Book Chapter: Verse
1 Gen 18:9 | den man, op Lot, en zij traden toe om de deur open te breken. ~
2 Gen 30:6 | 6 Toen traden de dienstmaagden toe, zij
3 Exo 34:55 | 32 En daarna traden al de kinderen Israels toe;
4 Lev 10:5 | 5 Toen traden zij toe, en droegen hen,
5 Num 31:48 | 48 Toen traden tot Mozes de bevelhebbers,
6 Num 31:69 | 16 Toen traden zij toe tot hem, en zeiden:
7 Num 35:1 | der kinderen van Jozef, traden toe, en spraken voor het
8 Joz 10:24 | halzen dezer koningen. En zij traden toe, en zetten hun voeten
9 Joz 17:4 | 4 Dezen dan traden toe voor het aangezicht
10 Ric 8:27 | lazen hun wijnbergen af, en traden de druiven, en maakten lofliederen;
11 2Kon 2:5 | 5 Toen traden de zonen der profeten, die
12 2Kon 5:13| 13 Toen traden zijn knechten toe, en spraken
13 2Kro 16:12| 12 En zij traden in een verbond, dat zij
14 Ezra 9:1 | deze dingen voleind waren, traden de vorsten tot mij toe,
15 Neh 13:15 | zag ik in Juda, die persen traden op den sabbat, en die garven
16 Jer 42:1 | 1 Toen traden toe alle oversten der heiren,
17 Joha 21:3 | met u. Zij gingen uit, en traden terstond in het schip; en
|