1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33500 | 33501-34000 | 34001-34500 | 34501-35000 | 35001-35500 | 35501-36000 | 36001-36500 | 36501-37000 | 37001-37500 | 37501-38000 | 38001-38500 | 38501-39000 | 39001-39500 | 39501-40000 | 40001-40500 | 40501-41000 | 41001-41500 | 41501-42000 | 42001-42500 | 42501-43000 | 43001-43500 | 43501-44000 | 44001-44500 | 44501-45000 | 45001-45500 | 45501-46000 | 46001-46500 | 46501-46573
Book Chapter: Verse
5501 Lev 11:13 | de arend, en de havik, en de zeearend, ~
5502 Lev 11:14 | 14 En de gier, en de kraai, naar
5503 Lev 11:14 | 14 En de gier, en de kraai, naar haar aard; ~
5504 Lev 11:16 | 16 En de struis, en de nachtuil,
5505 Lev 11:16 | 16 En de struis, en de nachtuil, en de koekoek,
5506 Lev 11:16 | struis, en de nachtuil, en de koekoek, en de sperwer
5507 Lev 11:16 | nachtuil, en de koekoek, en de sperwer naar zijn aard; ~
5508 Lev 11:17 | 17 En de steenuil, en het duikertje,
5509 Lev 11:17 | 17 En de steenuil, en het duikertje, en de schuifuit, ~
5510 Lev 11:17 | steenuil, en het duikertje, en de schuifuit, ~
5511 Lev 11:18 | 18 En de kauw, en de roerdomp,
5512 Lev 11:18 | 18 En de kauw, en de roerdomp, en de pelikaan, ~
5513 Lev 11:18 | de kauw, en de roerdomp, en de pelikaan, ~
5514 Lev 11:19 | 19 En de ooievaar, de reiger naar
5515 Lev 11:19 | de reiger naar zijn aard, en de hop, en de vledermuis. ~
5516 Lev 11:19 | naar zijn aard, en de hop, en de vledermuis. ~
5517 Lev 11:22 | sprinkhaan naar zijn aard, en de solham naar zijn aard,
5518 Lev 11:22 | de solham naar zijn aard, en den hargol naar zijn aard,
5519 Lev 11:22 | den hargol naar zijn aard, en den hagab naar zijn aard. ~
5520 Lev 11:23 | 23 En alle kruipend gevogelte,
5521 Lev 11:24 | 24 En aan deze zult gij verontreinigd
5522 Lev 11:25 | zal zijn klederen wassen, en onrein zijn tot aan den
5523 Lev 11:26 | klove niet in tweeen klieft, en niet herkauwt, zal u onrein
5524 Lev 11:27 | 27 En al wat op zijn poten gaat
5525 Lev 11:28 | zal zijn klederen wassen, en onrein zijn tot aan den
5526 Lev 11:29 | onrein zijn: het wezeltje, en de muis, en de schildpad,
5527 Lev 11:29 | het wezeltje, en de muis, en de schildpad, naar haar
5528 Lev 11:30 | 30 En de zwijnegel, en de krokodil,
5529 Lev 11:30 | 30 En de zwijnegel, en de krokodil, en de hagedis,
5530 Lev 11:30 | zwijnegel, en de krokodil, en de hagedis, en de slak,
5531 Lev 11:30 | krokodil, en de hagedis, en de slak, en de mol; ~
5532 Lev 11:30 | de hagedis, en de slak, en de mol; ~
5533 Lev 11:32 | het water gestoken worden, en onrein zijn tot aan den
5534 Lev 11:33 | 33 En alle aarden vat, waarin
5535 Lev 11:33 | daarin is, zal onrein zijn, en gij zult dat breken. ~
5536 Lev 11:34 | zijn, die zal onrein zijn; en alle drank, die men drinkt,
5537 Lev 11:35 | 35 En waarop iets van hun dood
5538 Lev 11:35 | zal onrein zijn; de oven en de aarden pan zal verbroken
5539 Lev 11:37 | 37 En wanneer van hun dood aas
5540 Lev 11:38 | zaad gedaan zal worden, en van hun dood aas daarop
5541 Lev 11:39 | 39 En wanneer van de dieren, die
5542 Lev 11:40 | zal zijn klederen wassen, en onrein zijn tot aan den
5543 Lev 11:40 | zijn tot aan den avond; en die hun dood aas zal gedragen
5544 Lev 11:40 | zal zijn klederen wassen, en onrein zijn tot aan den
5545 Lev 11:42 | Al wat op zijn buik gaat, en al wat gaat op zijn vier
5546 Lev 11:43 | kruipend gedierte, dat kruipt; en verontreinigt u niet daaraan,
5547 Lev 11:44 | daarom zult gij u heiligen, en heilig zijn, dewijl Ik heilig
5548 Lev 11:44 | zijn, dewijl Ik heilig ben; en gij zult uw ziel niet verontreinigen
5549 Lev 11:45 | opdat Ik u tot een God zij, en opdat gij heilig zijt, dewijl
5550 Lev 11:46 | is de wet van de beesten, en van het gevogelte, en van
5551 Lev 11:46 | beesten, en van het gevogelte, en van alle levende ziel, die
5552 Lev 11:46 | zich roert in de wateren, en van alle ziel, die kruipt
5553 Lev 11:47 | onderscheiden tussen het onreine en tussen het reine, en tussen
5554 Lev 11:47 | onreine en tussen het reine, en tussen het gedierte, dat
5555 Lev 11:47 | gedierte, dat men eten, en tussen het gedierte, dat
5556 Lev 12:2 | een vrouw zaad gegeven, en een knechtje gebaard zal
5557 Lev 12:4 | 4Daarna zal zij drie en dertig dagen blijven in
5558 Lev 12:4 | heiligs zal zij aanroeren, en tot het heiligdom zal zij
5559 Lev 12:5 | afzondering; daarna zal zij zes en zestig dagen blijven in
5560 Lev 12:6 | eenjarig lam ten brandoffer, en een jonge duif, of tortelduif,
5561 Lev 12:7 | het aangezicht des HEEREN, en zal voor haar verzoening
5562 Lev 12:8 | nemen, een ten brandoffer, en een ten zondoffer; en depriester
5563 Lev 12:8 | brandoffer, en een ten zondoffer; en depriester zal voor haar
5564 Lev 13:1 | sprak de HEERE tot Mozes en tot Aaron, zeggende: ~
5565 Lev 13:3 | 3 En de priester zal de plaag
5566 Lev 13:3 | plaag in wit veranderd is, en het aanzien der plaag dieper
5567 Lev 13:4 | vel zijn vleses wit is, en haar aanzien niet dieper
5568 Lev 13:4 | niet dieper is dan het vel, en het haar niet in wit veranderd
5569 Lev 13:5 | kan, is staande gebleven, en de plaag in het vel niet
5570 Lev 13:6 | 6 En de priester zal hem andermaal
5571 Lev 13:6 | ziet, de plaag ingetrokken, en de plaag in het vel niet
5572 Lev 13:6 | het was een verzwering; en hij zal zijn klederen wassen,
5573 Lev 13:10 | in wit veranderd heeft, en gezondheid van levend vlees
5574 Lev 13:12 | 12 En zo de melaatsheid in het
5575 Lev 13:12 | het vel ganselijk uitbot, en de melaatsheid het gehele
5576 Lev 13:13 | 13 En de priester merken zal,
5577 Lev 13:16 | levende vlees verkeert, en in wit veranderd zal worden,
5578 Lev 13:19 | 19 En in de plaats van die zweer
5579 Lev 13:20 | aanzien lager is dan het vel, en derzelver haar in wit veranderd
5580 Lev 13:21 | geen wit haar daaraan is, en die niet lager dan het vel,
5581 Lev 13:24 | brand zal geweest zijn, en het gezonde van dien brand
5582 Lev 13:25 | 25 En de priester die gezien zal
5583 Lev 13:25 | blaar in wit veranderd is, en haar aanzien dieper is dan
5584 Lev 13:26 | blaar geen wit haar is, en zij niet lager dan het vel,
5585 Lev 13:30 | 30 En de priester die plaag zal
5586 Lev 13:30 | aanzien dieper is dan het vel, en geelachtig dun haar daarop
5587 Lev 13:31 | niet dieper is dan het vel, en geen zwart haar daarop is,
5588 Lev 13:32 | schurftheid niet uitgespreid, en daarop geen geelachtig haar
5589 Lev 13:33 | schurftheid zal hij niet scheren; en de priester zal hem, die
5590 Lev 13:34 | vel niet uitgespreid is, en haar aanzien niet dieper
5591 Lev 13:34 | priester hem rein verklaren; en hij zal zijn klederen wassen,
5592 Lev 13:34 | zal zijn klederen wassen, en rein zijn. ~
5593 Lev 13:36 | 36 En de priester hem zal bezien
5594 Lev 13:37 | kan, is staande gebleven, en zwart haar daarop gewassen
5595 Lev 13:39 | 39 En de priester zal gemerkt
5596 Lev 13:40 | 40 En als een man zijn hoofdhaar
5597 Lev 13:41 | 41 En zo van de zijde zijns aangezichts
5598 Lev 13:45 | plaag is, gescheurd zijn, en zijn hoofd zal ontbloot
5599 Lev 13:45 | hoofd zal ontbloot zijn, en hij zal de bovenste lip
5600 Lev 13:49 | 49 En die plaag aan het kleed,
5601 Lev 13:50 | 50 En de priester zal de plaag
5602 Lev 13:50 | priester zal de plaag bezien; en hij zal hetgeen de plaag
5603 Lev 13:54 | waaraan die plaag is, wasse, en hij zal dat andermaal zeven
5604 Lev 13:55 | gedaante niet veranderd heeft, en de plaag niet uitgespreid
5605 Lev 13:58 | andermaal gewassen worden, en het zal rein zijn. ~
5606 Lev 14:3 | 3 En de priester zal buiten het
5607 Lev 14:4 | mitsgaders cederenhout, en scharlaken, en hysop. ~
5608 Lev 14:4 | cederenhout, en scharlaken, en hysop. ~
5609 Lev 14:6 | levenden vogel zal hij nemen, en het cederhout, en het scharlaken,
5610 Lev 14:6 | nemen, en het cederhout, en het scharlaken, en den hysop;
5611 Lev 14:6 | cederhout, en het scharlaken, en den hysop; en zal die, en
5612 Lev 14:6 | scharlaken, en den hysop; en zal die, en den levenden
5613 Lev 14:6 | en den hysop; en zal die, en den levenden vogel dopen
5614 Lev 14:7 | 7 En hij zal over hem, die van
5615 Lev 14:7 | hij hem rein verklaren, en den levenden vogel in het
5616 Lev 14:8 | zal zijn klederen wassen, en al zijn haar afscheren,
5617 Lev 14:8 | al zijn haar afscheren, en zich in het water afwassen,
5618 Lev 14:9 | 9 En op den zevenden dag zal
5619 Lev 14:9 | zal afscheren, zijn hoofd, en zijn baard, en de wenkbrauwen
5620 Lev 14:9 | zijn hoofd, en zijn baard, en de wenkbrauwen zijner ogen;
5621 Lev 14:9 | haar zal hij afscheren, en al zijn klederen wassen,
5622 Lev 14:9 | al zijn klederen wassen, en zijn vlees met water baden,
5623 Lev 14:10 | 10 En op den achtsten dag zal
5624 Lev 14:10 | twee volkomen lammeren, en een eenjarig volkomen schaap
5625 Lev 14:10 | spijsoffer, met olie gemengd, en een log olie. ~
5626 Lev 14:11 | man, die te reinigen is, en die dingen, stellen voor
5627 Lev 14:12 | 12 En de priester zal dat ene
5628 Lev 14:12 | priester zal dat ene lam nemen, en hetzelve offeren tot een
5629 Lev 14:12 | schuldoffer met den log olie; en zal die ten beweegoffer
5630 Lev 14:13 | waar men het zondoffer en het brandoffer slacht, in
5631 Lev 14:14 | 14 En de priester zal van het
5632 Lev 14:14 | desgenen, die te reinigen is, en op den duim zijner rechterhand,
5633 Lev 14:14 | duim zijner rechterhand, en op den groten teen zijns
5634 Lev 14:15 | den log der olie nemen, en zal ze op des priesters
5635 Lev 14:16 | die in zijn linkerhand is, en zal met zijn vinger van
5636 Lev 14:17 | 17 En van het overige van die
5637 Lev 14:17 | desgenen, die te reinigen is, en op den duim zijner rechterhand,
5638 Lev 14:17 | duim zijner rechterhand, en op den groten teen zijns
5639 Lev 14:19 | het zondoffer bereiden, en voor hem, die van zijn onreinigheid
5640 Lev 14:19 | reinigen is, verzoening doen; en daarna zal hij het brandoffer
5641 Lev 14:20 | 20 En de priester zal dat brandoffer
5642 Lev 14:20 | priester zal dat brandoffer en dat spijsoffer op het altaar
5643 Lev 14:20 | verzoening voor hem doen, en hij zal rein zijn. ~
5644 Lev 14:21 | Maar indien hij arm is, en zijn hand dat niet bereikt,
5645 Lev 14:21 | gemengd, ten spijsoffer, en een log olie; ~
5646 Lev 14:22 | welker ene ten zondoffer, en een ten brandoffer zijn
5647 Lev 14:23 | 23 En hij zal die, op den achtsten
5648 Lev 14:24 | 24 En de priester zal het lam
5649 Lev 14:24 | het lam des schuldoffers, en den log der olie nemen;
5650 Lev 14:24 | den log der olie nemen; en de priester zal die ten
5651 Lev 14:25 | des schuldoffers slachten, en de priester zal van het
5652 Lev 14:25 | des schuldoffers nemen, en doen op het rechteroorlapje
5653 Lev 14:25 | desgenen, die te reinigen is, en op den duim zijner rechterhand,
5654 Lev 14:25 | duim zijner rechterhand, en op den groten teen zijns
5655 Lev 14:28 | 28 En de priester zal van de olie,
5656 Lev 14:28 | desgenen, die te reinigen is, en aan den duim zijner rechterhand,
5657 Lev 14:28 | duim zijner rechterhand, en aan den groten teen zijns
5658 Lev 14:29 | 29 En het overgeblevene van de
5659 Lev 14:31 | zal het een ten zondoffer, en het een ten brandoffer zijn,
5660 Lev 14:33 | sprak de HEERE tot Mozes en tot Aaron, zeggende: ~
5661 Lev 14:34 | tot bezitting geven zal, en Ik de plaag der melaatsheid
5662 Lev 14:35 | wien dat huis is, komen, en den priester te kennen geven,
5663 Lev 14:36 | 36 En de priester zal gebieden,
5664 Lev 14:36 | dat huis is, onrein worde; en daarna zal de priester komen,
5665 Lev 14:37 | of roodachtige kuiltjes, en hun aanzien lager is dan
5666 Lev 14:38 | aan de deur van het huis, en hij zal dat huis zeven dagen
5667 Lev 14:40 | die plaag is, uitbreken, en dezelve tot buiten de stad
5668 Lev 14:41 | 41 En dat huis zal hij rondom
5669 Lev 14:41 | van binnen doen schrabben, en zij zullen het stof, dat
5670 Lev 14:42 | zij andere stenen nemen, en in de plaats van gene stenen
5671 Lev 14:42 | van gene stenen brengen; en men zal ander leem nemen,
5672 Lev 14:42 | men zal ander leem nemen, en dat huis bestrijken. ~
5673 Lev 14:43 | indien die plaag wederkeert, en in dat huis uitbot, nadat
5674 Lev 14:43 | stenen uitgebroken heeft, en na het afschrabben van het
5675 Lev 14:43 | afschrabben van het huis, en nadat het zal bestreken
5676 Lev 14:45 | men dat huis, zijn stenen, en zijn hout even afbreken,
5677 Lev 14:45 | al het leem van het huis, en men zal het tot buiten de
5678 Lev 14:46 | 46 En die in dat huis gaat te
5679 Lev 14:48 | zal weder ingegaan zijn, en zal merken, dat, ziet, die
5680 Lev 14:49 | mitsgaders cederenhout, en scharlaken, en hysop. ~
5681 Lev 14:49 | cederenhout, en scharlaken, en hysop. ~
5682 Lev 14:50 | 50 En hij zal den enen vogel slachten
5683 Lev 14:51 | zal hij dat cederenhout, en dien hysop, en het scharlaken,
5684 Lev 14:51 | cederenhout, en dien hysop, en het scharlaken, en den levenden
5685 Lev 14:51 | hysop, en het scharlaken, en den levenden vogel nemen,
5686 Lev 14:51 | den levenden vogel nemen, en zal die in het bloed des
5687 Lev 14:51 | bloed des geslachten vogels en in het levende water dopen;
5688 Lev 14:51 | het levende water dopen; en hij zal dat huis zevenmaal
5689 Lev 14:52 | met het bloed des vogels, en met dat levend water, en
5690 Lev 14:52 | en met dat levend water, en met den levenden vogel,
5691 Lev 14:52 | met den levenden vogel, en met dat cederenhout, en
5692 Lev 14:52 | en met dat cederenhout, en met den hysop, en met het
5693 Lev 14:52 | cederenhout, en met den hysop, en met het scharlaken. ~
5694 Lev 14:53 | het huis verzoening doen, en het zal rein zijn. ~
5695 Lev 14:54 | alle plage der melaatsheid, en voor schurftheid; ~
5696 Lev 14:55 | 55 En voor melaatsheid der klederen,
5697 Lev 14:55 | melaatsheid der klederen, en der huizen; ~
5698 Lev 14:56 | Mitsgaders voor gezwel, en voor gezweer, en voor blaren; ~
5699 Lev 14:56 | gezwel, en voor gezweer, en voor blaren; ~
5700 Lev 14:57 | welken dag iets onrein, en op welken dag iets rein
5701 Lev 15:1 | sprak de HEERE tot Mozes en tot Aaron, zeggende: ~
5702 Lev 15:2 | tot de kinderen Israels, en zegt tot hen: Een ieder
5703 Lev 15:4 | liggen, zal onrein zijn, en alle tuig, waarop hij zal
5704 Lev 15:5 | zal zijn klederen wassen, en zich met water baden, en
5705 Lev 15:5 | en zich met water baden, en zal onrein zijn tot aan
5706 Lev 15:6 | 6 En die op dat tuig zit, waarop
5707 Lev 15:6 | zal zijn klederen wassen, en zich met water baden, en
5708 Lev 15:6 | en zich met water baden, en zal onrein zijn tot aan
5709 Lev 15:7 | 7 En die het vlees desgenen,
5710 Lev 15:7 | zal zijn klederen wassen, en zich met water baden, en
5711 Lev 15:7 | en zich met water baden, en onrein zijn tot aan den
5712 Lev 15:8 | hij zijn klederen wassen, en zal zich met water baden,
5713 Lev 15:8 | zal zich met water baden, en onrein zijn tot aan den
5714 Lev 15:10 | 10 En al wie iets aanroert, dat
5715 Lev 15:10 | zijn tot aan den avond; en die hetzelve draagt, zal
5716 Lev 15:10 | zal zijn klederen wassen, en zich met water baden, en
5717 Lev 15:10 | en zich met water baden, en onrein zijn tot aan den
5718 Lev 15:11 | zal zijn klederen wassen, en zich met water baden, en
5719 Lev 15:11 | en zich met water baden, en onrein zijn tot aan den
5720 Lev 15:13 | dagen voor zich tellen, en zijn klederen wassen, en
5721 Lev 15:13 | en zijn klederen wassen, en hij zal zijn vlees met levend
5722 Lev 15:14 | 14 En op den achtsten dag zal
5723 Lev 15:14 | twee jonge duiven nemen; en zal voor het aangezicht
5724 Lev 15:14 | tent der samenkomst komen, en zal ze den priester geven. ~
5725 Lev 15:15 | 15 En de priester zal die bereiden,
5726 Lev 15:15 | bereiden, een ten zondoffer, en een ten brandoffer; zo zal
5727 Lev 15:16 | ganse vlees met water baden, en onrein zijn tot aan den
5728 Lev 15:17 | 17 Ook alle kleed, en alle vel, aan hetwelk het
5729 Lev 15:17 | met water gewassen worden, en onrein zijn tot aan den
5730 Lev 15:18 | zij zich met water baden, en onrein zijn tot aan den
5731 Lev 15:19 | in haar afzondering zijn; en al wie haar aanroert, zal
5732 Lev 15:20 | 20 En al hetgeen, waarop zij in
5733 Lev 15:21 | 21 En al wie haar leger aanroert,
5734 Lev 15:21 | zal zijn klederen wassen, en zich met water baden, en
5735 Lev 15:21 | en zich met water baden, en onrein zijn tot aan den
5736 Lev 15:22 | zal zijn klederen wassen, en zich met water baden, en
5737 Lev 15:22 | en zich met water baden, en onrein zijn tot aan den
5738 Lev 15:26 | leger harer afzondering; en alle tuig, waarop zij zal
5739 Lev 15:27 | 27 En zo wie die dingen aanroert,
5740 Lev 15:27 | hij zijn klederen wassen, en zich met water baden, en
5741 Lev 15:27 | en zich met water baden, en onrein zijn tot aan den
5742 Lev 15:29 | 29 En op den achtsten dag zal
5743 Lev 15:29 | twee jonge duiven nemen, en zij zal die tot den priester
5744 Lev 15:30 | priester een ten zondoffer en een ten brandoffer bereiden;
5745 Lev 15:30 | ten brandoffer bereiden; en de priester zal voor haar,
5746 Lev 15:32 | desgenen, die den vloed heeft, en van wien het zaad der bijligging
5747 Lev 15:33 | vrouw in haar afzondering, en van degene, die van zijn
5748 Lev 15:33 | vloeiende, voor een man, en voor een vrouw; en voor
5749 Lev 15:33 | man, en voor een vrouw; en voor een man, die bij een
5750 Lev 16:1 | 1 En de HEERE sprak tot Mozes,
5751 Lev 16:1 | het aangezicht des HEEREN, en gestorven waren; ~
5752 Lev 16:3 | jong rund ten zondoffer, en een ram ten brandoffer. ~
5753 Lev 16:4 | heiligen linnen rok aandoen, en een linnen onderbroek zal
5754 Lev 16:4 | zal aan zijn vlees zijn, en met een linnen gordel zal
5755 Lev 16:4 | gordel zal hij zich gorden, en met een linnen hoed bedekken;
5756 Lev 16:5 | 5 En aan de vergadering der kinderen
5757 Lev 16:5 | geitenbokken ten zondoffer, en een ram ten brandoffer. ~
5758 Lev 16:6 | voor hem zal zijn, offeren, en zal voor zich en voor zijn
5759 Lev 16:6 | offeren, en zal voor zich en voor zijn huis verzoening
5760 Lev 16:7 | ook beide bokken nemen, en hij zal die stellen voor
5761 Lev 16:8 | 8 En Aaron zal de loten over
5762 Lev 16:8 | een lot voor den HEERE, en een lot voor den weggaanden
5763 Lev 16:9 | gekomen zijn, toebrengen, en zal hem ten zondoffer maken. ~
5764 Lev 16:11 | hemzelven zal zijn, toebrengen, en voor zichzelven en voor
5765 Lev 16:11 | toebrengen, en voor zichzelven en voor zijn huis verzoening
5766 Lev 16:11 | zijn huis verzoening doen, en zal den var des zondoffers,
5767 Lev 16:12 | het aangezicht des HEEREN, en zijn handen vol reukwerk
5768 Lev 16:12 | specerijen, klein gestoten; en hij zal het binnen den voorhang
5769 Lev 16:13 | 13 En hij zal dat reukwerk op
5770 Lev 16:13 | de getuigenis, bedekke, en dat hij niet sterve. ~
5771 Lev 16:14 | 14 En hij zal van het bloed van
5772 Lev 16:14 | bloed van den var nemen, en zal met zijn vinger op het
5773 Lev 16:14 | verzoendeksel oostwaarts sprengen; en voor het verzoendeksel zal
5774 Lev 16:15 | volk zal zijn, slachten, en zal zijn bloed tot binnen
5775 Lev 16:15 | in den voorhang dragen, en zal met zijn bloed doen,
5776 Lev 16:15 | van den var gedaan heeft, en zal dat sprengen op het
5777 Lev 16:15 | sprengen op het verzoendeksel, en voor het verzoendeksel. ~
5778 Lev 16:16 | onreinigheden der kinderen Israels, en vanwege hun overtredingen,
5779 Lev 16:16 | zonden, verzoening doen; en alzo zal hij doen aan de
5780 Lev 16:17 | 17 En geen mens zal in de tent
5781 Lev 16:17 | verzoening doen, voor zichzelven, en voor zijn huis, en voor
5782 Lev 16:17 | zichzelven, en voor zijn huis, en voor de gehele gemeente
5783 Lev 16:18 | des HEEREN is, uitkomen, en verzoening voor hetzelve
5784 Lev 16:18 | verzoening voor hetzelve doen; en hij zal van het bloed van
5785 Lev 16:18 | van het bloed van den var, en van het bloed van den bok
5786 Lev 16:18 | bloed van den bok nemen, en doen het rondom op de hoornen
5787 Lev 16:19 | 19 En hij zal daarop van dat bloed
5788 Lev 16:19 | vinger zevenmaal sprengen, en hij zal dat reinigen en
5789 Lev 16:19 | en hij zal dat reinigen en heiligen van de onreinigheden
5790 Lev 16:20 | hebben van het heilige, en de tent der samenkomst,
5791 Lev 16:20 | de tent der samenkomst, en het altaar te verzoenen,
5792 Lev 16:21 | 21 En Aaron zal beide zijn handen
5793 Lev 16:21 | den levenden bok leggen, en zal daarop al de ongerechtigheden
5794 Lev 16:21 | ongerechtigheden der kinderen Israels, en al hun overtredingen, naar
5795 Lev 16:21 | al hun zonden, belijden; en hij zal die op het hoofd
5796 Lev 16:21 | het hoofd des boks leggen, en zal hem door de hand eens
5797 Lev 16:22 | afgezonderd land wegdragen; en hij zal dien bok in de woestijn
5798 Lev 16:23 | de tent der samenkomst, en zal de linnen klederen uitdoen,
5799 Lev 16:23 | hij in het heilige ging, en hij zal ze daar laten. ~
5800 Lev 16:24 | 24 En hij zal zijn vlees in de
5801 Lev 16:24 | plaats met water baden, en zijn klederen aandoen; dan
5802 Lev 16:24 | aandoen; dan zal hij uitgaan, en zijn brandoffer, en het
5803 Lev 16:24 | uitgaan, en zijn brandoffer, en het brandoffer des volks
5804 Lev 16:24 | brandoffer des volks bereiden, en voor zich en voor het volk
5805 Lev 16:24 | volks bereiden, en voor zich en voor het volk verzoening
5806 Lev 16:26 | 26 En die den bok, welke een weggaande
5807 Lev 16:26 | zal zijn klederen wassen, en zijn vlees met water baden;
5808 Lev 16:26 | zijn vlees met water baden; en daarna zal hij in het leger
5809 Lev 16:27 | den var des zondoffers, en den bok des zondoffers,
5810 Lev 16:27 | doch hun vellen, hun vlees en hun mest zullen zij met
5811 Lev 16:28 | zal zijn klederen wassen, en zijn vlees met water baden;
5812 Lev 16:28 | zijn vlees met water baden; en daarna zal hij in het leger
5813 Lev 16:29 | 29 En dit zal voor u tot een eeuwige
5814 Lev 16:29 | uw zielen verootmoedigen, en geen werk doen, inboorling
5815 Lev 16:32 | 32 En de priester, dien men gezalfd,
5816 Lev 16:32 | priester, dien men gezalfd, en wiens hand men gevuld zal
5817 Lev 16:33 | heilige heiligdom verzoenen, en de tent der samenkomst,
5818 Lev 16:33 | de tent der samenkomst, en het altaar zal hij verzoenen;
5819 Lev 16:33 | desgelijks voor de priesteren, en voor al het volk der gemeente
5820 Lev 16:34 | 34 En dit zal u tot een eeuwige
5821 Lev 16:34 | jaars, verzoening te doen. En men deed, gelijk als de
5822 Lev 17:2 | 2 Spreek tot Aaron, en tot zijn zonen, en tot al
5823 Lev 17:2 | Aaron, en tot zijn zonen, en tot al de kinderen Israels,
5824 Lev 17:2 | al de kinderen Israels, en zeg tot hen: Dit is het
5825 Lev 17:4 | 4 En dezelve aan de deur van
5826 Lev 17:5 | samenkomst tot den priester, en dezelve tot dankofferen
5827 Lev 17:6 | 6 En de priester zal het bloed
5828 Lev 17:6 | der samenkomst, sprengen; en hij zal het vet aansteken,
5829 Lev 17:7 | 7 En zij zullen ook niet meer
5830 Lev 17:8 | ieder van het huis Israels, en van de vreemdelingen, die
5831 Lev 17:9 | 9 En dat tot de deur van de tent
5832 Lev 17:10 | 10 En een ieder uit het huis Israels,
5833 Lev 17:10 | ieder uit het huis Israels, en uit de vreemdelingen, die
5834 Lev 17:10 | Mijn aangezicht zetten, en zal die uit het midden haars
5835 Lev 17:13 | van de kinderen Israels en van de vreemdelingen, die
5836 Lev 17:13 | deszelfs bloed vergieten, en zal dat met stof bedekken. ~
5837 Lev 17:15 | 15 En alle ziel onder de inboorlingen
5838 Lev 17:15 | zal zijn klederen wassen, en zich met water baden, en
5839 Lev 17:15 | en zich met water baden, en onrein zijn tot aan den
5840 Lev 17:16 | indien hij die niet wast, en zijn vlees niet baadt, zo
5841 Lev 18:2 | tot de kinderen Israels en zeg tot hen: Ik ben de HEERE,
5842 Lev 18:3 | waarin gij gewoond hebt; en naar de werken des lands
5843 Lev 18:3 | brenge, zult gij niet doen, en zult in hun inzettingen
5844 Lev 18:4 | Mijn rechten zult gij doen, en Mijn inzettingen zult gij
5845 Lev 18:5 | 5 Ja, Mijn inzettingen en Mijn rechten zult gij houden;
5846 Lev 18:7 | zult de schaamte uws vaders en de schaamte uwer moeder
5847 Lev 18:17 | zult de schaamte ener vrouw en harer dochter niet ontdekken;
5848 Lev 18:20 | 20 En gij zult niet liggen bij
5849 Lev 18:21 | 21 En van uw zaad zult gij niet
5850 Lev 18:21 | door het vuur te doen gaan; en den Naam uws Gods zult gij
5851 Lev 18:25 | Zodat het land onrein is, en Ik over hetzelve zijn ongerechtigheid
5852 Lev 18:25 | ongerechtigheid bezoeke, en het land zijn inwoners uitspuwt. ~
5853 Lev 18:26 | gij zult Mijn inzettingen en Mijn rechten onderhouden,
5854 Lev 18:26 | Mijn rechten onderhouden, en van al die gruwelen niets
5855 Lev 18:27 | al deze gruwelen gedaan; en het land is onrein geworden. ~
5856 Lev 18:30 | voor u zijn gedaan geweest, en u daarmede niet verontreinigt;
5857 Lev 19:2 | vergadering der kinderen Israels, en zeg tot hen: Gij zult heilig
5858 Lev 19:3 | Want ieder zal zijn moeder en zijn vader vrezen, en Mijn
5859 Lev 19:3 | moeder en zijn vader vrezen, en Mijn sabbatten houden; Ik
5860 Lev 19:4 | tot de afgoden niet keren, en u geen gegoten goden maken;
5861 Lev 19:5 | 5 En wanneer gij een dankoffer
5862 Lev 19:6 | den dag van uw offeren, en des anderen daags, zal het
5863 Lev 19:7 | 7 En zo het op den derden dag
5864 Lev 19:8 | 8 En zo wie dat eet, zal zijn
5865 Lev 19:9 | niet ganselijk afoogsten, en dat van uw oogst op te zamelen
5866 Lev 19:10 | wijngaard niet nalezen, en de afgevallen bezien van
5867 Lev 19:10 | niet opzamelen; den arme en den vreemdeling zult gij
5868 Lev 19:11 | 11 Gij zult niet stelen, en gij zult niet liegen, noch
5869 Lev 19:14 | zult den dove niet vloeken, en voor het aangezicht des
5870 Lev 19:17 | naaste naarstiglijk berispen, en zult de zonde in hem niet
5871 Lev 19:19 | tweeerlei zaad bezaaien, en een kleed van tweeerlei
5872 Lev 19:20 | 20 En wanneer een man, door bijligging
5873 Lev 19:20 | is, bij den man versmaad, en geenszins gelost is, en
5874 Lev 19:20 | en geenszins gelost is, en haar geen vrijheid is gegeven;
5875 Lev 19:21 | 21 En hij zal zijn schuldoffer
5876 Lev 19:22 | 22 En de priester zal met den
5877 Lev 19:22 | HEEREN verzoening doen; en hem zal vergeving geschieden
5878 Lev 19:23 | land gekomen zult zijn, en alle geboomte ter spijze
5879 Lev 19:25 | 25 En in het vijfde jaar zult
5880 Lev 19:29 | opdat het land niet hoerere, en het land met schandelijke
5881 Lev 19:30 | zult Mijn sabbatten houden, en Mijn heiligdom zult gij
5882 Lev 19:31 | keren tot de waarzeggers, en tot de duivelskunstenaars;
5883 Lev 19:32 | grauwe haar zult gij opstaan, en zult het aangezicht des
5884 Lev 19:32 | aangezicht des ouden vereren; en gij zult vrezen voor uw
5885 Lev 19:33 | 33 En wanneer een vreemdeling
5886 Lev 19:36 | weegstenen, een rechte efa, en een rechte hin; Ik ben de
5887 Lev 19:37 | gij al Mijn inzettingen en al Mijn rechten onderhouden,
5888 Lev 19:37 | Mijn rechten onderhouden, en zult ze doen; Ik ben de
5889 Lev 20:3 | 3 En Ik zal Mijn aangezicht tegen
5890 Lev 20:3 | aangezicht tegen dien man zetten, en zal hem uit het midden zijns
5891 Lev 20:3 | Mijn heiligdom ontreinigen, en Mijn heiligen Naam ontheiligen
5892 Lev 20:4 | 4 En indien het volk des lands
5893 Lev 20:5 | aangezicht tegen dien man en tegen zijn huisgezin zetten,
5894 Lev 20:5 | tegen zijn huisgezin zetten, en Ik zal hem, en al degenen,
5895 Lev 20:5 | huisgezin zetten, en Ik zal hem, en al degenen, die hem nahoereren,
5896 Lev 20:6 | zich tot de waarzeggers en tot de duivelskunstenaars
5897 Lev 20:6 | aangezicht tegen die ziel zetten, en zal ze uit het midden haars
5898 Lev 20:7 | 7 Daarom heiligt u, en weest heilig; want Ik ben
5899 Lev 20:8 | 8 En onderhoudt Mijn inzettingen,
5900 Lev 20:8 | onderhoudt Mijn inzettingen, en doet dezelve; Ik ben de
5901 Lev 20:10 | gedood worden, de overspeler en de overspeelster. ~
5902 Lev 20:11 | 11 En een man, die bij zijns vaders
5903 Lev 20:14 | 14 En wanneer een man een vrouw
5904 Lev 20:14 | wanneer een man een vrouw en haar moeder zal genomen
5905 Lev 20:14 | schandelijke daad; men zal hem, en diezelve met vuur verbranden,
5906 Lev 20:16 | hebben, zo zult gij die vrouw en dat beest doden; zij zullen
5907 Lev 20:17 | 17 En als een man zijn zuster,
5908 Lev 20:17 | moeder, zal genomen hebben, en hij haar schaamte gezien,
5909 Lev 20:17 | hij haar schaamte gezien, en zij zijn schaamte zal gezien
5910 Lev 20:18 | 18 En als een man bij een vrouw,
5911 Lev 20:18 | krankheid heeft, zal gelegen en haar schaamte ontdekt, haar
5912 Lev 20:18 | haar fontein ontbloot, en zij zelve de fontein haars
5913 Lev 20:19 | van de zuster uwer moeder, en van de zuster uws vaders
5914 Lev 20:21 | 21 En wanneer een man zijns broeders
5915 Lev 20:22 | dan al Mijn inzettingen en al Mijn rechten, en doet
5916 Lev 20:22 | inzettingen en al Mijn rechten, en doet dezelve; opdat u dat
5917 Lev 20:23 | 23 En wandelt niet in de inzettingen
5918 Lev 20:24 | 24 En Ik heb u gezegd: Gij zult
5919 Lev 20:24 | land erfelijk bezitten, en Ik zal u dat geven, opdat
5920 Lev 20:24 | land vloeiende van melk en honig; Ik ben de HEERE,
5921 Lev 20:25 | onderscheid maken tussen reine en onreine beesten, en tussen
5922 Lev 20:25 | reine en onreine beesten, en tussen het onreine en reine
5923 Lev 20:25 | beesten, en tussen het onreine en reine gevogelte; en gij
5924 Lev 20:25 | onreine en reine gevogelte; en gij zult uw zielen niet
5925 Lev 20:25 | verfoeilijk maken aan de beesten en aan het gevogelte, en aan
5926 Lev 20:25 | beesten en aan het gevogelte, en aan al wat op den aardbodem
5927 Lev 20:26 | 26 En gij zult Mij heilig zijn,
5928 Lev 20:26 | Ik, de HEERE, ben heilig; en Ik heb u van de volken afgezonderd,
5929 Lev 20:27 | 27 Als nu een man en vrouw in zich een waarzeggenden
5930 Lev 21:1 | priesters, de zonen van Aaron, en zeg tot hen: Over een dode
5931 Lev 21:2 | bestaat, over zijn moeder en over zijn vader, en over
5932 Lev 21:2 | moeder en over zijn vader, en over zijn zoon, en over
5933 Lev 21:2 | vader, en over zijn zoon, en over zijn dochter, en over
5934 Lev 21:2 | zoon, en over zijn dochter, en over zijn broeder. ~
5935 Lev 21:3 | 3 En over zijn zuster, die maagd
5936 Lev 21:5 | hoofd geen kaalheid maken, en zullen den hoek van hun
5937 Lev 21:5 | hun baard niet afscheren, en in hun vlees zullen zij
5938 Lev 21:6 | zullen hun God heilig zijn, en den Naam huns Gods zullen
5939 Lev 21:10 | 10 En hij, die de hogepriester
5940 Lev 21:10 | de zalfolie gegoten is, en wiens hand men gevuld heeft,
5941 Lev 21:11 | komen; zelfs over zijn vader en over zijn moeder zal hij
5942 Lev 21:12 | 12 En uit het heiligdom zal hij
5943 Lev 21:15 | 15 En hij zal zijn zaad onder
5944 Lev 21:22 | de allerheiligste dingen, en van de heilige dingen, zal
5945 Lev 21:23 | voorhang zal hij niet komen, en tot het altaar niet toetreden,
5946 Lev 21:24 | 24 En Mozes sprak zulks tot Aaron
5947 Lev 21:24 | Mozes sprak zulks tot Aaron en tot zijn zonen, en tot al
5948 Lev 21:24 | Aaron en tot zijn zonen, en tot al de kinderen Israels. ~
5949 Lev 22:2 | 2 Spreek tot Aaron en tot zijn zonen, dat zij
5950 Lev 22:6 | zijn tot aan den avond, en hij zal van die heilige
5951 Lev 22:7 | dan zal hij rein zijn; en daarna zal hij van die heilige
5952 Lev 22:8 | 8 Het dode aas, en het verscheurde zal hij
5953 Lev 22:9 | geen zonde daarover dragen en daarin sterven, als zij
5954 Lev 22:10 | bijwoner des priesters, en een dagloner, zullen het
5955 Lev 22:11 | hebben, die zal daarvan eten; en de ingeborene van zijn huis,
5956 Lev 22:13 | een verstotene zal zijn, en geen zaad hebben, en tot
5957 Lev 22:13 | zijn, en geen zaad hebben, en tot haars vaders huis, als
5958 Lev 22:14 | 14 En wanneer iemand het heilige
5959 Lev 22:14 | deel daarboven toedoen, en zal het den priester met
5960 Lev 22:16 | 16 En hen doen dragen de ongerechtigheid
5961 Lev 22:18 | 18 Spreek tot Aaron, en tot zijn zonen, en tot al
5962 Lev 22:18 | Aaron, en tot zijn zonen, en tot al de kinderen Israels,
5963 Lev 22:18 | al de kinderen Israels, en zeg tot hen: Zo wie uit
5964 Lev 22:18 | uit het huis van Israel, en uit de vreemdelingen in
5965 Lev 22:18 | offeren naar al hun geloften, en naar al hun vrijwillige
5966 Lev 22:21 | 21 En als iemand een dankoffer
5967 Lev 22:22 | den HEERE niet offeren, en daarvan zult gij den HEERE
5968 Lev 22:27 | daarna, van den achtsten dag en daarover, zal hij aangenaam
5969 Lev 22:28 | een os, of klein vee, hem en zijn jong, op een dag niet
5970 Lev 22:29 | 29 En als gij een lofoffer den
5971 Lev 22:31 | gij Mijn geboden houden, en dezelve doen; Ik ben de
5972 Lev 22:32 | 32 En gij zult Mijn heiligen Naam
5973 Lev 22:37 | 6 En op den vijftienden dag der
5974 Lev 22:39 | vuuroffer den HEERE offeren; en op den zevenden dag zal
5975 Lev 22:40 | 9 En de HEERE sprak tot Mozes,
5976 Lev 22:41 | tot de kinderen Israels, en zeg tot hen: Als gij in
5977 Lev 22:41 | hetwelk Ik u geven zal, en gij zijn oogst zult inoogsten,
5978 Lev 22:42 | 11 En hij zal die garf voor het
5979 Lev 22:44 | 13 En zijn spijsoffer twee tienden
5980 Lev 22:44 | tot een liefelijken reuk; en zijn drankoffer van wijn,
5981 Lev 22:45 | 14 En gij zult geen brood, noch
5982 Lev 22:49 | volkomen eenjarige lammeren, en een var, het jong van een
5983 Lev 22:49 | het jong van een rund, en twee rammen offeren; zij
5984 Lev 22:49 | zijn, met hun spijsoffer en hun drankofferen, een vuuroffer,
5985 Lev 22:50 | geitenbok ten zondoffer, en twee eenjarige lammeren
5986 Lev 22:52 | 21 En gij zult op dienzelfden
5987 Lev 22:53 | niet ganselijk afmaaien, en de opzameling van uw oogst
5988 Lev 22:53 | opzamelen; voor den arme en voor den vreemdeling zult
5989 Lev 22:54 | 23 En de HEERE sprak tot Mozes,
5990 Lev 22:58 | uw zielen verootmoedigen, en zult den HEERE een vuuroffer
5991 Lev 22:59 | 28 En op dienzelven dag zult gij
5992 Lev 22:64 | 33 En de HEERE sprak tot Mozes,
5993 Lev 22:67 | heilige samenroeping hebben, en zult den HEERE vuuroffer
5994 Lev 22:68 | HEERE vuuroffer, brandoffer en spijsoffer, slachtoffer
5995 Lev 22:68 | spijsoffer, slachtoffer en drankofferen, elk dagelijks
5996 Lev 22:69 | de sabbatten des HEEREN, en behalve uw gaven, en behalve
5997 Lev 22:69 | HEEREN, en behalve uw gaven, en behalve al uw geloften,
5998 Lev 22:69 | behalve al uw geloften, en behalve al uw vrijwillige
5999 Lev 22:70 | eersten dag zal er rust zijn, en op den achtsten dag zal
6000 Lev 22:71 | 40 En op den eersten dag zult
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33500 | 33501-34000 | 34001-34500 | 34501-35000 | 35001-35500 | 35501-36000 | 36001-36500 | 36501-37000 | 37001-37500 | 37501-38000 | 38001-38500 | 38501-39000 | 39001-39500 | 39501-40000 | 40001-40500 | 40501-41000 | 41001-41500 | 41501-42000 | 42001-42500 | 42501-43000 | 43001-43500 | 43501-44000 | 44001-44500 | 44501-45000 | 45001-45500 | 45501-46000 | 46001-46500 | 46501-46573 |