Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
epafroditus 2
epenetus 1
epikureische 1
er 1757
eran 1
eranieten 1
erastus 3
Frequency    [«  »]
1807 had
1805 heb
1759 hebt
1757 er
1732 door
1670 wat
1627 volk

Bijbel

IntraText - Concordances

er

1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-1757

     Book Chapter: Verse
1001 Jer 21:9 | de pestilentie; maar die er uitgaat en valt tot de Chaldeen, 1002 Jer 22:30 | zijn in zijn dagen; want er zal niemand van zijn zaad 1003 Jer 23:26 | 26      Hoe lang? Is er dan een droom in het hart 1004 Jer 24:1 | deed mij zien, en ziet, er waren twee vijgenkorven, 1005 Jer 25:32 | heirscharen: Ziet, een kwaad gaat er uit van volk tot volk. en 1006 Jer 25:32 | en een groot onweder zal er verwekt worden van de zijden 1007 Jer 25:36 | 36      Er zal zijn een stem des geroeps 1008 Jer 26:2 | tot hen te spreken, doe er niet een woord af. ~ 1009 Jer 26:9 | stad zal woest worden, dat er niemand wone? En het ganse 1010 Jer 26:17 | 17      Ook stonden er mannen op, van de oudsten 1011 Jer 26:20 | 20      Er was ook een man, die in 1012 Jer 30:5 | stem der verschrikking; er is vrees en geen vrede. ~ 1013 Jer 30:10 | stil en gerust zijn, en er zal niemand zijn, die hem 1014 Jer 30:13 | 13      Er is niemand, die uw zaak 1015 Jer 31:6 | 6      Want er zal een dag zijn, waarin 1016 Jer 31:15 | 15      Zo zegt de HEERE: Er is een stem gehoord in Rama, 1017 Jer 31:16 | uw ogen van tranen; want er is loon voor uw arbeid, 1018 Jer 31:17 | 17      En er is verwachting voor uw nakomelingen, 1019 Jer 31:40 | een heiligheid      zijn; er zal niets weder uitgerukt, 1020 Jer 32:15 | heirscharen, de God Israels: Er zullen nog huizen, en velden, 1021 Jer 32:23 | 23      Zij zijn er ook ingekomen en hebben 1022 Jer 32:29 | deze stad strijden, zullen er inkomen, en deze stad met 1023 Jer 32:43 | 43      En er zullen velden gekocht worden 1024 Jer 32:43 | zegt: Het is woest, dat er geen mens noch beest in 1025 Jer 33:5 | 5      Er zijn er wel ingekomen, om 1026 Jer 33:5 | 5      Er zijn er wel ingekomen, om te strijden 1027 Jer 33:10 | zegt: Zij is woest, dat er geen mens en geen beest 1028 Jer 33:10 | verwoest      zijn, dat er geen mens, en geen inwoner, 1029 Jer 33:12 | plaats, die zo woest is, dat er geen mens, zelfs tot het 1030 Jer 34:22 | tot een verwoesting, dat er niemand in wone. ~  ~ 1031 Jer 35:19 | heirscharen, de God Israels: Er zal Jonadab, den zoon van 1032 Jer 36:22 | in de negende maand; en er was een vuur voor zijn aangezicht 1033 Jer 37:10 | die tegen u strijden, en er bleven van hen enige verwonde 1034 Jer 37:17 | verborgen, en zeide: Is er ook een woord van den HEERE? 1035 Jer 37:17 | En Jeremia zeide:      Er is; en hij zeide: Gij zult 1036 Jer 38:28 | werd ingenomen; en hij was er nog, als Jeruzalem was ingenomen. ~  ~ 1037 Jer 40:5 | ogen recht is te gaan, ga er henen. En de overste der 1038 Jer 41:5 | 5      Zo kwamen er lieden van Sichem, van Silo, 1039 Jer 44:14 | te wonen; maar zij zullen er niet wederkeren, behalve 1040 Jer 44:22 | ontzetting, en tot een vloek, dat er niemand in woont, gelijk 1041 Jer 46:5 | vlucht, en zien niet om; er is schrik van rondom, spreekt 1042 Jer 46:11 | vermenigvuldigt gij de medicijnen, er is geen heling voor u. ~ 1043 Jer 46:14 | Tachpanhes; zegt: Stelt er u naar, en maakt u gereed, 1044 Jer 46:19 | zal verbrand worden, dat er niemand in      wone. ~ 1045 Jer 47:4 | 4   Vanwege den dag, die er komt om alle Filistijnen 1046 Jer 48:2 | Moabs roem van Hesbon is er niet meer; zij hebben kwaad 1047 Jer 48:3 | 3      Er is een stem des gekrijts 1048 Jer 48:19 | ontkomene vrouw; zeg: Wat is er geschied? ~ 1049 Jer 49:7 | der heirscharen alzo: Is er dan geen wijsheid meer te 1050 Jer 49:9 | 9      Zo er wijnlezers tot u gekomen 1051 Jer 49:9 | nalezing hebben overgelaten? Zo er dieven bij nacht gekomen 1052 Jer 49:10 | zijn naburen, en hij is er niet      meer. ~ 1053 Jer 49:14 | gehoord van den HEERE, en er is een gezant geschikt onder 1054 Jer 49:23 | is bekommernis, men kan er niet rusten. ~ 1055 Jer 49:36 | diezelve winden verstrooien; en er zal geen volk zijn, waarhenen 1056 Jer 50:3 | zetten in verwoesting, dat er geen inwoner in zal zijn; 1057 Jer 50:20 | gezocht worden, maar zij zal er niet zijn, en de zonden 1058 Jer 50:22 | 22      Er is een krijgsgeschrei in 1059 Jer 50:28 | 28      Er is een stem der gevluchten 1060 Jer 50:32 | aanstoten en vallen, en er zal niemand zijn, die hem 1061 Jer 50:39 | daarin wonen; en men zal er geen verblijf meer      1062 Jer 51:16 | Hij Zijn stem geeft, zo is er een gedruis van wateren 1063 Jer 51:17 | gegoten beeld is leugen, en er      is geen geest in hen. ~ 1064 Jer 51:29 | tot een verwoesting, dat er geen inwoner zij. ~ 1065 Jer 51:37 | ontzetting en aanfluiting, dat er geen inwoner zij. ~ 1066 Jer 51:46 | worden in het land; want er zal een gerucht komen in 1067 Jer 51:46 | gerucht in het andere jaar; en er zal geweld zijn in het land, 1068 Jer 51:54 | 54      Er is een stem des gekrijts 1069 Jer 51:62 | ze zult uitroeien, zodat er geen inwoner in zij, van 1070 Klaa 1:12 | Schouwt het aan en ziet, of er een smart zij gelijk mijn 1071 Klaa 1:31 | zijn onder de heidenen; er is geen wet; haar profeten      1072 Klaa 1:44 | eens gezetten hoogtijds; en er is niemand aan den dag des 1073 Klaa 1:51 | heeft mij toegemuurd, dat ik er niet uit gaan kan; Hij heeft 1074 Klaa 1:64 | Zain. Mijn ziel gedenkt er wel terdege aan, en zij 1075 Klaa 1:73 | zeggende: Misschien is er verwachting. ~ 1076 Klaa 1:88 | met een wolk bedekt, zodat er geen gebed doorkwam. ~ 1077 Klaa 1:93 | kan niet ophouden, omdat er geen rust is; ~ 1078 Klaa 1:114| kinderkens eisen brood, er is niemand, die het hun 1079 Klaa 1:119| doorstoken zijnde, omdat er geen vruchten der velden      1080 Klaa 1:125| de heidenen: Zij zullen er niet      langer wonen. ~ 1081 Klaa 2:8 | Knechten heersen over ons; er is niemand, die ons uit 1082 Eze 1:11 | opwaarts verdeeld; elkeen had er twee samengevoegd aan de 1083 Eze 1:15 | dieren zag, ziet, zo was er een rad op de aarde bij 1084 Eze 1:23 | aan den ander; ieder had er twee, die herwaarts hun 1085 Eze 1:23 | lichamen bedekten, en ieder had er twee, die ze derwaarts      1086 Eze 1:25 | 25      En er geschiedde een stem van 1087 Eze 2:9 | Toen zag ik, en ziet, er was een hand tot mij uitgestoken; 1088 Eze 7:2 | land Israels: Het einde is er, het einde is gekomen over 1089 Eze 7:6 | 6      Een einde is er gekomen, dat einde is gekomen, 1090 Eze 7:7 | der beroerte is nabij, en er is geen wederklank der bergen. ~ 1091 Eze 7:25 | vrede zoeken, maar hij zal er niet zijn. ~ 1092 Eze 7:26 | zal op ellende komen, en er zal gerucht op gerucht wezen; 1093 Eze 8:7 | voorhof. Toen zag ik, en ziet, er was een hol in den wand. ~ 1094 Eze 8:10 | in, en ik zag, en ziet, er was alle beeltenis van kruipende 1095 Eze 8:17 | mensenkind, dat gezien? Is er iets lichter geacht bij 1096 Eze 10:8 | 8      Want er werd gezien aan de cherubs 1097 Eze 12:24 | Want geen ijdel gezicht zal er meer wezen, noch vleiende 1098 Eze 13:11 | pleisteren, dat hij omvallen zal; er zal een overstelpende plasregen 1099 Eze 13:13 | grimmigheid splijten, en er zal een overstelpende plasregen 1100 Eze 13:15 | ulieden zeggen: Die wand is er niet meer, en die hem      1101 Eze 13:15 | hem      pleisterden, zijn er niet; ~ 1102 Eze 14:15 | zodat het woest worde, dat er niemand doorga, vanwege 1103 Eze 17:7 | 7      Nog was er een grote arend, groot van 1104 Eze 20:1 | tienden derzelver maand, dat er mannen uit de oudsten van 1105 Eze 21:13 | 13      Als er beproeving was, wat was 1106 Eze 21:13 | was, wat was het toen? Zou er dan ook geen versmadende 1107 Eze 23:37 | hebben overspel gedaan, en er is bloed in haar handen; 1108 Eze 23:40 | 40      Dit is er ook, dat zij gezonden hebben 1109 Eze 24:14 | Ik zal het doen; Ik zal er niet van wijken, en Ik zal 1110 Eze 26:21 | schrik stellen, en gij zult er niet meer zijn; als gij 1111 Eze 27:36 | schrik geworden, en zult er niet meer zijn tot in eeuwigheid. ~  ~ 1112 Eze 28:15 | gij geschapen zijt, totdat er ongerechtigheid in u gevonden 1113 Eze 28:19 | schrik geworden, en zult er niet meer zijn tot in eeuwigheid. ~ 1114 Eze 30:4 | zal komen in Egypte, en er zal grote smart zijn in 1115 Eze 30:9 | Te dien dage zullen er boden van voor Mijn aangezicht 1116 Eze 30:9 | Morenland te verschrikken; en er zal grote smart bij hen 1117 Eze 30:13 | doen ophouden uit Nof; en er zal geen vorst meer zijn 1118 Eze 32:21 | de onbesnedenen liggen er, verslagen van het zwaard; ~ 1119 Eze 33:21 | den vijfden der maand, dat er een tot mij kwam, die van 1120 Eze 33:28 | Israels zullen woest zijn, dat er niemand overga. ~ 1121 Eze 33:33 | dan zullen zij weten, dat er een profeet in het midden 1122 Eze 34:5 | zijn zij verstrooid, omdat er geen herder is; en zij zijn 1123 Eze 34:6 | den gansen aardbodem; en er is niemand, die er naar 1124 Eze 34:6 | aardbodem; en er is niemand, die er naar vraagt, en niemand, 1125 Eze 34:8 | geworden      zijn, omdat er geen herder is, en Mijn 1126 Eze 34:26 | plasregens van zegen zullen er zijn. ~ 1127 Eze 34:28 | zij zullen zeker wonen, en er zal niemand zijn, die ze 1128 Eze 35:7 | hetzelve uitroeien dien, die er doorgaat, en dien, die wederkeert. ~ 1129 Eze 36:34 | ogen van een ieder, die er doorging. ~ 1130 Eze 37:2 | geheel rondom; en ziet, er waren zeer vele op den grond 1131 Eze 37:7 | gelijk mij bevolen was, en er werd een geluid, als ik 1132 Eze 37:8 | En ik zag, en ziet, en er werden zenuwen op dezelve, 1133 Eze 37:8 | werden zenuwen op dezelve, en er kwam vlees op; en Hij trok 1134 Eze 37:8 | boven over dezelve, maar er was geen geest in hen. ~ 1135 Eze 38:10 | het ook geschieden, dat er raadslagen in uw hart zullen 1136 Eze 38:19 | Mijner verbolgenheid: Zo er niet, te dien dage, een 1137 Eze 39:26 | hun land zeker woonden, en er niemand was, die      hen 1138 Eze 40:3 | gebracht had, ziet, zo was er een man, wiens gedaante 1139 Eze 40:5 | 5      En ziet, er was een muur buiten aan 1140 Eze 40:12 | 12      En er was een ruim voor aan de 1141 Eze 40:16 | 16      En er waren gesloten vensters 1142 Eze 40:17 | buitenste voorhof, en ziet, er waren kameren, en een plaveisel, 1143 Eze 40:17 | henen, dertig kameren waren er op het      plaveisel. ~ 1144 Eze 40:24 | naar het zuiden; en ziet, er was een poort den weg naar 1145 Eze 40:27 | 27      Ook was er een poort in het binnenste 1146 Eze 40:30 | 30      En er waren voorhuizen rondom 1147 Eze 40:31 | buitenste voorhof, ook waren er palmbomen aan haar posten, 1148 Eze 40:34 | buitenste voorhof; ook waren er palmbomen aan haar posten, 1149 Eze 40:37 | buitenste voorhof; ook waren er palmbomen aan haar posten, 1150 Eze 40:40 | 40      Ook waren er aan de zijde van buiten 1151 Eze 40:44 | naar het zuiden; een was er aan de zijde van de oostpoort, 1152 Eze 40:49 | daarin opging; ook waren er pilaren aan de posten, een 1153 Eze 41:18 | cherubs en palmbomen; zodat er een palmboom was tussen 1154 Eze 41:24 | 24      En er waren twee bladen aan de 1155 Eze 41:25 | palmbomen gemaakt, gelijk als er aan de wanden gemaakt waren; 1156 Eze 42:12 | naar het zuiden waren, was er een deur in het hoofd van 1157 Eze 43:8 | post nevens Mijn post, dat er maar een wand tussen Mij 1158 Eze 44:5 | tot mij: Mensenkind! zet er uw hart op, en zie met uw 1159 Eze 46:23 | 23      En er was rondom in dezelve een 1160 Eze 46:23 | ringmuur, rondom deze vier; en er waren keukens gemaakt beneden 1161 Eze 47:1 | deur van het huis, en ziet, er vloten wateren uit, van 1162 Eze 47:3 | het oosten uitging, zo was er een meetsnoer in zijn hand; 1163 Eze 47:7 | wederkeerde, ziet, zo was er aan den oever der beek zeer 1164 Eze 47:9 | dat alle levende ziel, die er wemelt, overal, waarhenen 1165 Eze 47:10 | zal het geschieden, dat er vissers aan dezelve zullen 1166 Dan 1:19 | koning sprak met hen; doch er werd uit hen allen niemand 1167 Dan 2:10 | voor den koning, en zeiden: Er is geen mens op den aardbodem, 1168 Dan 2:10 | kennen geven; daarom is er geen koning,      grote 1169 Dan 2:11 | begeert, is te zwaar; en er is niemand anders, die dezelve 1170 Dan 2:28 | 28      Maar er is een God in den hemel, 1171 Dan 2:28 | Nebukadnezar bekend gemaakt, wat er geschieden zal in het laatste 1172 Dan 2:29 | u te kennen gegeven, wat er geschieden      zal. ~ 1173 Dan 2:31 | koning! zaagt, en ziet, er was een groot beeld (dit 1174 Dan 2:34 | Dit zaagt gij, totdat er een steen afgehouwen werd 1175 Dan 2:35 | en de wind nam ze weg, en er werd geen plaats      voor 1176 Dan 3:12 | 12      Er zijn Joodse mannen, die 1177 Dan 3:25 | het midden des vuurs, en er is geen verderf aan hen; 1178 Dan 3:29 | drekhoop gesteld worde; want er is geen ander God, Die alzo 1179 Dan 4:6 | 6      Daarom is er een bevel van mij gesteld, 1180 Dan 4:10 | waren deze: Ik zag, en ziet, er was een boom in het midden 1181 Dan 4:12 | en zijn vruchten vele, en er was spijze aan denzelve 1182 Dan 4:23 | gedierte des      velds, totdat er zeven tijden over hem voorbijgaan; ~ 1183 Dan 4:25 | hemels nat gemaakt worden, en er zullen zeven tijden over 1184 Dan 4:26 | 26      Dat er ook gezegd is, dat men den 1185 Dan 4:27 | bewijzen aan de ellendigen, of er verlenging van      uw vrede 1186 Dan 4:31 | in des konings mond, viel er een stem uit den hemel: 1187 Dan 4:32 | geven, als den ossen, en er zullen zeven tijden over 1188 Dan 4:35 | de inwoners der aarde, en er is niemand, die Zijn hand 1189 Dan 5:5 | Ter zelfder ure kwamen er vingeren van eens mensen 1190 Dan 5:11 | 11      Er is een man in uw koninkrijk, 1191 Dan 5:14 | der goden in u is, en dat er licht, en verstand, en voortreffelijke 1192 Dan 6:18 | 18      En er werd een steen gebracht, 1193 Dan 6:24 | opgetrokken was, zo werd er geen schade aan hem      1194 Dan 7:3 | 3      En er klommen vier grote dieren 1195 Dan 7:6 | Daarna zag ik, en ziet, er was een ander dier, gelijk 1196 Dan 7:9 | Dit zag ik, totdat er tronen gezet werden, en 1197 Dan 7:13 | nachtgezichten, en ziet, er kwam Een met de wolken des 1198 Dan 8:4 | zijn aangezicht bestaan, en er was niemand,      die uit 1199 Dan 8:5 | ik dit overlegde, ziet, er kwam een geitenbok van het 1200 Dan 8:7 | en hij vertrad hem, en er was niemand, die den ram 1201 Dan 8:8 | brak die grote hoorn, en er kwamen op aan deszelfs plaats 1202 Dan 8:10 | des hemels; en hij wierp er sommigen van dat heir, namelijk 1203 Dan 8:15 | verstand deszelven, en ziet, er stond voor mij als de gedaante 1204 Dan 8:19 | zal u te kennen geven, wat er geschieden zal ten einde 1205 Dan 8:22 | 22      Dat er nu vier aan zijn plaats 1206 Dan 8:23 | gebracht zullen hebben, zo zal er een koning staan, stijf 1207 Dan 8:25 | en in stille rust zal hij er velen verderven, en zal 1208 Dan 8:26 | van avond en morgen, dat er gezegd is, is de waarheid; 1209 Dan 8:26 | sluit dit gezicht toe, want er zijn nog vele dagen toe. ~ 1210 Dan 9:26 | en tot het einde toe zal er krijg zijn, en vastelijk 1211 Dan 10:5 | ogen op, en zag, en ziet, er was een Man met linnen bekleed, 1212 Dan 10:8 | zag dit grote gezicht, en er bleef in mij geen kracht 1213 Dan 10:21 | geschrift der waarheid; en er is niet een, die zich met 1214 Dan 11:2 | waarheid te kennen geven; ziet, er zullen nog drie koningen 1215 Dan 11:3 | 3      Daarna zal er een geweldig koning opstaan, 1216 Dan 11:7 | spruit van haar wortelen zal er een opstaan in zijn staat, 1217 Dan 11:12 | zich verheffen, en hij zal er enige tien duizenden nedervellen; 1218 Dan 11:14 | 14      Ook zullen er in die tijden velen opstaan 1219 Dan 11:15 | zijn uitgelezen volk, ja, er zal      geen kracht zijn 1220 Dan 11:18 | eilanden keren, en hij zal er vele innemen; doch een overste 1221 Dan 11:20 | En in zijn staat zal er een opstaan, doende een 1222 Dan 11:21 | 21      Daarna zal er een verachte in zijn staat 1223 Dan 11:30 | 30      Want er zullen schepen van Chittim 1224 Dan 11:31 | 31      En er zullen armen uit hem ontstaan, 1225 Dan 11:33 | leraars des volks zullen er velen onderwijzen, en zij 1226 Dan 11:35 | En van de leraars zullen er sommigen vallen, om hen 1227 Dan 12:1 | benauwdheid zijn zal, als er niet geweest is, sinds dat 1228 Dan 12:1 | niet geweest is, sinds dat er een volk      geweest is, 1229 Dan 12:3 | des uitspansels, en die er velen rechtvaardigen, gelijk 1230 Dan 12:5 | ik, Daniel, zag, en ziet, er stonden twee anderen, de 1231 Dan 12:6 | hoe lang zal het zijn, dat er een einde van deze wonderen 1232 Dan 12:10 | 10      Velen zullen er gereinigd en wit gemaakt, 1233 Hos 4:1 | inwoners des lands, omdat er geen trouw, en geen weldadigheid, 1234 Hos 5:14 | henengaan; Ik zal wegvoeren, en er zal geen redder zijn. ~ 1235 Hos 7:1 | valsheid; en de dief gaat er in, de bende der      straatschenders 1236 Hos 7:7 | al hun koningen vallen; er is niemand onder hen, die 1237 Hos 9:6 | ze begraven; begeerte zal er zijn naar hun zilver, netelen 1238 Hos 9:12 | mochten groot maken, Ik zal er hen toch van beroven, dat 1239 Hos 10:14 | 14      Daarom zal er een groot gedruis ontstaan 1240 Hos 10:14 | krijgs; de moeder werd      er verpletterd met de zonen. ~ 1241 Hos 13:4 | kennen dan Mij alleen, want er is geen Heiland dan Ik. ~ 1242 Hos 13:15 | onder de broederen; doch er zal een oostenwind komen, 1243 Joe 2:3 | woeste wildernis, en ook is er geen      ontkomen van hetzelve. ~ 1244 Joe 3:18 | Juda vol van water gaan; en er zal een      fontein uit 1245 Amos 2:7 | 7      Die er naar hijgen, dat het stof 1246 Amos 3:5 | op de aarde vallen, als er geen strik voor hem is? 1247 Amos 3:6 | het volk niet siddere? zal er een kwaad in de stad zijn, 1248 Amos 4:2 | bij Zijn heiligheid, dat er, ziet, dagen over ulieden 1249 Amos 4:7 | van ulieden geweerd, als er nog drie maanden waren tot 1250 Amos 5:2 | is verlaten op haar land, er is niemand, die haar opricht. ~ 1251 Amos 5:6 | vuur, dat vertere, zodat er niemand zij, die het blusse 1252 Amos 5:20 | licht? En donkerheid, zodat er geen glans aan zij? ~ 1253 Amos 5:22 | uw spijsofferen, Ik heb er toch geen welgevallen aan; 1254 Amos 6:9 | En het zal geschieden, zo er tien mannen in enig huis 1255 Amos 6:10 | van het huis      is: Zijn er nog meer bij u? En hij zal 1256 Amos 7:2 | HEERE! vergeef toch; wie zou er van Jakob blijven staan; 1257 Amos 7:5 | HEERE! houd toch op; wie zou er van Jakob blijven staan; 1258 Amos 8:3 | vele dode lichamen zullen er zijn, in alle plaatsen zal 1259 Amos 8:10 | land stellen in rouw, als er is      over een enigen 1260 Amos 9:9 | en niet een steentje zal er ter aarde vallen. ~ 1261 Oba 1:1 | gehoord van den HEERE, en er is een gezant geschikt onder 1262 Oba 1:5 | 5      Zo er dieven, zo er nachtrovers 1263 Oba 1:5 | 5      Zo er dieven, zo er nachtrovers tot u gekomen 1264 Oba 1:5 | zoveel hun genoeg ware? Zo er wijnlezers tot u gekomen 1265 Oba 1:7 | gezwel onder u zetten,      er is geen verstand in hem. ~ 1266 Oba 1:16 | en zullen zijn alsof zij er niet      geweest waren. ~ 1267 Oba 1:21 | 21      En er zullen heilanden op den 1268 Jona 1:4 | groten wind op de zee; en er werd een grote storm in 1269 Jona 4:6 | opschieten boven Jona, opdat er schaduw mocht zijn over 1270 Mic 2:11 | 11      Zo er iemand is, die met wind 1271 Mic 3:7 | bovenste lip bewimpelen; want er zal geen antwoord Gods zijn. ~ 1272 Mic 4:4 | onder zijn vijgeboom, en er zal niemand zijn, die ze 1273 Mic 4:9 | groot geschrei maken? Is er geen Koning onder u? Is 1274 Mic 6:10 | 10      Zijn er niet nog, in eens ieders 1275 Mic 7:1 | wijnoogst geschied zijn; er is geen druif om te eten; 1276 Mic 7:2 | vergaan uit het land, en er is niemand oprecht onder 1277 Nah 1:14 | heeft de HEERE bevolen, dat er van uw naam niemand meer 1278 Nah 2:9 | zilver, rooft goud, want er is geen einde des voorraads, 1279 Nah 2:11 | leeuwenwelp wandelde, en er was niemand, die hen verschrikte. ~ 1280 Nah 3:2 | 2      Er is het geklap der zweep, 1281 Nah 3:3 | de bliksemende spies, en er zal veelheid der verslagenen 1282 Nah 3:3 | menigte der dode lichamen; ja, er zal geen      einde zijn 1283 Nah 3:9 | Egypte waren haar macht, en er was geen einde; Put en Lybea 1284 Nah 3:16 | hebt meer handelaars, dan er sterren aan den hemel zijn; 1285 Nah 3:16 | kevers zullen invallen, en er van vliegen. ~ 1286 Nah 3:19 | 19      Er is geen samentrekking voor 1287 Zep 1:10 | 10      En er zal te dien dage, spreekt 1288 Zep 2:5 | zal u verdoen, dat      er geen inwoner zal zijn. ~ 1289 Zep 3:5 | Zijn recht in het licht, er ontbreekt niet; doch de 1290 Zep 3:6 | steden zijn verstoord, zodat er niemand is, dat er      1291 Zep 3:6 | zodat er niemand is, dat er      geen inwoner is. ~ 1292 Zac 1:18 | ogen op, en zag; en ziet, er waren vier hoornen. ~ 1293 Zac 2:1 | op, en ik zag; en ziet, er was een man, en in zijn 1294 Zac 5:5 | en zie, wat dit zij, dat er voortkomt. ~ 1295 Zac 5:7 | lood werd opgeheven, en er was een vrouw, zittende 1296 Zac 6:1 | ziet, vier wangens gingen er uit van tussen twee bergen, 1297 Zac 7:14 | achter hen verwoest, zodat er niemand doorging, noch wederkeerde; 1298 Zac 8:4 | de HEERE der heirscharen: Er zullen nog oude mannen en 1299 Zac 10:2 | onderdrukt geworden; want er was geen herder. ~ 1300 Zac 11:3 | 3      Er is een stem des gehuils 1301 Zac 13:1 | 1   Te dien dage zal er een Fontein geopend zijn 1302 Zac 14:4 | naar het      westen, zodat er een zeer grote vallei zal 1303 Zac 14:6 | dien dage geschieden, dat er niet zal zijn het kostelijke 1304 Zac 14:8 | dien dage geschieden, dat er levende wateren uit Jeruzalem 1305 Zac 14:11 | zullen daarin wonen, en er zal geen verbanning meer 1306 Zac 14:13 | dien dage geschieden, dat er een groot gedruis van den 1307 Zac 14:17 | heirscharen, te aanbidden, zo zal er over      henlieden geen 1308 Zac 14:21 | in dezelve koken;      en er zal geen Kanaaniet meer 1309 Mal 1:10 | 10      Wie is er ook onder u, die de deuren 1310 Mal 2:6 | waarheid was in zijn mond, en er werd geen onrecht in zijn 1311 Mal 2:6 | rechtmatigheid, en hij bekeerde er velen van      ongerechtigheid. ~ 1312 Mal 2:8 | weg afgeweken, gij hebt er velen doen struikelen in 1313 Mal 2:11 | handelt trouwelooslijk, en er wordt een gruwel gedaan 1314 Mal 3:10 | in het schathuis, opdat er spijze zij in Mijn huis; 1315 Mal 3:10 | u zegen afgieten, zodat er geen schuren genoeg wezen 1316 Mal 3:16 | zijn naaste: De HEERE merkt er toch op en hoort, en er 1317 Mal 3:16 | er toch op en hoort, en er is een gedenkboek voor Zijn 1318 Mal 4:2 | gerechtigheid opgaan, en er zal genezing zijn onder 1319 Matt 4:4 | Hij, antwoordende, zeide: Er is geschreven: De mens zal 1320 Matt 4:6 | Uzelven nederwaarts; want er is geschreven, dat Hij Zijn 1321 Matt 4:7 | 7 Jezus zeide tot hem: Er is wederom geschreven: Gij 1322 Matt 4:10 | hem: Ga weg, satan, want er staat geschreven: Den Heere, 1323 Matt 5:18 | de aarde voorbijgaan, zal er niet een jota noch een tittel 1324 Matt 5:31 | 31 Er is ook gezegd: Zo wie zijn 1325 Matt 5:43 | 43 Gij hebt gehoord, dat er gezegd is: Gij zult uw naaste 1326 Matt 7:4 | uit uw oog uitdoe; en zie, er is een balk in uw oog? ~ 1327 Matt 7:9 | 9 Of wat mens is er onder u, zo zijn zoon hem 1328 Matt 7:13 | verderf leidt, en velen zijn er, die door dezelve ingaan; ~ 1329 Matt 7:14 | leidt, en weinigen zijn er, die denzelven vinden. ~ 1330 Matt 7:25 | 25 En er is slagregen nedergevallen, 1331 Matt 8:19 | 19 En er kwam een zeker Schriftgeleerde 1332 Matt 8:24 | 24 En ziet, er ontstond een grote onstuimigheid 1333 Matt 8:26 | de winden en de zee; en er werd grote stilte. ~ 1334 Matt 9:16 | scheurt af van het kleed, en er wordt een ergere scheur. ~ 1335 Matt 9:33 | verwonderden zich, zeggende: Er is nooit desgelijks in Israel 1336 Matt 10:26 | Vreest dan hen niet; want er is niets bedekt, hetwelk 1337 Matt 12:10 | 10 En ziet, er was een mens, die een dorre 1338 Matt 12:11 | zeide tot hen: Wat mens zal er zijn onder u, die een schaap 1339 Matt 12:19 | twisten, noch roepen, noch zal er iemand Zijn stem op de straten 1340 Matt 15:27 | eten ook van de brokjes die er vallen van de tafel hunner 1341 Matt 16:28 | 28 Voorwaar zeg Ik u: Er zijn sommigen van die hier 1342 Matt 18:19 | Wederom zeg Ik u: Indien er twee van u samenstemmen 1343 Matt 18:31 | verklaarden zij hunnen heer al wat er geschied was. ~ 1344 Matt 19:12 | 12 Want er zijn gesnedenen, die uit 1345 Matt 19:12 | lijf alzo geboren zijn; en er zijn gesnedenen, die van 1346 Matt 19:12 | mensen gesneden zijn; en er zijn gesnedenen, die zichzelven 1347 Matt 19:16 | 16 En ziet, er kwam een tot Hem, en zeide 1348 Matt 21:13 | 13 En Hij zeide tot hen: Er is geschreven: Mijn huis 1349 Matt 21:14 | 14 En er kwamen blinden en kreupelen 1350 Matt 21:33 | Hoort een andere gelijkenis. Er was een heer des huizes, 1351 Matt 22:9 | wegen, en zovelen als gij er zult vinden, roept ze tot 1352 Matt 22:23 | Sadduceen, die zeggen, dat er geen opstanding is, en vraagden 1353 Matt 22:25 | 25 Nu waren er bij ons zeven broeders; 1354 Matt 24:7 | het andere koninkrijk; en er zullen zijn hongersnoden, 1355 Matt 24:10 | 10 En dan zullen er velen geergerd worden, en 1356 Matt 24:11 | zullen opstaan, en zullen er velen verleiden. ~ 1357 Matt 24:24 | 24 Want er zullen valse christussen 1358 Matt 24:40 | 40 Alsdan zullen er twee op den akker zijn, 1359 Matt 24:41 | 41 Er zullen twee vrouwen malen 1360 Matt 25:9 | zeggende: Geenszins, opdat er misschien voor ons en voor 1361 Matt 26:5 | Niet in het feest, opdat er geen oproer worde onder 1362 Matt 26:31 | worden in deze nacht; want er is geschreven: Ik zal den 1363 Matt 26:60 | 60 En hoewel er vele valse getuigen toegekomen 1364 Matt 26:73 | En een weinig daarna, die er stonden, bijkomende, zeiden 1365 Matt 27:24 | vorderde, maar veel meer dat er oproer werd, nam hij water 1366 Matt 27:45 | van de zesde ure aan werd er duisternis over de gehele 1367 Matt 28:2 | 2 En ziet, er geschiedde een grote aardbeving; 1368 Mark 1:11 | 11 En er geschiedde een stem uit 1369 Mark 1:23 | 23 En er was in hun synagoge een 1370 Mark 1:34 | 34 En Hij genas er velen, die door verscheidene 1371 Mark 2:3 | 3 En er kwamen sommigen tot Hem, 1372 Mark 2:21 | af van het oude kleed, en er wordt een ergere scheur. ~ 1373 Mark 3:10 | 10 Want Hij had er velen genezen, alzo dat 1374 Mark 3:14 | 14 En Hij stelde er twaalf, opdat zij met Hem 1375 Mark 3:27 | 27 Er kan niemand in het huis 1376 Mark 4:1 | leren omtrent de zee; en er vergaderde een grote schare 1377 Mark 4:22 | 22 Want er is niets verborgen, dat 1378 Mark 4:22 | geopenbaard zal worden; en er is niets geschied, om verborgen 1379 Mark 4:36 | Hij in het schip was; en er waren nog andere scheepjes 1380 Mark 4:37 | 37 En er werd een grote storm van 1381 Mark 4:39 | de wind ging liggen, en er werd grote stilte. ~ 1382 Mark 5:13 | af in de zee (daar waren er nu omtrent twee duizend), 1383 Mark 5:14 | te zien, wat het was, dat er geschied was. ~ 1384 Mark 5:22 | 22 En ziet, er kwam een van de oversten 1385 Mark 5:36 | hebbende het woord, dat er gesproken werd, zeide tot 1386 Mark 6:21 | 21 En als er een welgelegen dag gekomen 1387 Mark 6:31 | en rust een weinig; want er waren velen, die kwamen 1388 Mark 6:56 | mochten; en zovelen, als er Hem aanraakten, werden gezond. ~  ~  ~  1389 Mark 7:4 | vele andere dingen zijn er, die zij aangenomen hebben 1390 Mark 7:15 | 15 Er is niets van buiten den 1391 Mark 8:1 | 1 In dezelfde dagen, als er een geheel grote schare 1392 Mark 9:1 | Voorwaar, Ik zeg u, dat er sommigen zijn van degenen, 1393 Mark 9:7 | 7 En er kwam een wolk, die hen overschaduwde, 1394 Mark 9:39 | Verbiedt hem niet; want er is niemand, die een kracht 1395 Mark 10:29 | Voorwaar zeg Ik ulieden: Er is niemand, die verlaten 1396 Mark 11:17 | leerde, zeggende tot hen: Is er niet geschreven: Mijn huis 1397 Mark 12:18 | tot Hem, welke zeggen, dat er geen opstanding is, en vraagden 1398 Mark 12:20 | 20 Er waren nu zeven broeders, 1399 Mark 12:31 | liefhebben als uzelven. Er is geen ander gebod, groter 1400 Mark 12:32 | der waarheid gezegd, dat er een enig God is, en er is 1401 Mark 12:32 | dat er een enig God is, en er is geen ander dan Hij; ~ 1402 Mark 12:42 | 42 En er kwam een arme weduwe, die 1403 Mark 13:2 | gij deze grote gebouwen? Er zal niet een steen op den 1404 Mark 13:8 | het andere koninkrijk; en er zullen aardbevingen zijn 1405 Mark 13:8 | verscheidene plaatsen, en er zullen hongersnoden wezen, 1406 Mark 13:22 | 22 Want er zullen valse christussen, 1407 Mark 14:4 | 4 En er waren sommigen, die dat 1408 Mark 14:27 | Mij geergerd worden; want er is geschreven: Ik zal den 1409 Mark 15:7 | 7 En er was een, genaamd Bar-abbas, 1410 Mark 15:33 | zesde ure gekomen was, werd er duisternis over de gehele 1411 Mark 15:36 | 36 En er liep een, en vulde een spons 1412 Mark 15:40 | 40 En er waren ook vrouwen, van verre 1413 Luk 1:61 | En zij zeiden tot haar: Er is niemand in uw maagschap, 1414 Luk 1:65 | 65 En er kwam vrees over allen, die 1415 Luk 2:1 | in diezelfde dagen, dat er een gebod uitging van den 1416 Luk 2:8 | 8 En er waren herders in diezelfde 1417 Luk 2:13 | 13 En van stonde aan was er met den engel een menigte 1418 Luk 2:15 | ons zien het woord, dat er geschied is, hetwelk de 1419 Luk 2:25 | 25 En ziet, er was een mens te Jeruzalem, 1420 Luk 2:36 | 36 En er was Anna, een profetesse, 1421 Luk 3:12 | 12 En er kwamen ook tollenaars om 1422 Luk 3:22 | gelijk een duif; en dat er een stem geschiedde uit 1423 Luk 3:28 | van Elmodam, den zoon van Er, ~ 1424 Luk 4:4 | antwoordde hem, zeggende: Er is geschreven, dat de mens 1425 Luk 4:8 | weg van Mij, satan, want er is geschreven: Gij zult 1426 Luk 4:10 | 10 Want er is geschreven, dat Hij Zijn 1427 Luk 4:12 | antwoordende, zeide tot hem: Er is gezegd: Gij zult den 1428 Luk 4:25 | Ik zeg u in der waarheid: Er waren vele weduwen in Israel 1429 Luk 4:25 | maanden gesloten was, zodat er grote hongersnood werd over 1430 Luk 4:27 | 27 En er waren vele melaatsen in 1431 Luk 4:36 | 36 En er kwam een verbaasdheid over 1432 Luk 4:41 | 41 En er voeren ook duivelen uit 1433 Luk 5:12 | een dier steden was, ziet, er was een man vol melaatsheid; 1434 Luk 5:17 | dagen, dat Hij leerde, en er zaten Farizeen en leraars 1435 Luk 5:17 | de kracht des Heeren was er om hen te genezen. ~ 1436 Luk 5:29 | maaltijd aan, in zijn huis; en er was een grote schare van 1437 Luk 6:13 | discipelen tot Zich, en verkoos er twaalf uit hen, die Hij 1438 Luk 6:19 | zocht Hem aan te raken; want er ging kracht van Hem uit, 1439 Luk 7:21 | in dezelfde ure genas Hij er velen van ziekten en kwalen, 1440 Luk 8:17 | 17 Want er is niets verborgen, dat 1441 Luk 8:23 | voeren, viel Hij in slaap; en er kwam een storm van wind 1442 Luk 8:24 | watergolven, en zij hielden op, en er werd stilte. ~ 1443 Luk 8:41 | 41 En ziet, er kwam een man, wiens naam 1444 Luk 8:49 | Als Hij nog sprak, kwam er een van het huis des oversten 1445 Luk 9:14 | 14 Want er waren omtrent vijf duizend 1446 Luk 9:17 | werden allen verzadigd; en er werd opgenomen, hetgeen 1447 Luk 9:27 | 27 En Ik zeg u waarlijk: Er zijn sommigen dergenen, 1448 Luk 9:35 | 35 En er geschiedde een stem uit 1449 Luk 9:46 | 46 En er rees een overlegging onder 1450 Luk 11:8 | hem geven zoveel als hij er behoeft. ~ 1451 Luk 12:2 | 2 En er is niets bedekt, dat niet 1452 Luk 12:52 | 52 Want van nu aan zullen er vijf in een huis verdeeld 1453 Luk 12:54 | terstond zegt gijlieden: Er komt regen; en het geschiedt 1454 Luk 12:55 | ziet waaien, zo zegt gij: Er zal hitte zijn; en het geschiedt. ~ 1455 Luk 13:1 | 1 En er waren te dierzelfder tijd 1456 Luk 13:11 | 11 En ziet, er was een vrouw, die een geest 1457 Luk 13:14 | en zeide tot de schare: Er zijn zes dagen, in welke 1458 Luk 13:23 | 23 En er zeide een tot Hem: Heere, 1459 Luk 13:23 | een tot Hem: Heere, zijn er ook weinigen, die zalig 1460 Luk 13:29 | 29 En daar zullen er komen van Oosten en Westen, 1461 Luk 13:30 | 30 En ziet, er zijn laatsten, die de eersten 1462 Luk 13:30 | eersten zullen zijn; en er zijn eersten, die de laatsten 1463 Luk 13:31 | dienzelfden dage kwamen er enige Farizeen, zeggende 1464 Luk 14:2 | 2 En ziet, er was een zeker waterzuchtig 1465 Luk 14:16 | avondmaal, en hij noodde er velen. ~ 1466 Luk 14:22 | bevolen hebt, en nog is er plaats. ~ 1467 Luk 15:7 | 7 Ik zeg ulieden, dat er alzo blijdschap zal zijn 1468 Luk 15:10 | Alzo, zeg Ik ulieden, is er blijdschap voor de engelen 1469 Luk 15:14 | alles verteerd had, werd er een grote hongersnood in 1470 Luk 16:1 | ook tot Zijn discipelen: Er was een zeker rijk mens, 1471 Luk 16:19 | 19 En er was een zeker rijk mens, 1472 Luk 16:20 | 20 En er was een zeker bedelaar, 1473 Luk 16:31 | zij ook, al waren het, dat er iemand uit de doden opstond, 1474 Luk 17:1 | Het kan niet wezen, dat er geen ergernissen komen; 1475 Luk 17:18 | 18 En zijn er geen gevonden, die wederkeren, 1476 Luk 17:22 | zeide tot de discipelen: Er zullen dagen komen, wanneer 1477 Luk 18:2 | 2 Zeggende: Er was een zeker rechter in 1478 Luk 18:3 | 3 En er was een zekere weduwe in 1479 Luk 18:29 | Voorwaar, Ik zeg ulieden, dat er niemand is, die verlaten 1480 Luk 19:2 | 2 En zie, er was een man, met name geheten 1481 Luk 19:43 | 43 Want er zullen dagen over u komen, 1482 Luk 19:46 | 46 Zeggende tot hen: Er is geschreven: Mijn huis 1483 Luk 20:27 | tegensprekende zeggen, dat er geen opstanding is, en vraagden 1484 Luk 20:29 | 29 Er waren nu zeven broeders; 1485 Luk 21:6 | aangaat, die gij aanschouwt, er zullen dagen komen, in welke 1486 Luk 21:8 | wordt; want velen zullen er komen onder Mijn Naam, zeggende: 1487 Luk 21:11 | 11 En er zullen grote aardbevingen 1488 Luk 21:11 | hongersnoden, en pestilentien; er zullen ook schrikkelijke 1489 Luk 21:16 | vrienden; en zij zullen er sommigen uit u doden. ~ 1490 Luk 21:23 | vrouwen in die dagen, want er zal grote nood zijn in het 1491 Luk 21:25 | 25 En er zullen tekenen zijn in de 1492 Luk 22:24 | 24 En er werd ook twisting onder 1493 Luk 22:49 | bij Hem waren, ziende, wat er geschieden zou, zeiden tot 1494 Luk 23:15 | tot hem gezonden, en ziet, er is van Hem niets gedaan, 1495 Luk 23:29 | 29 Want ziet, er komen dagen, in welke men 1496 Luk 23:32 | 32 En er werden ook twee anderen, 1497 Luk 23:38 | 38 En er was ook een opschrift boven 1498 Luk 23:44 | omtrent de zesde ure, en er werd duisternis over de 1499 Luk 23:47 | hoofdman over honderd zag, wat er geschied was, verheerlijkte 1500 Luk 24:14 | van al deze dingen, die er gebeurd waren. ~


1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-1757

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License