Book Chapter: Verse
1 Gen 39:33 | naar zijn jonkheid; dies verwonderden zich de mannen onder elkander. ~
2 Matt 8:27| 27 En de mensen verwonderden zich, zeggende: Hoedanig
3 Matt 9:33| de stomme. En de scharen verwonderden zich, zeggende: Er is nooit
4 Matt 15:31| Alzo dat de scharen zich verwonderden, ziende de stommen sprekende,
5 Matt 21:20| discipelen, dat ziende, verwonderden zich, zeggende: Hoe is de
6 Matt 22:22| 22 En zij, dit horende, verwonderden zich, en Hem verlatende,
7 Mark 5:20| Jezus gedaan had; en zij verwonderden zich allen. ~
8 Mark 12:17| Gode, dat Gods is. En zij verwonderden zich over Hem. ~
9 Luk 1:63 | Johannes is zijn naam. En zij verwonderden zich allen. ~
10 Luk 2:18 | allen, die het hoorden, verwonderden zich over hetgeen hun gezegd
11 Luk 2:33 | En Jozef en Zijn moeder verwonderden zich over hetgeen van Hem
12 Luk 4:22 | Hem allen getuigenis, en verwonderden zich over de aangename woorden,
13 Luk 8:25 | Maar zij, bevreesd zijnde, verwonderden zich, zeggende tot elkander:
14 Luk 9:43 | Gods. En als zij allen zich verwonderden over al de dingen, die Jezus
15 Luk 11:14 | stomme sprak; en de scharen verwonderden zich. ~
16 Luk 24:41 | niet geloofden, en zich verwonderden, zeide Hij tot hen: Hebt
17 Joha 4:27| kwamen Zijn discipelen en verwonderden zich, dat Hij met een vrouw
18 Joha 7:15| 15 En de Joden verwonderden zich, zeggende: Hoe weet
19 Hand 2:7 | ontzetten zich allen, en verwonderden zich, zeggende tot elkander:
20 Hand 4:13| en slechte mensen waren, verwonderden zich, en kenden hen, dat
|