Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
emmaus 1
emmer 1
emmeren 1
en 46573
en-dor 1
en-eglaim 1
en-gannim 3
Frequency    [«  »]
-----
-----
-----
46573 en
33382 de
19256 van
18165 het

Bijbel

IntraText - Concordances

en

1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33500 | 33501-34000 | 34001-34500 | 34501-35000 | 35001-35500 | 35501-36000 | 36001-36500 | 36501-37000 | 37001-37500 | 37501-38000 | 38001-38500 | 38501-39000 | 39001-39500 | 39501-40000 | 40001-40500 | 40501-41000 | 41001-41500 | 41501-42000 | 42001-42500 | 42501-43000 | 43001-43500 | 43501-44000 | 44001-44500 | 44501-45000 | 45001-45500 | 45501-46000 | 46001-46500 | 46501-46573

      Book Chapter: Verse
40501 Luk 22:5 | 5 En zij waren verblijd, en zijn 40502 Luk 22:5 | 5 En zij waren verblijd, en zijn het eens geworden, 40503 Luk 22:6 | 6 En hij beloofde het, en zocht 40504 Luk 22:6 | 6 En hij beloofde het, en zocht gelegenheid, om Hem 40505 Luk 22:7 | 7 En de dag der ongehevelde broden 40506 Luk 22:8 | 8 En Hij zond Petrus en Johannes 40507 Luk 22:8 | 8 En Hij zond Petrus en Johannes uit, zeggende: 40508 Luk 22:8 | uit, zeggende: Gaat heen, en bereidt ons het pascha, 40509 Luk 22:9 | 9 En zij zeiden tot Hem: Waar 40510 Luk 22:10 | 10 En Hij zeide tot hen: Ziet, 40511 Luk 22:11 | 11 En gij zult zeggen tot den 40512 Luk 22:12 | 12 En hij zal u een grote toegeruste 40513 Luk 22:13 | 13 En zij, heengaande, vonden 40514 Luk 22:13 | gelijk Hij hun gezegd had, en bereidden het pascha. ~ 40515 Luk 22:14 | 14 En als de ure gekomen was, 40516 Luk 22:14 | gekomen was, zat Hij aan, en de twaalf apostelen met 40517 Luk 22:15 | 15 En Hij zeide tot hen: Ik heb 40518 Luk 22:17 | 17 En als Hij een drinkbeker genomen 40519 Luk 22:17 | drinkbeker genomen had, en gedankt had, zeide Hij: 40520 Luk 22:17 | zeide Hij: Neemt dezen, en deelt hem onder ulieden. ~ 40521 Luk 22:19 | 19 En Hij nam brood, en als Hij 40522 Luk 22:19 | 19 En Hij nam brood, en als Hij gedankt had, brak 40523 Luk 22:19 | gedankt had, brak Hij het, en gaf het hun, zeggende: Dat 40524 Luk 22:22 | 22 En de Zoon des mensen gaat 40525 Luk 22:23 | 23 En zij begonnen onder elkander 40526 Luk 22:24 | 24 En er werd ook twisting onder 40527 Luk 22:25 | 25 En Hij zeide tot hen: De koningen 40528 Luk 22:25 | volken heersen over hen; en die macht over hen hebben, 40529 Luk 22:26 | die zij gelijk de minste, en die voorganger is, als een 40530 Luk 22:28 | 28 En gij zijt degenen, die met 40531 Luk 22:29 | 29 En Ik verordineer u het Koninkrijk, 40532 Luk 22:30 | 30 Opdat gij eet en drinkt aan Mijn tafel in 40533 Luk 22:30 | tafel in Mijn Koninkrijk, en zit op tronen, oordelende 40534 Luk 22:31 | 31 En de Heere zeide: Simon, Simon, 40535 Luk 22:32 | uw geloof niet ophoude; en gij, als gij eens zult bekeerd 40536 Luk 22:33 | 33 En hij zeide tot Hem: Heere, 40537 Luk 22:33 | met U ook in de gevangenis en in den dood te gaan. ~ 40538 Luk 22:35 | 35 En Hij zeide tot hen: Als Ik 40539 Luk 22:35 | uitzond, zonder buidel, en male, en schoenen, heeft 40540 Luk 22:35 | zonder buidel, en male, en schoenen, heeft u ook iets 40541 Luk 22:35 | heeft u ook iets ontbroken? En zij zeiden: Niets. ~ 40542 Luk 22:36 | desgelijks ook een male; en die geen heeft, die verkope 40543 Luk 22:36 | die verkope zijn kleed, en kope een zwaard. ~ 40544 Luk 22:37 | volbracht worden, namelijk: En Hij is met de misdadigen 40545 Luk 22:38 | 38 En zij zeiden: Heere! zie hier 40546 Luk 22:38 | zie hier twee zwaarden. En Hij zeide tot hen: Het is 40547 Luk 22:39 | 39 En uitgaande, vertrok Hij, 40548 Luk 22:39 | was, naar den Olijfberg; en Hem volgden ook Zijn discipelen. ~ 40549 Luk 22:40 | 40 En als Hij aan die plaats gekomen 40550 Luk 22:41 | 41 En Hij scheidde Zich van hen 40551 Luk 22:41 | omtrent een steenworp; en knielde neder en bad, ~ 40552 Luk 22:41 | steenworp; en knielde neder en bad, ~ 40553 Luk 22:43 | 43 En van Hem werd gezien een 40554 Luk 22:44 | 44 En in zwaren strijd zijnde, 40555 Luk 22:44 | zijnde, bad Hij te ernstiger. En zijn zweet werd gelijk grote 40556 Luk 22:45 | 45 En als Hij van het gebed opgestaan 40557 Luk 22:45 | Hij tot Zijn discipelen, en vond hen slapende van droefheid. ~ 40558 Luk 22:46 | 46 En Hij zeide tot hen: Wat slaapt 40559 Luk 22:46 | Wat slaapt gij? Staat op en bidt, opdat gij niet in 40560 Luk 22:47 | 47 En als Hij nog sprak, ziet 40561 Luk 22:47 | sprak, ziet daar een schare; en een van de twaalven, die 40562 Luk 22:47 | was Judas, ging hun voor, en kwam bij Jezus, om Hem te 40563 Luk 22:48 | 48 En Jezus zeide tot hem: Judas, 40564 Luk 22:49 | 49 En die bij Hem waren, ziende, 40565 Luk 22:50 | 50 En een uit hen sloeg den dienstknecht 40566 Luk 22:50 | dienstknecht des hogepriesters, en hieuw hem zijn rechteroor 40567 Luk 22:51 | 51 En Jezus, antwoordende, zeide: 40568 Luk 22:51 | hen tot hiertoe geworden; en raakte zijn oor aan, en 40569 Luk 22:51 | en raakte zijn oor aan, en heelde hem. ~ 40570 Luk 22:52 | 52 En Jezus zeide tot de overpriesters, 40571 Luk 22:52 | zeide tot de overpriesters, en de hoofdmannen des tempels, 40572 Luk 22:52 | hoofdmannen des tempels, en ouderlingen, die tegen Hem 40573 Luk 22:52 | gij uitgegaan met zwaarden en stokken als tegen een moordenaar? ~ 40574 Luk 22:53 | uitgestoken; maar dit is uw ure, en de macht der duisternis. ~ 40575 Luk 22:54 | 54 En zij grepen Hem en leidden 40576 Luk 22:54 | 54 En zij grepen Hem en leidden Hem weg, en brachten 40577 Luk 22:54 | Hem en leidden Hem weg, en brachten Hem in het huis 40578 Luk 22:54 | huis des hogepriesters. En Petrus volgde van verre. ~ 40579 Luk 22:55 | 55 En als zij vuur ontstoken hadden 40580 Luk 22:55 | het midden van de zaal, en zij te zamen nederzaten, 40581 Luk 22:56 | 56 En een zekere dienstmaagd, 40582 Luk 22:56 | hem bij het vuur zitten, en haar ogen op hem houdende, 40583 Luk 22:58 | 58 En kort daarna een ander, hem 40584 Luk 22:59 | 59 En als het omtrent een uur 40585 Luk 22:60 | weet niet, wat gij zegt. En terstond, als hij nog sprak, 40586 Luk 22:61 | 61 En de Heere, Zich omkerende, 40587 Luk 22:61 | omkerende, zag Petrus aan; en Petrus werd indachtig het 40588 Luk 22:62 | 62 En Petrus, naar buiten gaande, 40589 Luk 22:63 | 63 En de mannen, die Jezus hielden, 40590 Luk 22:63 | hielden, bespotten Hem, en sloegen Hem. ~ 40591 Luk 22:64 | 64 En als zij Hem overdekt hadden, 40592 Luk 22:64 | zij Hem op het aangezicht, en vraagden Hem, zeggende: 40593 Luk 22:65 | 65 En vele andere dingen zeiden 40594 Luk 22:66 | 66 En als het dag geworden was, 40595 Luk 22:66 | de ouderlingen des volks, en de overpriesters en Schriftgeleerden, 40596 Luk 22:66 | volks, en de overpriesters en Schriftgeleerden, en brachten 40597 Luk 22:66 | overpriesters en Schriftgeleerden, en brachten Hem in hun raad, ~ 40598 Luk 22:67 | de Christus, zeg het ons. En Hij zeide tot hen: Indien 40599 Luk 22:68 | 68 En indien Ik ook vraag, gij 40600 Luk 22:70 | 70 En zij zeiden allen: Zijt Gij 40601 Luk 22:70 | Zijt Gij dan de Zoon Gods? En Hij zeide tot hen: Gij zegt, 40602 Luk 22:71 | 71 En zij zeiden: Wat hebben wij 40603 Luk 23:1 | 1 En de gehele menigte van hen 40604 Luk 23:1 | menigte van hen stond op, en leidde Hem tot Pilatus. ~ 40605 Luk 23:2 | 2 En zij begonnen Hem te beschuldigen, 40606 Luk 23:2 | Deze het volk verkeert, en verbiedt den keizer schattingen 40607 Luk 23:3 | 3 En Pilatus vraagde Hem, zeggende: 40608 Luk 23:3 | Gij de Koning der Joden? En Hij antwoordde hem en zeide: 40609 Luk 23:3 | Joden? En Hij antwoordde hem en zeide: Gij zegt het. ~ 40610 Luk 23:4 | 4 En Pilatus zeide tot de overpriesters 40611 Luk 23:4 | zeide tot de overpriesters en de scharen: Ik vind geen 40612 Luk 23:5 | 5 En zij hielden te sterker aan, 40613 Luk 23:7 | 7 En verstaande, dat Hij uit 40614 Luk 23:8 | 8 En als Herodes Jezus zag, werd 40615 Luk 23:8 | hij veel van Hem hoorde; en hoopte enig teken te zien, 40616 Luk 23:9 | 9 En hij vraagde Hem met vele 40617 Luk 23:10 | 10 En de overpriesters en de Schriftgeleerden 40618 Luk 23:10 | 10 En de overpriesters en de Schriftgeleerden stonden, 40619 Luk 23:10 | Schriftgeleerden stonden, en beschuldigden Hem heftiglijk. ~ 40620 Luk 23:11 | 11 En Herodes met zijn krijgslieden 40621 Luk 23:11 | krijgslieden Hem veracht en bespot hebbende, deed Hem 40622 Luk 23:11 | een blinkend kleed aan, en zond Hem weder tot Pilatus. ~ 40623 Luk 23:12 | 12 En op denzelfde dag werden 40624 Luk 23:12 | denzelfde dag werden Pilatus en Herodes vrienden met elkander; 40625 Luk 23:13 | 13 En als Pilatus de overpriesters, 40626 Luk 23:13 | Pilatus de overpriesters, en de oversten, en het volk 40627 Luk 23:13 | overpriesters, en de oversten, en het volk bijeengeroepen 40628 Luk 23:14 | het volk afkerig maakt; en ziet, ik heb Hem in uw tegenwoordigheid 40629 Luk 23:14 | tegenwoordigheid ondervraagd, en heb in dezen Mens geen schuld 40630 Luk 23:15 | ulieden tot hem gezonden, en ziet, er is van Hem niets 40631 Luk 23:16 | zal ik Hem dan kastijden en loslaten. ~ 40632 Luk 23:17 | 17 En hij moest hun op het feest 40633 Luk 23:18 | zeggende: Weg met Dezen, en laat ons Bar-abbas los. ~ 40634 Luk 23:19 | in de stad geschied was, en om een doodslag, in de gevangenis 40635 Luk 23:22 | 22 En hij zeide ten derden male 40636 Luk 23:22 | zal ik Hem dan kastijden en loslaten. ~ 40637 Luk 23:23 | Hij zou gekruist worden; en hun en der overpriesteren 40638 Luk 23:23 | gekruist worden; en hun en der overpriesteren geroep 40639 Luk 23:24 | 24 En Pilatus oordeelde, dat hun 40640 Luk 23:25 | 25 En hij liet hun los dengene, 40641 Luk 23:25 | los dengene, die om oproer en doodslag in de gevangenis 40642 Luk 23:26 | 26 En als zij Hem wegleidden, 40643 Luk 23:26 | komende van den akker, en legden hem het kruis op, 40644 Luk 23:27 | 27 En een grote menigte van volk 40645 Luk 23:27 | een grote menigte van volk en van vrouwen volgde Hem, 40646 Luk 23:27 | volgde Hem, welke ook weenden en Hem beklaagden. ~ 40647 Luk 23:28 | 28 En Jezus, Zich tot haar kerende 40648 Luk 23:28 | maar weent over uzelven, en over uw kinderen. ~ 40649 Luk 23:29 | Zalig zijn de onvruchtbaren, en de buiken, die niet gebaard 40650 Luk 23:29 | die niet gebaard hebben, en de borsten, die niet gezoogd 40651 Luk 23:30 | de bergen: Valt op ons; en tot de heuvelen: Bedekt 40652 Luk 23:32 | 32 En er werden ook twee anderen, 40653 Luk 23:33 | 33 En toen zij kwamen op de plaats 40654 Luk 23:33 | kruisigden zij Hem aldaar, en de kwaaddoeners, den een 40655 Luk 23:33 | den een ter rechter zijde en den ander ter linker zijde. ~ 40656 Luk 23:34 | 34 En Jezus zeide: Vader, vergeef 40657 Luk 23:34 | weten niet, wat zij doen. En verdelende Zijn klederen, 40658 Luk 23:35 | 35 En het volk stond en zag het 40659 Luk 23:35 | 35 En het volk stond en zag het aan. En ook de oversten 40660 Luk 23:35 | volk stond en zag het aan. En ook de oversten met hen 40661 Luk 23:36 | 36 En ook de krijgsknechten, tot 40662 Luk 23:36 | komende, bespotten Hem, en brachten Hem edik; ~ 40663 Luk 23:37 | 37 En zeiden: Indien gij de Koning 40664 Luk 23:38 | 38 En er was ook een opschrift 40665 Luk 23:38 | geschreven, met Griekse, en Romeinse en Hebreeuwse letters: 40666 Luk 23:38 | met Griekse, en Romeinse en Hebreeuwse letters: DEZE 40667 Luk 23:39 | 39 En een der kwaaddoeners, die 40668 Luk 23:39 | Christus zijt, verlos Uzelven en ons. ~ 40669 Luk 23:41 | 41 En wij toch rechtvaardiglijk; 40670 Luk 23:42 | 42 En hij zeide tot Jezus: Heere, 40671 Luk 23:43 | 43 En Jezus zeide tot hem: Voorwaar, 40672 Luk 23:44 | 44 En het was omtrent de zesde 40673 Luk 23:44 | was omtrent de zesde ure, en er werd duisternis over 40674 Luk 23:45 | 45 En de zon werd verduisterd, 40675 Luk 23:45 | de zon werd verduisterd, en het voorhangsel des tempels 40676 Luk 23:46 | 46 En Jezus, roepende met grote 40677 Luk 23:46 | handen beveel Ik Mijn geest. En als Hij dat gezegd had, 40678 Luk 23:47 | verheerlijkte hij God, en zeide: Waarlijk, deze Mens 40679 Luk 23:48 | 48 En al de scharen, die samengekomen 40680 Luk 23:49 | 49 En al Zijn bekenden stonden 40681 Luk 23:49 | gevolgd waren van Galilea, en zagen dit aan. ~ 40682 Luk 23:50 | 50 En zie, een man, met name Jozef, 40683 Luk 23:50 | een raadsheer, een goed en rechtvaardig man, ~ 40684 Luk 23:51 | mede bewilligd in hun raad en handel) van Arimathea, een 40685 Luk 23:51 | Arimathea, een stad der Joden, en die ook zelf het Koninkrijk 40686 Luk 23:52 | 52 Deze ging tot Pilatus, en begeerde het lichaam van 40687 Luk 23:53 | 53 En als hij hetzelve afgenomen 40688 Luk 23:53 | dat in een fijn lijnwaad, en legde het in een graf, in 40689 Luk 23:54 | 54 En het was de dag der voorbereiding, 40690 Luk 23:54 | de dag der voorbereiding, en de sabbat kwam aan. 40691 Luk 23:55 | 55 En ook de vrouwen, die met 40692 Luk 23:55 | uit Galilea, volgden na en aanschouwden het graf, en 40693 Luk 23:55 | en aanschouwden het graf, en hoe Zijn lichaam gelegd 40694 Luk 23:56 | 56 En wedergekeerd zijnde, bereidden 40695 Luk 23:56 | bereidden zij specerijen en zalven; en op den sabbat 40696 Luk 23:56 | zij specerijen en zalven; en op den sabbat rustten zij 40697 Luk 24:1 | 1 En op den eersten dag der week, 40698 Luk 24:1 | die zij bereid hadden, en sommigen met haar. ~ 40699 Luk 24:2 | 2 En zij vonden den steen afgewenteld 40700 Luk 24:3 | 3 En ingegaan zijnde, vonden 40701 Luk 24:4 | 4 En het geschiedde, als zij 40702 Luk 24:5 | 5 En als zij zeer bevreesd werden, 40703 Luk 24:5 | zij zeer bevreesd werden, en het aangezicht naar de aarde 40704 Luk 24:7 | handen der zondige mensen, en gekruisigd worden, en ten 40705 Luk 24:7 | mensen, en gekruisigd worden, en ten derden dage wederopstaan. ~ 40706 Luk 24:8 | 8 En zij werden indachtig Zijner 40707 Luk 24:9 | 9 En wedergekeerd zijnde van 40708 Luk 24:9 | deze dingen aan de elven, en aan al de anderen. ~ 40709 Luk 24:10 | 10 En deze waren Maria Magdalena, 40710 Luk 24:10 | deze waren Maria Magdalena, en Johanna, en Maria, de moeder 40711 Luk 24:10 | Maria Magdalena, en Johanna, en Maria, de moeder van Jakobus, 40712 Luk 24:10 | de moeder van Jakobus, en de andere met haar, die 40713 Luk 24:11 | 11 En haar woorden schenen voor 40714 Luk 24:11 | voor hen als ijdel geklap, en zij geloofden haar niet. ~ 40715 Luk 24:12 | opstaande, liep tot het graf, en nederbukkende, zag hij de 40716 Luk 24:12 | doeken, liggende alleen, en ging weg, zich verwonderende 40717 Luk 24:13 | 13 En zie, twee van hen gingen 40718 Luk 24:14 | 14 En zij spraken samen onder 40719 Luk 24:15 | 15 En het geschiedde, terwijl 40720 Luk 24:15 | terwijl zij samen spraken, en elkander ondervraagden, 40721 Luk 24:15 | Jezus Zelf bij hen kwam, en met hen ging. ~ 40722 Luk 24:16 | 16 En hun ogen werden gehouden, 40723 Luk 24:17 | 17 En Hij zeide tot hen: Wat redenen 40724 Luk 24:17 | onder elkander verhandelt, en waarom ziet gij droevig? ~ 40725 Luk 24:18 | 18 En de een, wiens naam was Kleopas, 40726 Luk 24:18 | vreemdeling te Jeruzalem, en weet niet de dingen, die 40727 Luk 24:19 | 19 En Hij zeide tot hen: Welke? 40728 Luk 24:19 | Hij zeide tot hen: Welke? En zij zeiden tot Hem: De dingen 40729 Luk 24:19 | was, krachtig in werken en woorden, voor God en al 40730 Luk 24:19 | werken en woorden, voor God en al het volk. ~ 40731 Luk 24:20 | 20 En hoe onze overpriesters en 40732 Luk 24:20 | En hoe onze overpriesters en oversten Denzelven overgeleverd 40733 Luk 24:20 | tot het oordeel des doods, en Hem gekruisigd hebben. ~ 40734 Luk 24:21 | 21 En wij hoopten, dat Hij was 40735 Luk 24:23 | 23 En Zijn lichaam niet vindende, 40736 Luk 24:23 | niet vindende, kwamen zij en zeiden, dat zij ook een 40737 Luk 24:24 | 24 En sommigen dergenen, die met 40738 Luk 24:24 | gingen heen tot het graf, en bevonden het alzo, gelijk 40739 Luk 24:25 | 25 En Hij zeide tot hen: O onverstandigen 40740 Luk 24:25 | tot hen: O onverstandigen en tragen van hart, om te geloven 40741 Luk 24:26 | niet deze dingen lijden, en alzo in Zijn heerlijkheid 40742 Luk 24:27 | 27 En begonnen hebbende van Mozes 40743 Luk 24:27 | begonnen hebbende van Mozes en van al de profeten, legde 40744 Luk 24:28 | 28 En zij kwamen nabij het vlek, 40745 Luk 24:28 | daar zij naar toegingen; en Hij hield Zich, alsof Hij 40746 Luk 24:29 | 29 En zij dwongen Hem, zeggende: 40747 Luk 24:29 | want het is bij den avond, en de dag is gedaald. En Hij 40748 Luk 24:29 | avond, en de dag is gedaald. En Hij ging in, om met hen 40749 Luk 24:30 | 30 En het geschiedde, als Hij 40750 Luk 24:30 | aanzat, nam Hij het brood, en zegende het, en als Hij 40751 Luk 24:30 | het brood, en zegende het, en als Hij het gebroken had, 40752 Luk 24:31 | 31 En hun ogen werden geopend, 40753 Luk 24:31 | hun ogen werden geopend, en zij kenden Hem; en Hij kwam 40754 Luk 24:31 | geopend, en zij kenden Hem; en Hij kwam weg uit hun gezicht. ~ 40755 Luk 24:32 | 32 En zij zeiden tot elkander: 40756 Luk 24:32 | tot ons sprak op den weg, en als Hij ons de Schriften 40757 Luk 24:33 | 33 En zij, opstaande ter zelfder 40758 Luk 24:33 | keerden weder naar Jeruzalem, en vonden de elven samenvergaderd, 40759 Luk 24:33 | de elven samenvergaderd, en die met hen waren; ~ 40760 Luk 24:34 | Heere is waarlijk opgestaan, en is van Simon gezien. ~ 40761 Luk 24:35 | 35 En zij vertelden, hetgeen op 40762 Luk 24:35 | op den weg geschied was, en hoe Hij hun bekend was geworden 40763 Luk 24:36 | 36 En als zij van deze dingen 40764 Luk 24:36 | Zelf in het midden van hen, en zeide tot hen: Vrede zij 40765 Luk 24:37 | 37 En zij verschrikt en zeer bevreesd 40766 Luk 24:37 | 37 En zij verschrikt en zeer bevreesd geworden zijnde, 40767 Luk 24:38 | 38 En Hij zeide tot hen: Wat zijt 40768 Luk 24:38 | Wat zijt gij ontroerd, en waarom klimmen zulke overleggingen 40769 Luk 24:39 | 39 Ziet Mijn handen en Mijn voeten; want Ik ben 40770 Luk 24:39 | het Zelf; tast Mij aan, en ziet; want een geest heeft 40771 Luk 24:39 | een geest heeft geen vlees en benen, gelijk gij ziet, 40772 Luk 24:40 | 40 En als Hij dit zeide, toonde 40773 Luk 24:40 | toonde Hij hun de handen en de voeten. ~ 40774 Luk 24:41 | 41 En toen zij het van blijdschap 40775 Luk 24:41 | blijdschap nog niet geloofden, en zich verwonderden, zeide 40776 Luk 24:42 | 42 En zij gaven Hem een stuk van 40777 Luk 24:42 | stuk van een gebraden vis, en van honigraten. ~ 40778 Luk 24:43 | 43 En Hij nam het, en at het voor 40779 Luk 24:43 | 43 En Hij nam het, en at het voor hun ogen. ~ 40780 Luk 24:44 | 44 En Hij zeide tot hen: Dit zijn 40781 Luk 24:44 | is in de Wet van Mozes, en de Profeten, en Psalmen. ~ 40782 Luk 24:44 | van Mozes, en de Profeten, en Psalmen. ~ 40783 Luk 24:46 | 46 En zeide tot hen: Alzo is er 40784 Luk 24:46 | Alzo is er geschreven, en alzo moest de Christus lijden, 40785 Luk 24:46 | moest de Christus lijden, en van de doden opstaan ten 40786 Luk 24:47 | 47 En in Zijn Naam gepredikt worden 40787 Luk 24:47 | gepredikt worden bekering en vergeving der zonden, onder 40788 Luk 24:48 | 48 En gij zijt getuigen van deze 40789 Luk 24:49 | 49 En ziet, Ik zende de belofte 40790 Luk 24:50 | 50 En Hij leidde hen buiten tot 40791 Luk 24:50 | buiten tot aan Bethanie, en Zijn handen opheffende, 40792 Luk 24:51 | 51 En het geschiedde, als Hij 40793 Luk 24:51 | dat Hij van hen scheidde, en werd opgenomen in den hemel. ~ 40794 Luk 24:52 | 52 En zij aanbaden Hem, en keerden 40795 Luk 24:52 | 52 En zij aanbaden Hem, en keerden weder naar Jeruzalem 40796 Luk 24:53 | 53 En zij waren allen tijd in 40797 Luk 24:53 | tijd in den tempel, lovende en dankende God. Amen. ~ 40798 Joha 1:1 | den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en 40799 Joha 1:1 | en het Woord was bij God, en het Woord was God. ~ 40800 Joha 1:3 | zijn door Hetzelve gemaakt, en zonder Hetzelve is geen 40801 Joha 1:4 | Hetzelve was het Leven, en het Leven was het Licht 40802 Joha 1:5 | 5 En het Licht schijnt in de 40803 Joha 1:5 | schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft hetzelve 40804 Joha 1:10 | 10 Hij was in de wereld, en de wereld is door Hem gemaakt; 40805 Joha 1:10 | wereld is door Hem gemaakt; en de wereld heeft Hem niet 40806 Joha 1:11 | is gekomen tot het Zijne, en de Zijnen hebben Hem niet 40807 Joha 1:14 | 14 En het Woord is vlees geworden, 40808 Joha 1:14 | Woord is vlees geworden, en heeft onder ons gewoond ( 40809 Joha 1:14 | heeft onder ons gewoond (en wij hebben Zijn heerlijkheid 40810 Joha 1:14 | den Vader), vol van genade en waarheid. ~ 40811 Joha 1:15 | Johannes getuigt van Hem, en heeft geroepen, zeggende: 40812 Joha 1:16 | 16 En uit Zijn volheid hebben 40813 Joha 1:17 | Mozes gegeven, de genade en de waarheid is door Jezus 40814 Joha 1:19 | 19 En dit is de getuigenis van 40815 Joha 1:19 | de Joden enige priesters en Levieten afzonden van Jeruzalem, 40816 Joha 1:20 | 20 En hij beleed en loochende 40817 Joha 1:20 | 20 En hij beleed en loochende het niet; en beleed: 40818 Joha 1:20 | beleed en loochende het niet; en beleed: Ik ben de Christus 40819 Joha 1:21 | 21 En zij vraagden hem: Wat dan? 40820 Joha 1:21 | Wat dan? Zijt gij Elias? En hij zeide: Ik ben die niet. 40821 Joha 1:21 | niet. Zijt gij de profeet? En hij antwoordde: Neen. ~ 40822 Joha 1:24 | 24 En de afgezondenen waren uit 40823 Joha 1:25 | 25 En zij vraagden hem en spraken 40824 Joha 1:25 | 25 En zij vraagden hem en spraken tot hem: Waarom 40825 Joha 1:29 | Jezus tot zich komende, en zeide: Zie het Lam Gods, 40826 Joha 1:31 | 31 En ik kende Hem niet; maar 40827 Joha 1:32 | 32 En Johannes getuigde, zeggende: 40828 Joha 1:32 | hemel, gelijk een duif, en bleef op Hem. ~ 40829 Joha 1:33 | 33 En ik kende Hem niet; maar 40830 Joha 1:33 | Geest zult zien nederdalen, en op Hem blijven, Deze is 40831 Joha 1:34 | 34 En ik heb gezien, en heb getuigd, 40832 Joha 1:34 | 34 En ik heb gezien, en heb getuigd, dat Deze de 40833 Joha 1:35 | wederom stond Johannes, en twee uit zijn discipelen. ~ 40834 Joha 1:36 | 36 En ziende op Jezus, daar wandelende, 40835 Joha 1:37 | 37 En die twee discipelen hoorden 40836 Joha 1:37 | hoorden hem dat spreken, en zij volgden Jezus. ~ 40837 Joha 1:38 | 38 En Jezus Zich omkerende, en 40838 Joha 1:38 | En Jezus Zich omkerende, en ziende hen volgen, zeide 40839 Joha 1:39 | 39 Wat zoekt gij? En zij zeiden tot Hem: Rabbi! ( 40840 Joha 1:40 | Hij zeide tot hen: Komt en ziet! Zij kwamen en zagen, 40841 Joha 1:40 | Komt en ziet! Zij kwamen en zagen, waar Hij woonde, 40842 Joha 1:40 | zagen, waar Hij woonde, en bleven dien dag bij Hem. 40843 Joha 1:40 | bleven dien dag bij Hem. En het was omtrent de tiende 40844 Joha 1:41 | Johannes gehoord hadden, en Hem gevolgd waren. ~ 40845 Joha 1:42 | eerst zijn broeder Simon, en zeide tot hem: Wij hebben 40846 Joha 1:43 | 43 En hij leidde hem tot Jezus. 40847 Joha 1:43 | hij leidde hem tot Jezus. En Jezus, hem aanziende, zeide: 40848 Joha 1:44 | Jezus heengaan naar Galilea, en vond Filippus, en zeide 40849 Joha 1:44 | Galilea, en vond Filippus, en zeide tot hem: Volg Mij. ~ 40850 Joha 1:45 | uit de stad van Andreas en Petrus. ~ 40851 Joha 1:46 | Filippus vond Nathanael en zeide tot hem: Wij hebben 40852 Joha 1:46 | de wet geschreven heeft, en de profeten, namelijk Jezus, 40853 Joha 1:47 | 47 En Nathanael zeide tot hem: 40854 Joha 1:47 | Filippus zeide tot hem: Kom en zie. ~ 40855 Joha 1:48 | Nathanael tot Zich komen, en zeide tot hem: Zie, waarlijk 40856 Joha 1:49 | Gij mij? Jezus antwoordde en zeide tot hem: Eer u Filippus 40857 Joha 1:50 | 50 Nathanael antwoordde en zeide tot Hem: Rabbi! Gij 40858 Joha 1:51 | 51 Jezus antwoordde en zeide tot hem: Omdat Ik 40859 Joha 1:52 | 52 En Hij zeide tot hem: Voorwaar, 40860 Joha 1:52 | den hemel zien geopend, en de engelen Gods opklimmende 40861 Joha 1:52 | engelen Gods opklimmende en nederdalende op den Zoon 40862 Joha 2:1 | 1 En op den derden dag was er 40863 Joha 2:1 | bruiloft te Kana in Galilea; en de moeder van Jezus was 40864 Joha 2:2 | 2 En Jezus was ook genood, en 40865 Joha 2:2 | En Jezus was ook genood, en Zijn discipelen, tot de 40866 Joha 2:3 | 3 En als er wijn ontbrak, zeide 40867 Joha 2:6 | 6 En aldaar waren zes stenen 40868 Joha 2:7 | de watervaten met water. En zij vulden ze tot boven 40869 Joha 2:8 | 8 En Hij zeide tot hen: Schept 40870 Joha 2:8 | zeide tot hen: Schept nu, en draagt het tot den hofmeester; 40871 Joha 2:8 | het tot den hofmeester; en zij droegen het. ~ 40872 Joha 2:9 | geworden was, geproefd had (en hij wist niet, van waar 40873 Joha 2:10 | 10 En zeide tot hem: Alle man 40874 Joha 2:10 | eerst den goeden wijn op, en wanneer men wel gedronken 40875 Joha 2:11 | gedaan te Kana in Galilea, en heeft Zijn heerlijkheid 40876 Joha 2:11 | heerlijkheid geopenbaard; en Zijn discipelen geloofden 40877 Joha 2:12 | af naar Kapernaum, Hij, en Zijn moeder, en Zijn broeders, 40878 Joha 2:12 | Kapernaum, Hij, en Zijn moeder, en Zijn broeders, en Zijn discipelen; 40879 Joha 2:12 | moeder, en Zijn broeders, en Zijn discipelen; en zij 40880 Joha 2:12 | broeders, en Zijn discipelen; en zij bleven aldaar niet vele 40881 Joha 2:13 | 13 En het pascha der Joden was 40882 Joha 2:13 | pascha der Joden was nabij, en Jezus ging op naar Jeruzalem. ~ 40883 Joha 2:14 | 14 En Hij vond in den tempel, 40884 Joha 2:14 | in den tempel, die ossen, en schapen, en duiven verkochten, 40885 Joha 2:14 | die ossen, en schapen, en duiven verkochten, en de 40886 Joha 2:14 | schapen, en duiven verkochten, en de wisselaars daar zittende. ~ 40887 Joha 2:15 | 15 En een gesel van touwtjes gemaakt 40888 Joha 2:15 | den tempel, ook de schapen en de ossen; en het geld der 40889 Joha 2:15 | de schapen en de ossen; en het geld der wisselaren 40890 Joha 2:15 | wisselaren stortte Hij uit, en keerde de tafelen om. ~ 40891 Joha 2:16 | 16 En Hij zeide tot degenen, die 40892 Joha 2:17 | 17 En Zijn discipelen werden indachtig, 40893 Joha 2:18 | De Joden antwoordden dan, en zeiden tot Hem: Wat teken 40894 Joha 2:19 | 19 Jezus antwoordde en zeide tot hen: Breekt dezen 40895 Joha 2:19 | hen: Breekt dezen tempel, en in drie dagen zal Ik denzelven 40896 Joha 2:20 | De Joden zeiden dan: Zes en veertig jaren is over dezen 40897 Joha 2:20 | over dezen tempel gebouwd, en Gij, zult Gij dien in drie 40898 Joha 2:22 | dit tot hen gezegd had, en zij geloofden de Schrift, 40899 Joha 2:22 | zij geloofden de Schrift, en het woord, dat Jezus gesproken 40900 Joha 2:23 | 23 En als Hij te Jeruzalem was, 40901 Joha 2:25 | 25 En omdat Hij niet van node 40902 Joha 3:1 | 1 En er was een mens uit de Farizeen, 40903 Joha 3:2 | kwam des nachts tot Jezus, en zeide tot Hem: Rabbi, wij 40904 Joha 3:3 | 3 Jezus antwoordde en zeide tot hem: Voorwaar, 40905 Joha 3:4 | zijner moeders buik ingaan, en geboren worden? ~ 40906 Joha 3:5 | geboren wordt uit water en Geest, hij kan in het Koninkrijk 40907 Joha 3:6 | geboren is, dat is vlees; en hetgeen uit den Geest geboren 40908 Joha 3:8 | blaast, waarheen hij wil, en gij hoort zijn geluid; maar 40909 Joha 3:8 | niet, van waar hij komt, en waar hij heen gaat; alzo 40910 Joha 3:9 | 9 Nicodemus antwoordde en zeide tot Hem: Hoe kunnen 40911 Joha 3:10 | 10 Jezus antwoordde en zeide tot hem: Zijt gij 40912 Joha 3:10 | gij een leraar van Israel, en weet gij deze dingen niet? ~ 40913 Joha 3:11 | spreken, wat Wij weten, en getuigen, wat Wij gezien 40914 Joha 3:11 | wat Wij gezien hebben; en gijlieden neemt Onze getuigenis 40915 Joha 3:12 | aardse dingen gezegd heb, en gij niet gelooft, hoe zult 40916 Joha 3:13 | 13 En niemand is opgevaren in 40917 Joha 3:14 | 14 En gelijk Mozes de slang in 40918 Joha 3:19 | 19 En dit is het oordeel, dat 40919 Joha 3:19 | in de wereld gekomen is, en de mensen hebben de duisternis 40920 Joha 3:20 | kwaad doet, haat het licht, en komt tot het licht niet, 40921 Joha 3:22 | 22 Na dezen kwam Jezus en Zijn discipelen in het land 40922 Joha 3:22 | discipelen in het land van Judea, en onthield Zich aldaar met 40923 Joha 3:22 | onthield Zich aldaar met hen, en doopte. ~ 40924 Joha 3:23 | 23 En Johannes doopte ook in Enon 40925 Joha 3:23 | aldaar vele wateren waren; en zij kwamen daar, en werden 40926 Joha 3:23 | waren; en zij kwamen daar, en werden gedoopt. ~ 40927 Joha 3:26 | 26 En zij kwamen tot Johannes, 40928 Joha 3:26 | zij kwamen tot Johannes, en zeiden tot hem: Rabbi, Die 40929 Joha 3:26 | getuigenis gaaft, zie, Die doopt, en zij komen allen tot Hem. ~ 40930 Joha 3:27 | 27 Johannes antwoordde en zeide: Een mens kan geen 40931 Joha 3:29 | des bruidegoms, die staat en hem hoort, verblijdt zich 40932 Joha 3:31 | voortgekomen die is uit de aarde, en spreekt uit de aarde. Die 40933 Joha 3:32 | 32 En hetgeen Hij gezien en gehoord 40934 Joha 3:32 | 32 En hetgeen Hij gezien en gehoord heeft, dat getuigt 40935 Joha 3:32 | heeft, dat getuigt Hij; en Zijn getuigenis neemt niemand 40936 Joha 3:35 | Vader heeft den Zoon lief, en heeft alle dingen in Zijn 40937 Joha 4:1 | Jezus meer discipelen maakte en doopte dan Johannes; ~ 40938 Joha 4:3 | 3 Zo verliet Hij Judea, en ging wederom heen naar Galilea. ~ 40939 Joha 4:4 | 4 En Hij moest door Samaria gaan. ~ 40940 Joha 4:6 | 6 En aldaar was de fontein Jakobs. 40941 Joha 4:10 | 10 Jezus antwoordde en zeide tot haar: Indien gij 40942 Joha 4:10 | gij de gave Gods kendet, en Wie Hij is, Die tot u zegt: 40943 Joha 4:10 | van Hem hebben begeerd, en Hij zoude u levend water 40944 Joha 4:11 | niet om mede te putten, en de put is diep; van waar 40945 Joha 4:12 | ons den put gegeven heeft, en hijzelf heeft daaruit gedronken, 40946 Joha 4:12 | heeft daaruit gedronken, en zijn kinderen en zijn vee? ~ 40947 Joha 4:12 | gedronken, en zijn kinderen en zijn vee? ~ 40948 Joha 4:13 | 13 Jezus antwoordde, en zeide tot haar: Een ieder, 40949 Joha 4:15 | opdat mij niet dorste, en ik hier niet moet komen, 40950 Joha 4:16 | haar: Ga heen, roep uw man, en kom hier. ~ 40951 Joha 4:17 | 17 De vrouw antwoordde en zeide: Ik heb geen man. 40952 Joha 4:18 | hebt vijf mannen gehad, en dien gij nu hebt, is uw 40953 Joha 4:20 | op deze berg aangebeden; en gijlieden zegt, dat te Jeruzalem 40954 Joha 4:23 | 23 Maar de ure komt, en is nu, wanneer de ware aanbidders 40955 Joha 4:23 | aanbidden zullen in geest en waarheid; want de Vader 40956 Joha 4:24 | 24 God is een Geest, en die Hem aanbidden, moeten 40957 Joha 4:24 | moeten Hem aanbidden in geest en waarheid. ~ 40958 Joha 4:27 | 27 En daarop kwamen Zijn discipelen 40959 Joha 4:27 | daarop kwamen Zijn discipelen en verwonderden zich, dat Hij 40960 Joha 4:28 | vrouw dan haar watervat, en ging heen in de stad en 40961 Joha 4:28 | en ging heen in de stad en zeide tot de lieden: ~ 40962 Joha 4:30 | dan gingen uit de stad, en kwamen tot Hem. ~ 40963 Joha 4:31 | 31 En ondertussen baden Hem de 40964 Joha 4:34 | Die Mij gezonden heeft, en Zijn werk volbrenge. ~ 40965 Joha 4:35 | Het zijn nog vier maanden, en dan komt de oogst? Ziet, 40966 Joha 4:35 | Ik zeg u: Heft uw ogen op en aanschouwt de landen; want 40967 Joha 4:36 | 36 En die maait, ontvangt loon, 40968 Joha 4:36 | die maait, ontvangt loon, en vergadert vrucht ten eeuwigen 40969 Joha 4:36 | verblijde, beide, die zaait en die maait. ~ 40970 Joha 4:37 | ander is het, die zaait, en een ander, die maait. ~ 40971 Joha 4:38 | anderen hebben het bearbeid, en gij zijt tot hun arbeid 40972 Joha 4:39 | 39 En velen der Samaritanen uit 40973 Joha 4:40 | dat Hij bij hen bleef; en Hij bleef aldaar twee dagen. ~ 40974 Joha 4:41 | 41 En er geloofden er veel meer 40975 Joha 4:42 | 42 En zeiden tot de vrouw: Wij 40976 Joha 4:42 | zelven hebben Hem gehoord, en weten, dat Deze waarlijk 40977 Joha 4:43 | 43 En na de twee dagen ging Hij 40978 Joha 4:43 | dagen ging Hij van daar en ging heen naar Galilea; ~ 40979 Joha 4:46 | water wijn gemaakt had. En er was een zeker koninklijk 40980 Joha 4:47 | Galilea kwam, ging tot Hem, en bad Hem, dat Hij afkwame, 40981 Joha 4:47 | bad Hem, dat Hij afkwame, en zijn zoon gezond maakte; 40982 Joha 4:48 | Tenzij dat gijlieden tekenen en wonderen ziet, zo zult gij 40983 Joha 4:50 | Ga heen, uw zoon leeft. En de mens geloofde het woord, 40984 Joha 4:50 | dat Jezus tot hem zeide, en ging heen. ~ 40985 Joha 4:51 | 51 En als hij nu afging, kwamen 40986 Joha 4:51 | dienstknechten tegemoet, en boodschapten, zeggende: 40987 Joha 4:52 | beter met hem geworden was. En zij zeiden tot hem: Gisteren 40988 Joha 4:53 | gezegd had: Uw zoon leeft. En hij geloofde zelf, en zijn 40989 Joha 4:53 | leeft. En hij geloofde zelf, en zijn gehele huis. ~ 40990 Joha 5:1 | was een feest der Joden, en Jezus ging op naar Jeruzalem. ~ 40991 Joha 5:2 | 2 En er is te Jeruzalem aan de 40992 Joha 5:4 | zekeren tijd in dat badwater, en beroerde het water; die 40993 Joha 5:5 | 5 En aldaar was een zeker mens, 40994 Joha 5:5 | een zeker mens, die acht en dertig jaren krank gelegen 40995 Joha 5:6 | Jezus, ziende dezen liggen, en wetende, dat hij nu langen 40996 Joha 5:7 | het water beroerd wordt; en terwijl ik kom, zo daalt 40997 Joha 5:8 | op, neem uw beddeken op, en wandel. 40998 Joha 5:9 | 9 En terstond werd de mens gezond, 40999 Joha 5:9 | terstond werd de mens gezond, en nam zijn beddeken op en 41000 Joha 5:9 | en nam zijn beddeken op en wandelde. En het was sabbat


1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33500 | 33501-34000 | 34001-34500 | 34501-35000 | 35001-35500 | 35501-36000 | 36001-36500 | 36501-37000 | 37001-37500 | 37501-38000 | 38001-38500 | 38501-39000 | 39001-39500 | 39501-40000 | 40001-40500 | 40501-41000 | 41001-41500 | 41501-42000 | 42001-42500 | 42501-43000 | 43001-43500 | 43501-44000 | 44001-44500 | 44501-45000 | 45001-45500 | 45501-46000 | 46001-46500 | 46501-46573

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License