Book Chapter: Verse
1 Num 11:25 | Geest op hen rustte, dat zij profeteerden, maar daarna niet meer. ~
2 Num 11:26 | uitgegaan waren), en zij profeteerden in het leger. ~
3 1Sa 19:20 | over Sauls boden, en die profeteerden ook. ~
4 1Sa 19:21 | hij andere boden, en die profeteerden ook; toen voer Saul voort
5 1Sa 19:21 | zond de derde boden, en die profeteerden ook. ~
6 1Kon 18:29| middag voorbij was, dat zij profeteerden totdat men het spijsoffer
7 1Kon 22:10| Samaria; en al de profeten profeteerden in hun tegenwoordigheid. ~
8 1Kon 22:12| 12 En al de profeten profeteerden alzo, zeggende: Trek op
9 2Kro 19:9 | Samaria; en al de profeten profeteerden in hun tegenwoordigheid. ~
10 2Kro 19:11| 11 En al de profeten profeteerden alzo, zeggende: Trek op
11 Ezra 5:1 | Zacharia, de zoon van Iddo, profeteerden tot de Joden, die in Juda
12 Ezra 5:1 | den naam Gods van Israel profeteerden zij tot hen. ~
13 Jer 2:8 | tegen Mij; en de profeten profeteerden door Baal, en wandelden
14 Jer 23:13 | Samaria, die door Baal, profeteerden, en Mijn volk Israel verleidden. ~
15 Hand 13:6 | spraken met vreemde talen, en profeteerden. ~
16 Hand 15:9 | dochters, nog maagden, die profeteerden. ~
17 1Kor 14:24| 24 Maar indien zij allen profeteerden, en een ongelovige of ongeleerde
|