 Matt 23:35 | Barachia, welken gij gedood hebt tussen den tempel en het
1352 Matt 23:37 | de vleugels; en gijlieden hebt niet gewild. ~
1353 Matt 25:20 | zeggende: Heer, vijf talenten hebt gij mij gegeven; zie, andere
1354 Matt 25:22 | zeide: Heer, twee talenten hebt gij mij gegeven; zie, twee
1355 Matt 25:24 | maaiende, waar gij niet gezaaid hebt, en vergaderende van daar,
1356 Matt 25:24 | waar gij niet gestrooid hebt; ~
1357 Matt 25:25 | verborgen in de aarde; zie, gij hebt het uwe. ~
1358 Matt 25:35 | hongerig geweest, en gij hebt Mij te eten gegeven; Ik
1359 Matt 25:35 | dorstig geweest, en gij hebt Mij te drinken gegeven;
1360 Matt 25:35 | een vreemdeling, en gij hebt Mij geherbergd. ~
1361 Matt 25:36 | 36 Ik was naakt, en gij hebt Mij gekleed; Ik ben krank
1362 Matt 25:36 | ben krank geweest, en gij hebt Mij bezocht; Ik was in de
1363 Matt 25:40 | Mijn minste broeders gedaan hebt, zo hebt gij dat Mij gedaan. ~
1364 Matt 25:40 | broeders gedaan hebt, zo hebt gij dat Mij gedaan. ~
1365 Matt 25:42 | hongerig geweest, en gij hebt Mij niet te eten gegeven;
1366 Matt 25:42 | dorstig geweest, en gij hebt Mij niet te drinken gegeven; ~
1367 Matt 25:43 | een vreemdeling; en gij hebt Mij niet geherbergd; naakt,
1368 Matt 25:43 | geherbergd; naakt, en gij hebt Mij niet gekleed; krank,
1369 Matt 25:43 | in de gevangenis, en gij hebt Mij niet bezocht. ~
1370 Matt 25:45 | deze minsten niet gedaan hebt, zo hebt gij het Mij ook
1371 Matt 25:45 | minsten niet gedaan hebt, zo hebt gij het Mij ook niet gedaan. ~
1372 Matt 26:11 | 11 Want de armen hebt gij altijd met u, maar Mij
1373 Matt 26:11 | gij altijd met u, maar Mij hebt gij niet altijd. ~
1374 Matt 26:25 | Hij zeide tot hem: Gij hebt het gezegd. ~
1375 Matt 26:55 | lerende in den tempel, en gij hebt Mij niet gegrepen; ~
1376 Matt 26:64 | Jezus zeide tot hem: Gij hebt het gezegd. Doch Ik zeg
1377 Matt 26:65 | getuigen van node? Ziet, nu hebt gij Zijn gods lastering
1378 Matt 27:46 | Mijn God! Mijn God! Waarom hebt Gij Mij verlaten! ~
1379 Matt 27:65 | zeide tot henlieden: Gij hebt een wacht; gaat heen, verzekert
1380 Mark 2:25 | 25 En Hij zeide tot hen: Hebt gij nooit gelezen, wat David
1381 Mark 4:40 | gij zo vreesachtig? Hoe hebt gij geen geloof? ~
1382 Mark 6:38 | tot hen: Hoeveel broden hebt gij? Gaat heen en beziet
1383 Mark 7:13 | inzetting, die gij ingezet hebt; en vele dergelijke dingen
1384 Mark 8:5 | vraagde hun: Hoeveel broden hebt gij? En zij zeiden: Zeven. ~
1385 Mark 8:17 | gij, dat gij geen broden hebt? Bemerkt gij nog niet, en
1386 Mark 8:17 | niet, en verstaat gij niet, hebt gij nog uw verharde hart? ~
1387 Mark 9:50 | gij dat smakelijk maken? Hebt zout in uzelven, en houdt
1388 Mark 10:21 | verkoop alles, wat gij hebt, en geef het den armen,
1389 Mark 11:17 | worden allen volken? Maar gij hebt dat tot een kuil der moordenaren
1390 Mark 11:21 | vijgeboom, dien Gij vervloekt hebt, is verdord. ~
1391 Mark 11:22 | antwoordende, zeide tot hen: Hebt geloof op God. ~
1392 Mark 11:25 | vergeeft, indien gij iets hebt tegen iemand; opdat ook
1393 Mark 11:31 | zo zal Hij zeggen: Waarom hebt gij hem dan niet geloofd? ~
1394 Mark 12:10 | 10 Hebt gij ook deze Schrift niet
1395 Mark 12:26 | opgewekt zullen worden, hebt gij niet gelezen in het
1396 Mark 12:32 | zeide tot Hem: Meester, Gij hebt wel in der waarheid gezegd,
1397 Mark 14:7 | 7 Want de armen hebt gij altijd met u, en wanneer
1398 Mark 14:7 | gij hun weldoen; maar Mij hebt gij niet altijd. ~
1399 Mark 14:49 | tempel, lerende, en gij hebt Mij niet gegrepen; maar
1400 Mark 14:64 | 64 Gij hebt de gods lastering gehoord;
1401 Mark 15:34 | Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten? ~
1402 Luk 1:20 | mijn woorden niet geloofd hebt, welke vervuld zullen worden
1403 Luk 1:30 | Vrees niet, Maria, want gij hebt genade bij God gevonden. ~
1404 Luk 2:31 | 31 Die Gij bereid hebt voor het aangezicht van
1405 Luk 2:48 | zeide tot Hem: Kind! waarom hebt Gij ons zo gedaan? Zie,
1406 Luk 2:49 | het, dat gij Mij gezocht hebt? Wist gij niet, dat Ik moet
1407 Luk 6:3 | hun antwoordende, zeide: Hebt gij ook dat niet gelezen,
1408 Luk 6:24 | u, gij rijken, want gij hebt uw troost weg. ~
1409 Luk 6:27 | ulieden, die dit hoort: Hebt uw vijanden lief; doet wel
1410 Luk 6:32 | die u liefhebben, wat dank hebt gij? Want ook de zondaars
1411 Luk 6:33 | die u goed doen, wat dank hebt gij? Want ook de zondaars
1412 Luk 6:34 | weder te ontvangen, wat dank hebt gij? Want ook de zondaars
1413 Luk 6:35 | 35 Maar hebt uw vijanden lief, en doet
1414 Luk 7:22 | die gij gezien en gehoord hebt, namelijk dat de blinden
1415 Luk 7:32 | de fluit gespeeld, en gij hebt niet gedanst; wij hebben
1416 Luk 7:32 | klaagliederen gezongen, en gij hebt niet geweend. ~
1417 Luk 7:43 | En Hij zeide tot hem: Gij hebt recht geoordeeld. ~
1418 Luk 7:44 | in uw huis gekomen; water hebt gij niet tot Mijn voeten
1419 Luk 7:45 | 45 Gij hebt Mij geen kus gegeven; maar
1420 Luk 7:46 | 46 Met olie hebt gij Mijn hoofd niet gezalfd;
1421 Luk 10:21 | en verstandigen verborgen hebt, en hebt dezelve den kinderkens
1422 Luk 10:21 | verstandigen verborgen hebt, en hebt dezelve den kinderkens geopenbaard;
1423 Luk 10:28 | En Hij zeide tot hem: Gij hebt recht geantwoord; doe dat,
1424 Luk 11:27 | en de borsten, die Gij hebt gezogen. ~
1425 Luk 11:48 | dan, dat gij mede behagen hebt aan de werken uwer vaderen;
1426 Luk 11:52 | gij wetgeleerden, want gij hebt den sleutel der kennis weggenomen;
1427 Luk 11:52 | ingegaan, en die ingingen, hebt gij verhinderd. ~
1428 Luk 12:3 | in de duisternis gezegd hebt, zal in het licht gehoord
1429 Luk 12:3 | gij in het oor gesproken hebt, in de binnenkamers, zal
1430 Luk 12:19 | mijn ziel zeggen: Ziel! gij hebt vele goederen, die opgelegd
1431 Luk 12:20 | afeisen; en hetgeen gij bereid hebt, wiens zal het zijn? ~
1432 Luk 12:33 | 33 Verkoopt hetgeen gij hebt, en geeft aalmoes. Maakt
1433 Luk 13:26 | gegeten en gedronken, en Gij hebt in onze straten geleerd. ~
1434 Luk 13:34 | vergadert; en gijlieden hebt niet gewild? ~
1435 Luk 14:22 | geschied, gelijk gij bevolen hebt, en nog is er plaats. ~
1436 Luk 15:29 | gebod overtreden, en gij hebt mij nooit een bokje gegeven,
1437 Luk 15:30 | hoeren doorgebracht heeft, zo hebt gij hem het gemeste kalf
1438 Luk 16:25 | dat gij uw goed ontvangen hebt in uw leven, en Lazarus
1439 Luk 18:22 | verkoop alles, wat gij hebt, en deel het onder de armen,
1440 Luk 19:21 | weg, wat gij niet gelegd hebt, en gij maait, wat gij niet
1441 Luk 19:21 | maait, wat gij niet gezaaid hebt. ~
1442 Luk 19:23 | 23 Waarom hebt gij dan mijn geld niet in
1443 Luk 19:44 | uwer bezoeking niet bekend hebt. ~
1444 Luk 19:46 | huis des gebeds; maar gij hebt dat tot een kuil der moordenaren
1445 Luk 20:5 | zo zal Hij zeggen: Waarom hebt gij dan hem niet geloofd? ~
1446 Luk 20:39 | antwoordende, zeiden: Meester! Gij hebt wel gezegd. ~
1447 Luk 22:53 | u was in den tempel, zo hebt gij de handen tegen Mij
1448 Luk 23:14 | 14 Gij hebt dezen Mens tot mij gebracht,
1449 Luk 24:41 | verwonderden, zeide Hij tot hen: Hebt gij hier iets om te eten? ~
1450 Joha 2:10 | alsdan den minderen; maar gij hebt den goeden wijn tot nu toe
1451 Joha 4:11 | zeide tot Hem: Heere! Gij hebt niet om mede te putten,
1452 Joha 4:11 | de put is diep; van waar hebt Gij dan het levend water? ~
1453 Joha 4:17 | Jezus zeide tot haar: Gij hebt wel gezegd: Ik heb geen
1454 Joha 4:18 | 18 Want gij hebt vijf mannen gehad, en dien
1455 Joha 4:18 | mannen gehad, en dien gij nu hebt, is uw man niet; dat hebt
1456 Joha 4:18 | hebt, is uw man niet; dat hebt gij met waarheid gezegd. ~
1457 Joha 4:38 | hetgeen gij niet bearbeid hebt; anderen hebben het bearbeid,
1458 Joha 5:33 | 33 Gijlieden hebt tot Johannes gezonden, en
1459 Joha 5:35 | lichtende kaars; en gij hebt ulieden voor een korten
1460 Joha 5:37 | Zelf van Mij getuigd. Gij hebt noch Zijn stem ooit gehoord,
1461 Joha 5:38 | 38 En Zijn woord hebt gij niet in u blijvende;
1462 Joha 5:42 | liefde Gods in uzelven niet hebt. ~
1463 Joha 5:45 | Mozes, op welken gij gehoopt hebt. ~
1464 Joha 6:26 | omdat gij tekenen gezien hebt, maar omdat gij van de broden
1465 Joha 6:26 | gij van de broden gegeten hebt, en verzadigd zijt. ~
1466 Joha 6:36 | dat gij Mij ook gezien hebt, en gij gelooft niet. ~
1467 Joha 6:53 | en Zijn bloed drinkt, zo hebt gij geen leven in uzelven. ~
1468 Joha 6:68 | zullen wij heengaan? Gij hebt de woorden des eeuwigen
1469 Joha 7:20 | antwoordde en zeide: Gij hebt den duivel; wie zoekt U
1470 Joha 7:45 | die zeiden tot hen: Waarom hebt gij Hem niet gebracht? ~
1471 Joha 8:38 | gij bij uw vader gezien hebt. ~
1472 Joha 8:48 | Samaritaan zijt, en den duivel hebt? ~
1473 Joha 8:52 | wij, dat Gij den duivel hebt. Abraham is gestorven, en
1474 Joha 8:57 | dan zeiden tot Hem: Gij hebt nog geen vijftig jaren,
1475 Joha 8:57 | nog geen vijftig jaren, en hebt Gij Abraham gezien? ~
1476 Joha 9:27 | u alrede gezegd, en gij hebt het niet gehoord; wat wilt
1477 Joha 9:37 | Jezus zeide tot Hem: En gij hebt Hem gezien, en Die met u
1478 Joha 11:34 | 34 En zeide: Waar hebt gij hem gelegd? Zij zeiden
1479 Joha 11:41 | dank U, dat Gij Mij gehoord hebt. ~
1480 Joha 11:42 | geloven, dat Gij Mij gezonden hebt. ~
1481 Joha 12:8 | 8 Want de armen hebt gijlieden altijd met u,
1482 Joha 12:8 | gijlieden altijd met u, maar Mij hebt gij niet altijd. ~
1483 Joha 12:35 | wandelt, terwijl gij het Licht hebt, opdat de duisternis u niet
1484 Joha 12:36 | 36 Terwijl gij het Licht hebt, gelooft in het Licht, opdat
1485 Joha 13:8 | Indien Ik u niet wasse, gij hebt geen deel met Mij. ~
1486 Joha 13:35 | discipelen zijt, zo gij liefde hebt onder elkander. ~
1487 Joha 14:7 | van nu kent gij Hem, en hebt Hem gezien. ~
1488 Joha 14:9 | langen tijd met ulieden, en hebt gij Mij niet gekend, Filippus?
1489 Joha 14:28 | 28 Gij hebt gehoord, dat Ik tot u gezegd
1490 Joha 15:16 | 16 Gij hebt Mij niet uitverkoren, maar
1491 Joha 16:22 | 22 En gij dan hebt nu wel droefheid; maar Ik
1492 Joha 16:24 | 24 Tot nog toe hebt gij niet gebeden in Mijn
1493 Joha 16:27 | dewijl gij Mij liefgehad hebt, en hebt geloofd, dat Ik
1494 Joha 16:27 | gij Mij liefgehad hebt, en hebt geloofd, dat Ik van God
1495 Joha 16:30 | alle dingen weet, en Gij hebt niet van node, dat U iemand
1496 Joha 16:33 | opdat gij in Mij vrede hebt. In de wereld zult gij verdrukking
1497 Joha 16:33 | verdrukking hebben, maar hebt goeden moed, Ik heb de wereld
1498 Joha 17:2 | Gelijkerwijs Gij Hem macht gegeven hebt over alle vlees, opdat al
1499 Joha 17:2 | opdat al wat Gij Hem gegeven hebt, Hij hun het eeuwige leven
1500 Joha 17:3 | Christus, Dien Gij gezonden hebt. ~
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-1759 |