Book Chapter: Verse
1 Num 8:24 | is het, wat de Levieten aangaat: van vijf en twintig jaren
2 1Sa 12:23 | 23 Wat ook mij aangaat, het zij verre van mij,
3 1Kro 23:7 | Salomo: Mijn zoon, wat mij aangaat, het was in mijn hart den
4 2Kro 35:21| koning van Juda? Wat u aangaat, ik ben heden tegen u niet,
5 2Kro 36:21| koning van Juda? Wat u aangaat, ik ben heden tegen u niet,
6 Spre 26:17| een twist, die hem niet aangaat, is gelijk die een hond
7 Eze 9:10 | Daarom ook, wat Mij aangaat, Mijn oog zal niet verschonen,
8 Dan 5:18 | 18 Wat u aangaat, o koning! de allerhoogste
9 Dan 7:28 | dezer rede. Wat mij Daniel aangaat, mijn gedachten verschrikken
10 Dan 10:17 | mijn Heere? Want wat mij aangaat, van nu af bestaat geen
11 Matt 22:31| 31 En wat aangaat de opstanding der doden,
12 Luk 21:6 | 6 Wat deze dingen aangaat, die gij aanschouwt, er
13 Hand 2:30| lenden, zoveel het vlees aangaat, den Christus verwekken
14 Hand 22:22| gevoelt; want wat deze sekte aangaat, ons is bekend, dat zij
15 Rom 9:5 | Christus is, zoveel het vlees aangaat, Dewelke is God boven allen
16 1Kor 16:12| 12 En wat aangaat Apollos, den broeder, ik
17 Efez 6:21| moogt weten hetgeen mij aangaat; en wat ik doe, dat alles
18 1Pet 4:14| van God rust op u. Wat hen aangaat, Hij wordt wel gelasterd,
19 1Pet 4:14| wel gelasterd, maar wat u aangaat, Hij wordt verheerlijkt. ~
|