Book Chapter: Verse
1 Exo 30:36 | hetzelve heel klein pulver stoten, en gij zult daarvan leggen
2 Deu 33:17 | zal hij de volken te zamen stoten tot aan de einden des lands.
3 1Kon 22:11| deze zult gij de Syriers stoten, totdat gij hen gans verdaan
4 2Kon 4:27| trad toe, om haar af te stoten. Doch de man Gods zeide:
5 1Kro 17:21| met de heidenen uit te stoten van het aangezicht Uws volks,
6 2Kro 19:10| deze zult gij de Syriers stoten, totdat gij hen gans verdaan
7 Job 18:18 | 18 Men zal hem stoten van het licht in de duisternis,
8 Job 30:12 | rechterhand staat de jeugd op, stoten mijn voeten uit, en banen
9 Psa 44:6 | wederpartijders met hoornen stoten; in Uw Naam zullen wij vertreden,
10 Psa 140:5 | mijn voeten denken weg te stoten. ~
11 Spre 3:23| en gij zult uw voet niet stoten. ~
12 Jes 60:10 | hebben, tasten wij; wij stoten ons op den middag, als in
13 Jer 6:21 | en daaraan zullen zich stoten te zamen vaders en kinderen,
14 Jer 13:16 | maakt, en eer uw voeten zich stoten aan de schemerende bergen;
15 Jer 31:9 | waarin zij zich niet zullen stoten; want Ik ben Israel
16 Dan 11:40 | Zuiden tegen hem met hoornen stoten; en de koning van het Noorden
17 Zac 9:4 | HEERE zal haar uit het bezit stoten, en Hij zal haar vesting
18 1Pet 2:8 | die zich aan het Woord stoten, ongehoorzaam zijnde, waartoe
|