Book Chapter: Verse

 1 Lev   4:17 |             zal zijn vinger indopen, nemende van dat bloed; en hij zal
 2 Lev  14:16 |          zijn rechtervinger indopen, nemende van die olie, die in zijn
 3 Joz   6:18 |         misschien niet verbant, mits nemende van het verbannene, en het
 4 2Kro  30:16|             sprengden het bloed, dat nemende uit de hand der Levieten. ~
 5 Matt  21:35|                 35 En de landlieden, nemende zijn dienstknechten, hebben
 6 Matt  21:39|                            39 En hem nemende, wierpen zij hem uit, buiten
 7 Matt  25:3 |             dwaas waren, haar lampen nemende, namen geen olie met zich. ~
 8 Matt  26:37|                       37 En met Zich nemende Petrus, en de twee zonen
 9 Matt  27:6 | overpriesters, de zilveren penningen nemende, zeiden: Het is niet geoorloofd,
10 Matt  27:59|             59 En Jozef, het lichaam nemende, wond hetzelve in een zuiver
11 Mark   9:36|                                36 En nemende een kindeken, stelde Hij
12 Mark  10:32|            twaalven wederom tot Zich nemende, begon Hij hun te zeggen
13 Luk  13:14 |        overste der synagoge, kwalijk nemende, dat Jezus op den sabbat
14 Luk  19:22 |           dat ik een straf mens ben, nemende weg, wat ik niet gelegd
15 Joha  13:4 |           legde Zijn klederen af, en nemende een linnen doek, omgordde
16 Hand  19:17|              zo heb ik, geen uitstel nemende, des daags daaraan op den
17 2Kor  11:8 |        beroofd, bezoldiging van haar nemende, om u te bedienen; en als
18 3Joh   1:7 |           Zijn Naam uitgegaan, niets nemende van de heidenen. ~