Book Chapter: Verse
1 Gen 21:10 | 10 En Abraham strekte zijn hand uit, en nam het
2 Gen 44:14 | 14 Maar Israel strekte zijn rechterhand uit, en
3 Exo 4:4 | haar bij haar staart! Toen strekte hij zijn hand uit, en vatte
4 Exo 8:6 | 6 En Aaron strekte zijn hand uit over de wateren
5 Exo 8:17 | zij deden alzo; want Aaron strekte zijn hand uit met zijn staf,
6 Exo 9:23 | 23 Toen strekte Mozes zijn staf naar den
7 Exo 10:13 | 13 Toen strekte Mozes zijn staf over Egypteland,
8 Exo 14:27 | 27 Toen strekte Mozes zijn hand uit over
9 Exo 24:11 | 11 Doch Hij strekte Zijn hand niet tot de afgezonderden
10 Joz 8:18 | hen in uw hand geven. Toen strekte Jozua de spies, die in zijn
11 Ric 14:15 | ezelskinnebakken, en hij strekte zijn hand uit, en nam het,
12 2Sa 6:6 | aan Nachons dorsvloer, zo strekte Uza zijn hand uit aan de
13 1Kro 13:9 | Chidon gekomen waren, zo strekte Uza zijn hand uit, om de
14 Eze 16:27 | 27 Ziet, daarom strekte Ik Mijn hand over u uit,
15 Matt 12:13| Strek uw hand uit; en hij strekte ze uit, en zij werd hersteld,
16 Mark 1:41| innerlijk bewogen zijnde, strekte de hand uit, en raakte hem
17 Mark 3:5 | Strek uw hand uit. En hij strekte ze uit; en zijn hand werd
18 Hand 14:7 | daags verreizen; en hij strekte zijne rede uit tot den middernacht. ~
19 Hand 20:1 | uzelven te spreken. Toen strekte Paulus de hand uit, en verantwoordde
|