Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
zaai 1
zaaibaar 1
zaaide 5
zaaien 20
zaaier 9
zaaiing 1
zaait 19
Frequency    [«  »]
20 wegvoeren
20 werp
20 wete
20 zaaien
20 zegene
20 zoek
20 zovelen

Bijbel

IntraText - Concordances

zaaien

   Book Chapter: Verse
1 Lev 24:11 | jaar zijn; gij zult niet zaaien, noch inoogsten wat van 2 Lev 24:20 | jaar? Ziet, wij zullen niet zaaien, en onze inkomst niet inzamelen; ~ 3 Lev 24:22 | achtste jaar nu zult gij zaaien, en zult van de oude inkomst 4 Lev 25:16 | ook uw zaad te vergeefs zaaien, en uw vijanden zullen dat 5 Job 4:8 | ondeugd ploegen, en moeite zaaien, maaien dezelve. ~ 6 Job 31:8 | 8 Zo moet ik zaaien, maar een ander eten, en 7 Psa 126:5 | 5Die met tranen zaaien, zullen met gejuich maaien. ~ 8 Psa 126:6 | het zaad draagt, dat men zaaien zal, gaat al gaande en wenende; 9 Pred 11:4 | acht geeft, die zal niet zaaien, en wie op de wolken ziet, 10 Jes 28:24 | ploeger den gehelen dag om te zaaien? Opent en egt hij zijn land 11 Jer 35:7 | geen huis bouwen, noch zaad zaaien, noch wijngaard planten, 12 Hos 2:22 | Ik zal ze Mij op de aarde zaaien, en zal Mij ontfermen over 13 Mic 6:15 | 15      Gij zult zaaien, maar niet maaien; gij zult 14 Zac 10:9 | zal hen onder de volken zaaien, en zij zullen Mijner gedenken 15 Matt 6:26| des hemels, dat zij niet zaaien, noch maaien, noch verzamelen 16 Matt 13:3 | een zaaier ging uit om te zaaien. ~ 17 Mark 4:3 | een zaaier ging uit om te zaaien. ~ 18 Mark 4:4 | En het geschiedde in het zaaien, dat het ene deel zaads 19 Luk 8:5 | ging uit, om zijn zaad te zaaien; en als hij zaaide, viel 20 Luk 12:24 | Aanmerkt de raven, dat zij niet zaaien, noch maaien, welke geen


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License