Book Chapter: Verse
1 Gen 25:4 | ik ete; opdat mijn ziel u zegene, eer ik sterve. ~
2 Gen 25:10| hij zal eten, opdat hij u zegene voor zijn dood. ~
3 Gen 25:19| wildbraad, opdat uw ziel mij zegene. ~
4 Gen 25:25| zoons ete, opdat mijn ziel u zegene. En hij stelde het nabij
5 Gen 25:31| zoons, opdat uw ziel mij zegene. ~
6 Gen 26:3 | 3 En God almachtig zegene u, en make u vruchtbaar,
7 Gen 44:9 | toch tot mij, dat ik hen zegene! ~
8 Gen 44:16| verlost heeft van alle kwaad, zegene deze jongeren, en dat in
9 Num 6:24| 24 De HEERE zegene u, en behoede u! ~
10 Deu 1:11| duizendmaal meer, en Hij zegene u, gelijk als Hij tot u
11 Deu 14:29| opdat u de HEERE, uw God, zegene in al het werk uwer hand,
12 Deu 23:20| opdat u de HEERE, uw God, zegene, in alles, waaraan gij uw
13 Deu 24:13| zijn kleed nederligge, en u zegene; en het zal u gerechtigheid
14 Deu 24:19| opdat u de HEERE, uw God, zegene, in al het werk uwer handen. ~
15 Deu 29:19| hoort, dat hij zichzelven zegene in zijn hart, zeggende:
16 Deu 30:16| en de HEERE, uw God, u zegene in het land, waar gij naar
17 Rut 2:4 | zeiden tot hem: De HEERE zegene u! ~
18 Psa 67:2 | 2God zij ons genadig en zegene ons; Hij doe Zijn aanschijn
19 Psa 134:3 | 3De HEERE zegene u uit Sion, Hij, Die den
20 Jer 31:23| gevangenis wenden zal: De HEERE zegene u, gij woning der gerechtigheid,
|